Stilzwijgend bewandelen we het gebouw The Ziani's. In de lift drukt Rania woest op de zeventiende knop. De kalmte die ze normaal gesproken uitstraalt is veranderd in vuurspuwende ogen. Wanneer de lift deuren open schuiven en zij als een gek wilt beginnen te roepen grijp ik haar vast en druk onopvallend mijn hand op haar mond. 'Verman je Rania! Dit is nog steeds jou werkplek. Je moet de mensen niet afschrikken. We zullen naar zijn kantoor gaan maar beloof me dat je niks geks zult doen.' Fluister ik in haar oor. 

Ze kijkt me even ongelovig aan en begint dan vreugdeloos te lachen. 'Die rotzak zal levend in brand gestoken worden. Ik zal hem laten voelen hoeveel pijn dat doet. Ook al is hij niet degene die mijn ouders heeft vermoord. Hij heeft er iets mee te maken. En zoals ik al zei, iedereen die mij in de weg zal staan zal ik van kant maken.' Ratelt ze als een gek door. 'Dus je beloofd het me?' Vraag ik nog één keer droog. Ze slaakt een diepe zucht en knikt. 'Maar wanneer ik alle informatie uit hem heb gekregen zal ik hem alsnog levend verbranden!' 'Ja, een kogel door z'n kop lijkt me een beter idee.'

Voor de deur van Reda's kantoor haalt Rania even een paar keer diep adem. Vervolgens knikt ze naar mij en klopt dan op de deur. 'Kom binnen.' Klinkt zijn zware stem vaag. Samen stappen we zijn kantoor binnen. Hij staat verbaasd op en loopt glimlachend naar Rania toe terwijl hij mij een vuile blik toewerpt. 'Rania lieverd, hoe gaat het met je? Zijn je wonden al genezen?' Vraagt hij benieuwd. Ik zie met mijn ooghoeken dat Rania zich probeert in te houden. Tevreden onderdruk ik een glimlach. 'Het gaat goed met me. Zoals je ziet ben ik weer helemaal de oude.' Ze forceert een glimlach en legt zich dan op een stoel neer. 

'Wat kan ik voor je doen?' Rania kijkt hem stilzwijgend aan. 'Ga zitten.' De kalme toon in haar stem lijkt weer rustig terug te komen, net goed. Reda gaat nieuwsgierig zitten. 

Rania:

'Ik wil ontslag nemen.' Zo vastberaden als ik ben kijk ik hem in de ogen aan. Het lijkt net alsof hij water ziet verbranden. 'Maar waarom?' Hij probeert zijn stem te beheersen. 'Omdat ik niet in zie waarom ik hier nog zou moeten blijven werken klootzak!' Roep ik. Ik ben mijn geduld aan het verliezen. Ik had Zakaria nooit moeten beloven dat ik rustig aan zal doen. Het enige wat ik wil is deze vuile schoft bespringen. Hem bewusteloos slaan. Wetend dat, dat mij nooit zal lukken. Hij is te sterk voor iemand als ik. Maar toch is dat het enige wat ik verlang. 
Zakaria werpt mij een waarschuwende blik toe. Ik negeer hem volkomen en doe alsof hij er niet is. Deze man moet door iemand als mij op zijn plek worden gezet. Hij komt hier niet makkelijk mee weg. De informatie zal ik uit hem krijgen. En daarna, daarna zal ik hem verwoesten.
'Ik volg je niet helemaal.' Reda's ogen staan verward. 'Nou zoals ik zeg, ik neem mijn ontslag.' 'Hier moet je toch een verklaring voor hebben? Je kan niet zomaar ontslag nemen!' Barst hij uit. Ik sta in een ruk op en sla met mijn vuist op zijn bureau. 'Jij zak! Vertel mij, vertel mij waarom jullie mijn ouders hebben vermoord!' Breng ik er beheerst uit. Reda's gezicht trekt wit weg. 'Hoe bedoel je?' Stottert hij met een trillend stem. 'Geef me nu alle informatie die je hebt of ik knal je kop er nu zonder erbij te knipperen af.' 'Wat Rania probeert te zeggen is dat jij maar beter kan beginnen met praten. Anders zal het niet echt goed kunnen aflopen voor jou.' Zakaria bracht de woorden er rustig uit. Reda moest hen begrijpen. 

'Je ouders.' Begint Reda, het lijkt net alsof hij zich toen hij die twee woorden uitsprak in een andere wereld bevind. 'Laten we zeggen dat het niet eerlijk was om jou moeder van kant te maken. Ze was totaal onschuldig. Maar geloof me Rania, ik heb haar niks aangedaan. Ik stond als een leeg hoofd toe te kijken zonder actie te ondernemen. Ik keek toe terwijl jou moeders keel werd doorgesneden. De gesmoorde kreet die ze liet hoor ik nog elke nacht ik mijn dromen. Nachtmerries. Ze was meteen dood. Terwijl iedereen maakte dat ie weg kwam bleef ik daar roerloos staan. Kijkend naar een dode lijk in een badkuip. Ik kon haar niet helpen Rania. Ik kon niks doen. Het zou mijn leven hebben gekost als ik wat probeerde te doen. Mijn leven en alsnog zouden ze haar hebben vermoord. Ik wist niet wat we daar gingen doen Rania. Ze zeiden tegen mij dat ze een gesprek zouden voeren met de vrouw van de rijkste man hier in Amsterdam.' 

Onbewust biggelen de tranen langs mijn wangen naar mijn kin. Mijn vader, rijk? De dag dat mijn ouders overleden zal ik nooit kunnen vergeten. Hoe ik mijn moeder in de badkamer aantrof. Ineens lijkt het alsof ik die bewuste dag weer meemaak. De dag dat ik naar huis ging om mijn moeder huilend te vertellen wat er met mijn vader was gebeurd. 

Snikkend rende ik de trappen op naar boven. Zoekend naar mijn moeder. 'MAMA, MAMA WAAR BEN JE?' Schreeuwde ik door het huis. Wij woonden in een groot huis. Je kon het een villa noemen. Daarom was het ook erg moeilijk om haar te vinden. Huilend opende ik de deur van hun slaapkamer waarna ik zag dat de lichten van hen badkamer aan stonden. Vervolgens opende ik ook die deur en trof mijn moeder aan in een badkuip. Drijvend in haar eigen bloed. Haar ogen waren gesloten. Ik geloofde mijn ogen niet. Ze kon niet dood zijn. Nee dat kon niet! Niet ook mijn moeder. Hoe kon dit gebeuren? 

Paniekerig val ik naast mijn moeder op mijn knieën. 'NEE MAMA, NEEE ALSJEBLIEFT! LAAT ME NIET ALLEEN.' De tranen die over mijn wangen stroomden leken wel een oceaan te kunnen vormen. Waar kwamen al die tranen vandaan? 

Ik voelde aan de pols van mijn moeder en wist dat het gedaan was. Ik pakte haar hand en stak de wijsvinger in de lucht. Terwijl ik trillend haar wijsvinger van haar rechter hand recht probeerde te houden schreeuwde ik dat ze me niet mog verlaten. Ookal was het al telaat..


Zakaria haalt me schreeuwend uit mijn gedachten. Ineens ben ik me ervan bewust wat er aan de hand is. Ik was zo erg in gedachten gezonken dat ik niks hoorde of voelde. Er word geschoten in de gangen. Verschrikt sta ik op als ik hoor dat de geluiden dichterbij komen. Ik wissel een blik met Zakaria en samen duiken we precies op het moment dat er schietende mannen binnen komen achter een zwarte bankje. 'REDA!!' Schreeuw ik geschrokken. Ik was hem helemaal vergeten. Alles wat ik over hem zei neem ik terug. Hij kon er niks aan doen dat mijn ouders werden vermoord. Normaal ben ik niet zo vergevensgezind. Maar omdat mijn moeder hem vast ook had vergeven zal ik dat ook moeten doen. Ik geloofde elke woord die hij zei. Ineens stopt iedereen met schieten. Ik grijp naar mijn vuurwapen en sta dan in een ruk op. Zakaria die mij geschrokken probeert tegen te houden duw ik met mijn voet weg. Alle pistolen zijn op mij gericht. Ik kom oog in oog te staan met iemand waarvan ik hoopte dat ze al dood was. 

Reageer (1)

  • Girlicious

    Ugh die cliffhangers maken me echt gek...
    Op een goede manier..
    Reda weet wel met een normale toon het hele verhaal te vertellen over Ranias moeder. Geen trillende stem, bange blik,medeleven. Hij vertelt het haast zonder enige emotie..
    Omg wie is die persoon.
    *gaat volgende hoofdstukje lezen*

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen