Hoofdstuk 7~ de vreemde stem
De weg naar het hoofdkwartier van de Magische orde duurde niet zo lang.Heril, die Tesina maar een vreemd wezen vond,dacht na: Volgens mij heeft ze last van woede aanvallen. Dan hebben we het over van een mug een olifant maken, waren zijn gedachte. Waarom hij mee ging was een van de zoveel vragen die door zijn hoofd spookte. Ze grepen naar zijn aandacht, als een rode bloem tussen de witte.
Uit het niks schudde hij met zijn hoofd.
Deran, die naast hem liep, keek hem vreemd aan. Heril veegde zijn vage hoofd schud actie weg.
"Het is niks", fluisterde hij zo zacht dat Tesina het niet kon horen. Deran bleef hem nog even aankijken met zijn starend blik, maar algauw merkte hij dat er toch niks was en richtte zijn blik weer op het gebied voor hem.
"Het is echt niks. Nee echt niks", mompelde Heril nog.
Zijn hoofd zat vol met gedachtes, nog steeds.
Heril waarom ga je niet gewoon weg. De grote wildernis in. En dan vertel je alles wat je hebt gezien hier. Over Tesina en de steen. Over Deran die er nu een obsessie voor heeft en er niet meer zonder kan. Waarom doe je dat niet. Het zit niet in de bloed om zo makkelijk mee te gaan met iemand die je pas kent, fluisterde een stem in zijn hoofd. Geërgerd schudde Heril weer zijn hoofd, dit keer wilder.
"Ga weg!" schreeuwde hij. Gelijk hield hij zijn mond weer. Tesina draaide zich om keek hem vreemd aan. Deran glimlachte.
"Nee het is echt niks hè", lachte hij.
"Waarom schreeuwde je zo?", vroeg Tesina op haar hoede.
"Ooh dat, dat was echt niks om je zorgen over te maken", verzon Heril snel.
Tesina en Deran keken elkaar aan. Daarna liepen ze weer verder.
"Heril ziet ze vliegen. Hij hoort stemmen die er niet zijn", bracht Deran op een pestige toon uit.
"Misschien hoor jij die wel", bracht Heril boos uit.
"Zeg diegene die net hard heeft geschreeuwd naar niemand."
"Laat me gewoon", mompelde Heril zacht.
"Oké dan. Hou maar weer op", bemoeide Tesina zich ermee. "Sommige mensen hebben betere oren dan anderen."
Hiermee was het gesprek afgelopen. Helaas voor Heril ging de stem nog verder met praten: Heril, ja sommige mensen hebben betere oren dan anderen. En weer andere kunnen beter vechten dan andere. Ja, vecht je hier uit. Laat ze bloeden, laat ze lijden. Zoals jij vroeger had moeten lijden.
"Hou gewoon op. ik heb vroeger misschien wel moeten lijden, maar dat gevoel gun ik zelfs mijn ergste vijand niet!" Heril keek boos om zich heen. De gezichten die iedereen trok negeerde hij terwijl hij boos tegen een boom aan ging zitten. Waarom moest hij hier nou weer op dit moment last van krijgen? Altijd als hij niet dacht aan zijn verleden begon er wel iemand over. Hij had geleerd nooit te leven in het verleden, die kon je namelijk niet veranderden. Maar hoe kon hij ermee ophouden als iedereen er weer eens over begon. Niet dus.
Er gingen een paar minuten voorbij. Met zijn hoofd op zijn knieën zat Heril daar. Terwijl Deran en Tesina merkte dat er niet veel meer over zou blijven van de wandelingen daarom begonnen ze alvast te zoeken naar wat brandhout. Het was al haast avond. De zon verdween langzaam achter de bomen, waardoor het licht steeds zeldzamer werd in Qecue.
"Waarom laat je me nou niet gewoon met rust", mompelde Heril tegen de stem in zijn hoofd.
Waarom zal ik. Ik laat je past met rust als je toegeeft aan je angsten. Aan je woede en verdriet.
"Waarom zal ik dat ooit doen?"
Waarom niet. Het helpt je echt. Gewoon even alles uiten, en niet op proppen tot een groot geheel.
"Ik heb er geen last, dus waarom zal ik dat dan doen?"
Ooit zal je er last van krijgen. En dan kan je niet zeggen dat ik nooit ervoor heb gewaarschuwd.
"Het zal nooit gebeuren, accepteer het gewoon!"
Hiermee was het gesprek afgelopen. Nog een paar keer probeerde Heril ervoor te zorgen dat de stem niet meer terug kwam, maar telkens als hij wat hardop mompelde of vroeg, kwam de stem weer terug. Daarom was hij erg opgelucht toen Deran en Tesina weer terugkwamen. In zijn vriend ze handen lagen een paar takken. In die van Tesina lag een dode eekhoorn en konijn. In de laatste zat nog een pijl. Nu pas viel de boog op haar rug Heril op. Hoe kon hij zo groot wapen over het hoofd zien? Hij kon zichzelf wel voor zijn hoofd slaan.
"Gaat het alweer een beetje", vroeg Deran.
Heril knikte. Hij had geen zin om te gaan praten. Als hij iemand zal vertellen over de stem, zouden ze hem voor gek verklaren. Zeggen dat hij voor de duivel werkte. En dan zal hij verbannen worden.Iets wat hij echt niet wou.
Het geloof in Qecue is zeer streng.Ze geloven dat alles en jedreen een ziel heeft. Bomen, planten, herten, elfen,kabouters echt alles. Maar als je die niet onder control en kon houden,of je zwakte hardop zei, dan kon de duivel het ziel afpakken en gebruiken. Zo had die de macht over jou en je ziel.
Heril kon niet geloven dat dat hij ooit zijn zwakte hardop had gezegd.Het was net zoiets dat als je je ware naam zie, dat diegene die de naam wist de macht over je had. Heril had nooit zijn ware naam of zwakte gezegd.Zelfs njet tegen Deran, zijn vriend die hem in elke moeilijke tijd steunde. Andersom was dat ook zo. Deran had nooit zijn zwakte of ware naam gezegd.Niet dat ze bang voor elkaar waren, nee dat zeker niet.Ze waren al vanaf kleins af aan goede vrienden.Maar het was meer dat de ander gevangen genomen kon worden en gedwongen worden om de ware naam te zeggen. En dan had je een groot probleem.
"Dus je weet zeker dat het weer gaat?", herhaalde Deran zijn vraag.
"Ja,het gaat wel weer",mompelde Heril.
Deran knikte en gooide met een harde klap de takken op de grond.
"Dan heb je vast en zeker erg honger. Wat wil je, konijn of eekhoorn?" Deran klonk een stuk vrolijker dan eerst. Misschien deed Tesina hem wel goed.
Wat is dat nou weer voor gedachte, Heril. Word je jaloers op je vriend?
"Wat nou weer", mompelde Heril net iets te hard.
Tesina en Deran draaide zich tegelijk tijd om.
"Ja, het gaat wel weer, hè", zie Deran op dezelfde toon zoals Heril daarnet zei.
"Het-het was niks hoor. Gewoon..." Heril kon zo gauw niks verzinnen.
"Laat me raden", bemoeide Tesina zich ermee. " Gewoon het feit dat iets tegen je mompelt, zonder dat je diegene ziet."
Heril keek haar met grote mogen aan. Net toen hij wou zeggen:"Hoe weet je dat?" had hij haar door. Natuurlijk wist ze dat niet, maar heg was een logische denkwijze. Door gewoon wat te gokken en wachten tot dieven hoe wist je dat zei, kon je weten dat je gelijk had.Hier trapte hij niet in.
Reageer (1)
Weer een leuk stukje!!
9 jaar geledenBen nu wel heel nieuwsgierig.
Trouwens, als je wilt kan ik wel je helpen met de typefouten?
Want op zo'n tablet is dat niet makkelijk, maar als je wilt kan ik die eruit halen (:
Voor de rest vind ik het echt de goede richting op gaan ^^