Hoofdstuk 2

Ik kijk even naar onze kamer nu al een rommel allemaal papier en boeken liggen op de grond. Ik loop naar de leerlingen kamer toe waar ik Jane op een stoel zie zitten met een snaai te spelen. Als ik aan kom lopen zie ik ook Rachel met haar neus in de boeken en Patricia die naar Jane kijkt. Ik kom er bij zitten en pak mijn toverstok, als ik een paar keer met mijn toverstok waar een mooie zilveren lijn komt dat zweeft. We besloten naar buiten te gaan omdat Patrica het bijna in haar broek deed. Als we buiten zijn zien we het meisje weer samen met Lars. Voordat ik James kan tegen houden loopt ze al weg. Ik loop er maar achter aan ze loopt gelijk op dat meisje af en vraagt haar naam dreigend. Het meisje laat haar niet kisten en zegt:'Senna en jij'. 'Mijn naam hoef jij niet te weten': zegt Jane met een boze blik. Ik wist nu al dat hun ergste aartsvijanden worden. Jane beukt Senna aan de kant en loopt naar Lars die haar boos aan kijkt en loopt samen met Senna weg. Jane kijkt Lars en Senna na en loopt terug naar de boom en gaat tegen de stam zitten en gaat huilen. Ik kom naar haar toe en gaat haar troosten Rachel en Patricia komen aan lopen en ik vertel wat er was gebeurd. Rachel begon haar ook te troosten Patricia geeft haar een stukje chocola. Ik hoop dat het toch wel een goed jaar wordt.