Chapter seven
Mijn mond vormt een dunne streep als ik mijn lippen op elkaar pers.
'Jij bent een van ons?' Vraag ik gebiedend.
Een van ons.
Een van ons.
Een van ons.
Een van ons.
'Ja.' Zegt hij bevestigend, zijn capuchon glijdt af en zijn blonde haar komt tevoorschijn, het zonlicht wordt weerspiegeld in zijn ogen die van kleur lijken te veranderen om de seconde.
Als ik besef dat ik naar hem staar wend ik mijn blik meteen af.
'Kom je hier vandaan?' Vraag ik. Mijn hand gaat automatisch naar mijn pistool dat ik in een zilveren holster op mijn zij heb vast gemaakt.
'Jij komt duidelijk niet hier vandaan,' Zegt de jongen die probeert mijn vraag te ontwijken. 'Waar kom je wel vandaan?'
Hij is een nieuwsgierig type.
Hij kan dan wel denken dat zijn pokerface ondoordringbaar is en hij een totaal mysterie voor me blijft maar als hij zo door blijft gaan is hij net een open boek.
'Ze noemen het de doden dimensie,' Mijn vingers glijden over de loop van mijn pistool. 'Er zijn geen eh..hoe heten die dingen die zogenaamd op staan uit de dood in deze wereld?' Informeer ik.
'Vampiers?'
'Nee, die andere.'
'Eh..zombies?' Vraagt de jongen.
Ik knik.
Hoofd omhoog, borst vooruit.
Hoofd omhoog, borst vooruit.
Alsof je weet wat je doet.
Alsof je weet wat je doet.
Alsof je weet wat je doet.
'Het zijn dus geen zombies, of dat soort dingen waardoor wij deze naam verkregen hebben, het zijn de mensen, "De scheppers" vroegen zich af wat er zou gebeuren als je de sterkste, gevaarlijkste en slimste bij elkaar zou zetten, het ging niet echt goed..'
Ik stoot een hoog kakelend lachje uit dat ik niet herken, het klinkt als het gelach van een gestoord iemand. Iemand die de hoop opgegeven heeft.
'De scheppers?' Vraagt de jongen, ik heb nu zijn aandacht getrokken.
Mooi.
'Laten we een deal sluiten, ik vertel jou wat ik weet, jij vertelt mij wat jij weet.'
De jongen steekt zijn hand naar me uit.
Eindelijk doe ik eens iets goed, ik krijg meer informatie, en waarschijnlijk ook meer problemen.
'HIERKOMEN JIJ!' Roept dan iemand.
Hoge stem, overduidelijk die van een vrouw aan haar accent te horen komt ze uit Londen, waarschijnlijk het zuiden van Londen, jongvolwassenen ik gok nog geen twintig jaar, en ze heeft het duidelijk op míjn informatiebron gemunt.
Ik trek mijn pistool razendsnel uit de holster maar zorg dat het ding nog niet zichtbaar is.
'Blijf hier.' Zeg ik bevelend, maar dat is geheel onnodig, de jongen vind mij namelijk even belangrijk als ik hem vind en hij zal mij niet zomaar laten gaan.
Ik blijf voor de jongen staan met mijn wapen dat inmiddels vertrouwd aan voelt in mijn hand.
Dan zie ik het meisje de hoek om rennen.
Rustig blijven Juliette.
Rustig blijven Juliette.
Blijf alsjeblieft rustig Juliette.
'JIJ HEBT HEM VERMOORD!' Schreeuwt het meisje.
Hope.
Het meisje is Hope.
Bij de Demon dit is ingewikkeld, Hope is het meisje dat ik zocht,
zíj is de uitverkorenen, zíj is belangrijker dan wie dan ook, belangrijker dan ik, belangrijker dan de jongen, belangrijker dan iedere Dimensie Reiziger bij elkaar.
Máár als ik haar niet neerschiet valt ze mijn informatiebron aan, en mijn informatiebron heb ik nodig om de anderen te zoeken.
Om Jamie te zoeken.
'Blijf staan!' Beveel ik Hope, haar haren zijn aan de rechterkant korter dan aan de linkerkant en haar lichtroze jurk zit onder een zwart smeersel- waarschijnlijk olie, en aan de dikte en donkerblauwe kleur te zien olie uit de oosterlijke regio, wat betekend dat ze best ver gereisd moet hebben al weet ik niet waarvoor- Ik haal mijn pistool tevoorschijn en ik richt het op Hopes voorhoofd.
Ik mag haar niet aanvallen maar dat weet zij niet.
Hope is echter niet bang voor mij en ze loopt gewoon verder.
Ze laat me geen keuze.
Ik stop mijn pistool weg en loop rustig op haar af.
'HIJ ZAL BOETEN VOOR-' Ze wil gaan rennen maar ik heb haar al vast gepakt,
verbaasd staart ze me aan.
'Hij gaat helemaal nergens voor boeten ik heb hem nodig, en jij ook, dus ik geef je de kans dit onmiddellijk op te geven óf ik zal je uit moeten schakelen.' Ik spreek redelijk zacht maar weet zeker dat ze me verstaan heeft.
'Ik ga niet naar jou luisteren bitch! Jij zal mijn wraak niet in de weg staan!' Schreeuwt ze terwijl ze probeert haar arm los te trekken.
En jij zal mij niet in de weg staan.
Hope haalt tegen al mijn verwachtingen in een mes tevoorschijn dus ik zet mijn wijs en middelvinger tegen haar slaap en meteen voelde ik het vuurwerk door mijn lichaam heen stromen.
Sorry Hope.
De kracht knalt door mijn aderen heen.
Jamie's stem is echter de echte kracht, ik hoor zijn woorden in mijn hoofd.
En zijn stem is het enige dat ik hoor.
Zijn stem is altijd het enige dat ik hoor.
Jamie.
Jamie.
Jamie.
Jamie.
"Drie seconde, denk eraan."
Zegt hij.
"Je kan het Julie!"
Kracht.
"Ja, goedzo!"
Stop! Stop! Stop!
"En nu...stop!" Schreeuwt Jamie.
Ik haal mijn vingers van Hope's slaap.
"You nailed it Julie!"
Er zijn nog geen reacties.