Why does everyone see me as a little girl?
'Hwelp me overeind..' Murmelde ik toen de dryade mijn hoofd verbonden had. Ik had geen idee hoe lang ik geslapen had,
Waarschijnlijk niet lang, de dryade was namelijk pas net klaar met het verzorgen van de wonden in mijn hoofd en de oppervlakkige schammetjes op mijn rug en benen.
Wat een idioot was ik toch.
Gewond raken.
Het opnemen tegen een vijand waar ik niets vanaf wist.
Dom.
Dom.
Dom.
Ik probeerde overeind te komen.
Dom.
'Meisje..blijf toch liggen, je hebt nog rust nodig,' Zei de dryade die me zachtjes terug de kussens in duwde.
Natuurlijk had ik rust nódig, ik had wel meer nodig, maar dat wilde niet zeggen dat ik het zou krijgen.
'Nee, ik moet nu weg.' Ik probeerde weer omhoog te komen, de stekende pijn in mijn voorhoofd negerend.
De dryade schudde glimlachend haar hoofd.
'Slaap nog even, dan kun je morgen misschien weg.' Ik kwam alsnog overeind, ik nam geen genoegen met misschien.
'Dat kan niet, mijn broer iws..er bijn-' Er gutste bloed uit mijn mond, over de witte dekens heen. Gelukkig hoefde ik de lakens niet te wassen.
Ik veegde met mijn goede hand het bloed van mijn kin en veegde hierna mijn bebloede hand af aan de dekens, die dingen waren toch al niet meer te redden.
'Je moet hier blijven.' Zei de dryade op bevelende wijze. Ik trok mijn wenkbrauwen op en probeerde de dryade sarcastisch aan te kijken maar
de stekende pijn in mijn voorhoofd belemmerde mijn vermogen haar sceptisch aan te kijken nogal.
'Waar is Robin Goodfellow gebleven?' Vroeg ik.
Natuurlijk had ik al zo'n vermoedde maar ik wilde het zeker weten.
'Buiten,' Antwoordde de dryade. (vermoedens half bevestigd) 'En jij moet binnen blijven.'
'Luister, ik heb niet echt de behoefte aan een theepartijtje met mijn broer dus ik blijf helemaal nergens.' Antwoordde ik koppig,
ik zou nog liever nog eens tegen een boom gegooid worden.
Toen hoorde ik buiten geschreeuw. (vermoedens geheel bevestigd)
Meteen probeerde ik naar de uitgang te rennen, mijn poging tot rennen slaagde- natuurlijk - niet.
Halverwege mijn ren-poging viel ik en begon ik over te geven meteen vloog al het eten dat ik nog in mijn maag had met een rot snelheid mijn maag uit.
Ik bleef nog even in mijn dubbel geklapte positie staan tot ik zeker wist dat er niet meer uit zou komen.
Nou ja, zo zeker als je het kón weten.
'Mooi, ik dacht al dat ik je weer een nieuw jurkje aan moest trekken.' Zuchtte de dryade die me met een eigenaardige blik aanstaarde.
Wacht. Even terugspoelen.
"Weer een nieuw JURKJE"
Gealarmeerd keek ik naar beneden, blijkbaar was ik te druk geweest met mezelf onderkotsen om op te merken dat ik een wit jurkje op kniehoogte droeg.
Echt?
Serieus dit?
Als Puck dit voor me uit had gezocht dan zou ik hem verrot slaan. Wat was er mis met mijn normale kleren? De kleren waar ik wel in kon vechten zonder dat mensen onder mijn jurkje zouden kijken!
Ik ging weer rechtop staan en begon met wankele passen naar de deur te lopen (ik zou niet weer proberen te rennen).
'Je maakt een verschrikkelijke fout.' De dryade stond opeens voor mijn neus wat naar mijn mening knap angstaanjagend was.
Met mijn stomme hoofd dat zo'n pijn deed dat ik het-het liefst tegen de muur zou rammen zodat ik flauw viel en het niet meer zou voelen
en mijn stomme lichaam dat weigerde de accepteren dat ik gewoon ging lopen, vechten (en niet rennen)
was het moeilijk om mijn logisch denkvermogen te gebruiken.
'Als je hier bent kun je het misschien nog verjagen, als je weg gaat zal het jou verjagen!' Riep de dryade uit toen ik
haar aan de kant duwde.
Ik greep een zwarte jas die overduidelijk niet van mij was en ik trok twee zwarte laarsjes die gelukkig wel van mij waren onder de stoel vandaan.
Ik zag dat de dryade nog iets ging zeggen en ik besloot dat ik de laarsjes en de jas buiten wel aan kon trekken.
Na dat ik dit geniale plan bedacht had stapte ik met mijn blote voeten de sneeuw in.
Onhandig en met meer pijn dan ik verwacht had trok ik de schoenen aan.
Hoe en waar kon ik Puck vinden?
Meteen toen ik me dit afvroeg kwam er een bekende stem vanuit de bosjes, ik hoefde
alleen maar met mijn ogen te knipperen of de grijze kat stond recht voor mijn neus.
Blijkbaar vond hij met toch interessanter dan hij liet merken.
'Oh, je bent er alweer, hoe verrassend.' Zei de kat.
'Waar is Puck?' Vroeg ik hem, ik begon de jas aan te trekken maar bleef de kat scherp in de gaten houden.
'Ik breng je wel naar hem toe-'
'Rennen dan, mijn broer is dichtbij.' Onderbrak ik de kat.
'Je kan niet rennen,' Bracht hij er gapend tegenin, hij had gelijk, dat experiment was niet zo goed afgelopen.
Toen ik, de kat volgend, bij de twee vechtende jongens terecht kwam bleef ik even achter een boom staan,
misschien was het raar, of gemeen, maar ik wilde eerst kijken hoe het gevecht er aan toe ging en wie er de overhand had.
Waarschijnlijk Puck.
Waarom ik dacht dat Puck aan het winnen was? Ja dat dacht ik echt. (al zou ik hem dat nooit vertellen)
Geen idee.
Maar ik had wel gelijk.
Wel ging het er harder aan toe dan ik dacht, het was geen spelletje meer zoals met de trol, Puck had nota bene de Macarena op zijn neus gedaan.
Puck was sneller dan de jongen, niet veel sneller maar een halve seconde sneller zijn kan het verschil maken.
De onbekende jongen- vermoedelijk een winterfey - was meer bezig met het observeren en natuurlijk het ontwijken van Puck's dolken.
De jongen probeerde Puck's tactiek te achterhalen.
Van al dat denken ging mijn hoofd nou niet bepaald minder zeer doen maar zolang ik wakker was zouden mijn hersenen in volle gang zijn.
Gebiologeerd keek ik toe.
Nou ja, tot ik me realiseerde dat we haast moesten maken, ik was helemaal vergeten dat mijn broer ons kwam zoeken,
hij was dan ook zeker een half uur van ons verwijderd geweest.
Ik stapte achter de boom vandaan en probeerde Puck's blik te vangen maar toen dat niet lukte besloot ik dat ik de subtiliteit beter achterwegen kon laten.
'Ik vind het heel vermakelijk om te kijken naar een gevecht, maar daar hebben we nu helaas geen tijd voor, mijn broer komt eraan, we moeten gaan.'
Even leken beide jongens te verstenen.
'Neve?' Vroeg Puck geschokt.
De onbekende jongen staarde me aan met een grijns van oor tot oor.
'Een echte winterprinses vind je niet?' Vroeg hij aan Puck.
Een prinses?
Ik zag het absoluut niet voor me, maar niet omdat ik bescheiden was of omdat ik zo'n titel niet aan kon
maar omdat Mab me waarschijnlijk eerder zou vermoorden dan kronen.
'En ik dan? Ben ik geen echte prinses?' Vroeg Puck, zijn ogen twinkelden ondeugend en ik wilde met mijn ogen rollen, wat ik maar niet deed omdat ik bang was dat ik daar nog meer hoofdpijn van zou krijgen.
'We moeten echt gaan, we moeten hem voor blijven want als hij ons vind kan ik niet rennen.' Zei ik.
'Waarom kan je niet rennen?' Vroeg de jongen.
'Oh..eh, eens denken, OMDAT JE ME NET TEGEN EEN BOOM HEBT GESMETEN JIJ ONGELOFELIJKE EIKEL.'
Geestelijk deed schreeuwen tegen deze jongen me goed. Maar lichamelijk voelde schreeuwen alsof iemand naalden in mijn brein stak.
Puck zag me trillen en hij kwam op me af gerend.
'Gaat het wel? Moet ik je dragen?' Vroeg hij. Ik fronste, het liefst had ik nee gezegd maar we waren het snelt als hij in een paard veranderde dus eigenlijk moest hij me wel dragen.
'Verander gewoon in een paard alsjeblieft, we moeten hier weg komen.'
Reageer (2)
'En ik dan? Ben ik geen echte prinses?' Vroeg Puck'
9 jaar geledenAls jij dat wilt Puck.. dan ben jij ook een echte prinses.
En wat betreft het vechten zonder dat iemand onder je jurk kan kijken...
Probeer een kort broekje of een legging te regelen
Is dat probleem ook opgelost
"Wel ging het er harder aan toe dan ik dacht, het was geen spelletje meer zoals met de trol, Puck had nota bene de Macarena op zijn neus gedaan."
Geweldig stukje dit.. hahahah
Geniaal!
Kudoo!
Snel verder!