17.
Thuis aangekomen wijs ik sam meteen zijn kamer aan. Eindelijk krijg ik het lef om de vraag te stellen die de hele tijd in mijn hoofd rondspookt. 'Weten je ouders dat je hier bent?' Vraag ik teleurgesteld. Ik weet dat sam zijn ouders zo aan de kant zou zetten voor mij. Dat ze mij haten is nog niet zo'n groot probleem.
Maar dat ze zijn zoon ook door mij kunnen gaan haten vind ik wel een groot probleem.
Ondanks alles geef ik nog steeds om ze. Ik houd verdomd veel van mij familie en vind het spijtig dat ze me niet meer zien zitten. Ik ben verdomme lucht voor hun. Ze zouden me zo voorbij lopen als ze me tegenkomen. Dat sam me is komen opzoeken na zijn broertjes zijn dood zou ik niet eens durven te dromen. Maar toch, toch heeft hij het gedaan. Ik ben bang, bang dat hij me weer eens in de steek gaat laten als ik hem het meest nodig heb. Weer in zo een moeilijke tijd. Iedereen heeft hem kunnen overtuigen dat ik gevaarlijk ben. Iedereen heeft elkaar kunnen overtuigen dat ik niet meer bij ze hoor. En dat, dat doet mijn hart bloeden. De gebrek aan liefde in mijn leven doet pijn. Alles doet pijn..
'Ze weten het niet. Ik heb ze verteld dat ik op mezelf ga wonen.' 'Oh' dat is het enige wat ik over mijn lippen kon krijgen. 'Maar ze zullen het binnenkort te weten komen. Wees niet bang lieverd, ze gaan me niet meer over kunnen halen. Iedereen weet inmiddels al dat ik mezelf niet was zonder jou. Het is nog even wennen, ik bedoel. Ik heb je een jaar lang niet gezien. Maar alles komt goed. Ik word weer jou beste vriend. Ik zal er voor je zijn, het spijt me echt voor alles.' Fluistert hij het laatst. 'Ik wil het zo graag sam, zo graag wil ik dat wij weer de oude beste vrienden worden. Maar kan dat wel? Na alles wat me is overkomen en na die jaar dat ik je het hardst nodig had... Ik' ik kan niet meer verder en barst in tranen uit. 'Het was en is gewoon allemaal zo moeilijk voor me.' Voeg ik er snikkend aan toe. Zonder iets te zeggen neemt hij me in zijn armen en houdt me stevig vast. 'Het spijt me zo' hoor ik hem met een trillende stem zeggen. Hij heeft het moeilijk en dat kan ik zo horen en voelen. Ik maak me rustig van hem los en kijk hem in de ogen aan.
Ik hef mijn hand op en strijk over zijn slaap. Een traan ontsnapt vanuit zijn ooghoek. 'Het maakt niks uit sam. Ik neem jou niks kwalijk en mijn familie ook niet.' 'Hoe kan jij in zo'n toestand nog helder nadenken? Waarom praat je altijd zo goed over de familie die jou in de steek heeft gelaten? Je bent echt hetzelfde gebleven Rania. Zo lief en zo eerlijk.' Zegt hij rustig. 'Laten we niet sentimenteel worden he sam.' Grap ik. 'En dat is weer zo'n reden waarom ik het zonder jou niet kon overleven. Kom laten we gaan koken.' Zegt hij opeens en trekt me mee de keuken in.
Ik kijk hem lachend aan terwijl hij met alles en nog wat staat te worstelen. 'Wat kijk je zo? Kom me eens helpen!' Zegt hij geïrriteerd. 'Jij wou zo nodig koken. Wat ben je eigenlijk van plan om te maken?' 'Lasagne, vind je dat lekker?' Vraagt hij me met een brede glimlach. Ik geef hem een stomp op zijn arm. 'Je weet dat dat mijn lievelings gerecht is die jij altijd voor mij maakte. Oh begin snel te koken!' Zeg ik verlangend naar mijn lasagne. Ik ga naast hem staan en begin met het snijden van de paprika's en courgette. Dit word zalig.
'Ben je van plan om mee te gaan? Je weet wel, naar jimmy's begrafenis?' Begin ik aan tafel weer over de pijnlijke onderwerp. Ik kan het niet laten. De lasagne was zoals verwacht echt zalig. Heb zijn kook kunsten zo erg gemist. 'Nee.' Beantwoord hij mijn vraag droogjes. Nu weet ik dat ik beter kan gaan zwijgen. Als ik hoor dat de bel gaat sta ik meteen op. 'Wie moet dat zijn?' Vraagt sam mij..
Reageer (1)
Aawh Sam is zo lief!
9 jaar geledenIk wil ook zo'n lieve leuke neef vriend
Lasagneee!!!
Omg wie staat er aan de deur! Ik ga doorlezen, maar moest gewoon reageren