#002
Het vorige hd is iets aangepast en dankjewel emmytje voor je abbo
Doodvermoeid ga ik naar het motel waar ik momenteel logeer. Ik doe de deur open en mijn hand schiet gelijk naar mijn wapen. Wat mijn aandacht had getrokken weet ik niet, de kamer ziet er heel normaal uit. Dan zie ik het, mijn sporttas die eerst bij het bureau had gestaan stond nu tegen de muur naast het bed. Wantrouwend doorzoek ik alle mogelijke verstop plekken maar ik vind niets. Ik ga naar de receptie en vraag of er onlangs nog schoonmaak is geweest in kamer 264. De balie medewerkster checkt het in de computer en schud ontkennend haar hoofd. Ik ga weer naar boven en grabbel naar mijn telefoon. Snel toets ik het nummer in en ik wacht ongeduldig tot hij opgenomen word. Na de vierde keer word er eindelijk opgenomen.
'Met Gabriel.' Klinkt het slaperig.
'Ja met Piper, ik heb een probleem. Het kan ook niets zijn maar toch.' Zeg ik terwijl ik uitleg wat er is gebeurt.
'Is er iets weg? Blijf daar ik kom naar je toe!' Hij is gelijk klaar wakker.
Mijn ogen scannen de kamer maar degene die in mijn kamer was wist vast niet dat ik al mijn spullen op het hoofdkantoor heb.
'Nee, er is niets weg geloof ik. Al het waardevolle ligt in het pand en hier heb ik alleen wat kleding.' Zeg ik verward.
'Ik kom eraan, blijf hangen.' Zegt hij bezorgt.
Ik hoor gestommel en gevloek en daarna een portier die dichtvalt.
'Ben je er nog Pipes? Ik en Jake zijn onderweg.' Zegt hij terwijl ik de auto hoor starten.
Ik wil bevestigen dat ik er nog ben als ik plots iets verdachts zie achter de tas.
'Pipes? Piper ben je er nog?' Dit keer is het de stem van Jake.
'Wacht even jongens, er ligt wat achter de tas het lijkt wel een...' Mijn hart slaat een slag over als ik de tas wegschuif.
'Piper wat is het? Piper, geef godverdomme antwoord.' Schreeuwt Jake.
'Piper hou vol, we zijn er bijna.' Zegt Gabriel rustig.
'Jongens, het is een bom.' Zeg ik zacht.
'Wat is het Piper? De ontvangst is heel slecht.' Kraakt de stem van Jake. De verbinding valt weg.
'Kut kut kut!' Roep ik gefrustreerd.
Trillend toets ik het nummer van Martha in, zonder succes. De lijnen zijn dood. Ik bekijk de bom beter. Dit zou veel schade veroorzaken en er zaten ik weet niet hoeveel mensen en kinderen in dit hotel. Denk Piper, denk! Mijn oog valt op een rode knop aan de muur in de gang. Struikelend ren ik er heen en druk hem in. Meteen vult het hele gebouw zich met een jankende sirene en ik hoor mensen gillen. Het brand alarm loeit onverstoorbaar door. Een medewerker van het hotel komt aangerend.
'Mevrouw heeft u op de sirene gedrukt?' Hij kijkt me onderzoekend aan.
'Ja dat heb ik, en als u wilt dat iedereen blijft leven dan evacueert u iedereen.' Zeg ik terwijl ik mijn badge laat zien.
De man trekt wit weg en roept door zijn portofoon dat iedereen naar buiten moet.
'Wat is er aan de hand.' Vraagt hij benauwd.
'Dat is er aan de hand.' Snauw ik terwijl ik naar de bom wijs.
Ondertussen stromen de gangen vol met mensen in pyjama's die jengelende kinderen meeslepen.
'Geef me uw telefoon en ga samen met deze mensen naar buiten.' Zeg ik bevelend.
De man geeft gelijk de telefoon en gaat dan naar de andere medewerkers. Ik type het nummer van Martha in.
'Met Martha Jones.' Klinkt een vrouwenstem.
'Martha met Piper er is...' Ik word ruw onderbroken.
'Piper waarom bel je mij op dit uur van de avond?' Vraagt ze verwijtend.
'Martha er ligt een bom in mijn hotel kamer!' Schreeuw ik door de telefoon.
Het blijft even stil.
'Breng iedereen veilig naar buiten en ik stuur het bom team.' Zegt ze zakelijk.
Ik zucht opgelucht.
'Dankje, en Gabriel en Jake zijn onderweg.' En dan verbreek ik de verbinding.
Eindelijk is iedereen buiten en op dat moment komen Gabriel en Jake aan.
'Wat is hier in vredesnaam aan de hand.' Vraagt Jake verbijsterd.
'En waarom verbrak je de verbinding?' Vraagt Gabriel er verwijtend achteraan.
'Er was geen bereik, luister er ligt een bom in mijn kamer.' Leg ik fluisterend uit.
Ze kijken me sprakeloos aan. Dan zie ik het busje van het bom team aankomen en ik been er naar toe.
'Bent u special agent Piper Shay?' Vraagt de man die uit het busje stapt.
Ik knik ter bevestiging.
'De bom ligt in mijn hotel kamer, ik herkende hem niet.' Leg ik uit.
'Welke kamer had u?' Vraagt hij dringend.
Ik loop voor hem uit en de andere teamleden volgen ons. Eenmaal op mijn kamer loods ik ze naar de bom.
'Het enige wat ik zag is dat hij word gestuurd door een telefoon.' Zeg ik wijzend op de kleine nokia.
De mannen buigen zich over de bom.
'Ik ken deze bom niet.' Zegt het hoofd van het bom team verbaasd.
De andere leden drommen om hem heen en schudden verbijsterd hun hoofd. Op dat moment verschijnt er een klok op het schermpje van de telefoon die vanaf 3 seconde aftelt. We staan aan de grond genageld.
Er zijn nog geen reacties.