Hoofdstuk 40

Het was een paar dagen na de geboorte van zijn drie jongen, En Mosklauw ging weer eens met Graspoot trainen. De Leerling was erg gegroeid en hij werd ook erg sterk. Mosklauw hield ervan om met zijn leerling te trainen en probeerde het ook zo vaak mogelijk tedoen. Die dag gingen ze naar het trainingsveldje achter het kamp om Graspoots vechttechniek voor de zoveelste keer te testen. 'Oke Graspoot we gaan doen waar we voor getrained hebben, een echt gevecht.' Graspoot keek mosklauw opgewonden aan vroeg. 'met ingetrokken nagels?' Mosklauw schudde zijn kop 'Nee, maar we moeten er wel voor zorgen dat we elkaar niet verwonden, Maar verder mag je gewoon je Nagels en tanden gebruiken.' De leerling miauwde dat hij het begrepen had. 'Goed we beginnen.' graspoot zakte in zijn gebruikelijke vechthouding waar hij zo vaak op geoefend had. Mosklauw zelf zakte ook in vechthouding. graspoot begon, Hij sprong naar voren op Mosklauw af en wekte de indruk dat hij van links ging aanvallen. Maar Mosklauw had Graspoot dit trucje zelf geleerd en kende het dus al, Op het moment dat Graspoot toch nog van rechts aanviel blokkeerde Mosklauw zijn aanval perfect. De leerling wankelde versuft achteruit en nu was het mosklauws beurt, hij rende op zijn leerling af en sprong over hem heen, Schopte zijn benen onder hem vandaan zette zijn tanden in zijn keel, Niet zover om een wond te maken, en zei 'Geef je je over?' Graspoot knikte en Mosklauw liet hem los. 'die truc moet je gaan oefenen, oke?' Graspoot keek blij op en zei 'Ja graag!'

Toen de training voorbij was stuurde Mosklauw Graspoot het bos in om te gaan jagen. hijzelf ging naar de Kraamkamer om Kleinstaart en Varenwolk te bezoeken.
De kittens lagen naast Kleinstaart te slapen. en Varenwolk had een erg gezwollen buik, Maar veel minder dan bij Kleinstaart. 'Sneeuvacht heeft gezegt dat het waarschijnlijk maar een jong is.' Varenwolk keek niet verdrietig dat ze maar een jong kreeg. 'vind je dat niet erg?' vroeg Mosklauw. Varenwolk antwoorde 'Nee hoor het is in ieder geval een minder lange bevalling.' Mosklauw liep naar Kleinstaart toe. 'Hoe gaat het met ze ?' kleinstaart keek naar haar slapende jongen 'erg goed ze zijn gezond en ze drinken niet te weinig.' Mosklauw bleef nog een tijdje door praten en ging toen terug terug naar het Krijgershol. Maar HIJ liep toch terug naar de kraamkamer. Hij wou een paar nachtjes bij Kleinstaart slapen.