Opdracht 1 - 2 = Involved
We liepen samen hand in hand door het park, vrolijk en onbezonnen. Ik had mijn rode lievelingsjurk aan, die ene jurk die jij zo prachtig vond. Met die mooie strikjes en bloemen die ik speciaal bewaarde voor speciale gelegenheden. Deze ontmoeting in het park met jou was zo een speciale gelegenheid. Vanaf die dag, vanaf dat moment dat jij me kuste bij de vijver wist ik dat ik van je hield. Dat mijn wereld om jou draaide, dat jij de ware voor me was. Toen wist ik nog niet hoe waar dat spreekwoord was; uit het oog uit het hart.
‘Dit zouden we niet moeten doen” mompelde ik hijgend. Luc negeerde mijn zwakke protesten en zoende me op de mond terwijl we tegen zijn bureau geleund stonden. Hoewel ik hem terug zoende, wist ik dat ik fout bezig was. Luc was notabene mijn baas, het was gedoemd te mislukken. Ik was niet bang dat David er achter zou komen, want dat zou toch nooit gebeuren. Het voelde zo fout, maar ik kon mezelf ook niet tegen houden. Luc maakte iets los in me, hij liet me weer vrij voelen. “Kom je vanavond langs?” vroeg hij fluisterend in mijn oor. Ik knikte en keek hem verleidelijk aan. Ik wist dat het een heerlijke avond zou worden.
Ik keek je verdrietig aan, haast smekend in de hoop dat je niet zou gaan. Ik was egoïstisch, ik wilde je hier bij me hebben. Maar nee, jij was een moedige man. Jij wilde vechten voor ons land, mensen helpen en de wereld verbeteren. Ik wist dat ik trots op je moest zijn, dat je het aandurfde om aar Iran te gaan. Maar ik miste je vooral, en wilde dat je thuis bleef, dat je bij mij bleef. Want jou afwezigheid veranderede zoveel in mijn leven.
Luc en ik lagen verstrengeld op de bank, en voor het eerst in tijden voelde ik me totaal gelukkig. Eindelijk iemand die al zijn aandacht op mij richtte, iemand die echt voor me ging. Het was een heerlijke rustige avond en we genoten van het eten en van elkaar. Ik had me in tijden niet zo vermaakt met iemand.
Plots werden we opgeschrikt door een krakend geluid. “Hoor jij dat ook?” vroeg ik aarzelend aan Luc. Hij knikte en keek me even aan. “Hallo, Sara ben je thuis?” klonk een iets te bekende zware mannenstem. Ik keek Luc angstig aan, dit kon niet waar zijn. Naar al die maanden, en nu was hij terug. “Sara, ik wilde je verassen. Ik heb een wat nare infectie opgelopen dus hebben ze me vervroegd naar huis gestuurd” vertelde de mannenstem, nu langzaam de kamer ingelopen. Van schrik liet hij zijn spullen uit zijn handen vallen. “Wat is hier aan de hand” riep hij verontwaardigd terwijl hij mij gepijnigd aankeek.
Ik werd me er nu pas bewust van hoe verstrengeld Luc en ik in de bank lagen. Hoe verkeerd we eigenlijk bezig waren. Tranen stroomde langzaam over mijn wangen. “Het spijt me, ik weet dat ik het niet goed kon praten maar ik was zo eenzaam” snikte ik. Luc en David keken me vol woeden aan.
“Ik denk dat ik beter kan gaan” mompelde Luc kwaadaardig tegen mij. Vervolgens keek hij David aan. “Sorry, ze beweerde dat jullie waren gescheiden anders was ik hier ook nooit aan begonnen.” Hij keek me nog een keer vol woede aan en toen beende hij de deur uit. “Hoe kon je Sara, ik vertrouwde je” zei David op een gekwetste toon, nog steeds staand in het midden van de kamer. “Ik ga naar wat vrienden, en als ik terug kom zijn al je spullen verdwenen. Begrepen? Ik wil niks meer met je te maken hebben” schreeuwde David bevangen van woede en pijn. Hij pakte zijn spullen van de grond en beende de deur uit. Op het laatste moment draaide hij zijn hoofd om en mompelde: “Ik hield echt van je Sara.” Alleen bleef ik achter op de bank, nog half in shock van wat er net had afgespeeld. In enkele minuten was ik mijn minnaar, man, huis en waarschijnlijk door Luc ook mijn baan verloren. Ik was alles kwijt, en wat had ik nu bereikt.
Ik hield ook echt van jou, dat wilde ik je graag even vertellen. Maar het was zo zwaar, zo eenzaam als jij weer maanden weg was. Niemand om in de avond mee te praten, om in de armen te liggen in bed. Niemand die aan me vroeg hoe mijn dag was. Ik miste je, ik miste je zo erg dat ik wel naar Luc toegedreven werd. Hij was een tijdelijke vervanger van jou. Nee correctie, ik hou nog steeds van je.
Er zijn nog geen reacties.