Hoofdstuk 39
Het was een paar manen later enKleinstaart lag ik de kraamkamer, haar kittens zouden elk moment kunnen komen. Het was rustig in de kraamkamer, want Witkit, Rooskit en Zandkit waren nu leerlingen. Hun namen waren nu Witpoot, Roospoot en Zandpoot. Alleen Varenwolk was samen met haar in de kraamkamer, omdat ze jongen van Zwartklauw verwachtte, maar die zouden later komen als die van haarzelf. Maar Kleinstaart vond het wel fijn haar vriendin bij haar te hebben.
Opeens voelde ze een pijnlijke steek. "Wat is er?" Vroeg Varenwolk. "Ik...Ik denk dat de kittens komen" Kreunde Kleinstaart. "Kun je Sneeuwvacht en Mosklauw halen?" Vroeg ze aan Varenwolk. Varenwolk knikte en liep de kraamkamer uit. Niet veel later kwam ze terug met Sneeuwvacht en Mosklauw. Terwijl Mosklauw zich zorgen maakte ging de bevalling goed en even later lagener drie kleine kittens tegen Kleinstaarts buik, vredig te slapen. "Ze zijn prachtig" Zei Varenwolk vol bewondering. Samen met Mosklauw had ze de kittens hun namen gegeven. Een wat kleiner katertje met één zwart oortje en één wit voorpootje hadden ze Helderkit genoemd. Een poesje wat het evenbeeld van haar vader, Mosklauw, was, hadden ze Eikenkit genoemd. En tot slot, een vuurrood tabby poesje hadden ze vuurkit genoemd.
Er zijn nog geen reacties.