Wie ben jij en wat wil je verdomme van me?' Breng ik er kwaad uit. Ik ben bang maar ik laat me niet kleineren door deze klootzak! Hij moet weten wie hij tegenover zich heeft staan. Nou ik sta niet echt, nog steeds lig ik op de grond en nog steeds houdt hij zijn pistool op mij gericht. Wat denkt hij hiermee te bereiken? Wilt hij me uit de weg ruimen? Zo ja, waarom?
Ik ken hem niet en hij kent mij niet toch? Al deze vragen waarvan ik weet dat ik zelf opzoek moet naar de antwoorden bezorgen mij koppijn. Als ik de jongeman strak in zijn ogen aankijk voel ik een golf van misselijkheid in me opkomen. Hij bezit een blik, een blik die me doet huiveren. Hij komt me zo bekend voor. Maar ik kan het gevoel niet plaatsen. Waar heb ik hem gezien?

'Wie ik ben? Doet er niet toe. Maar wat ik wil, ik wil jou zien verdwijnen!' Beantwoordt hij mijn vraag kortaf. 'Probeer voortaan beter te mikken' voegt hij eraan toe, doelend op mijn pistool. 'Ach, je kent me net en hebt nu al een hekel aan me?' Zeg ik lachend. Niet beseffend dat hij elke moment een kogel door mijn hoofd kan schieten. 'En jij bent meteen al een kreng.'
'Dat zou je toch al moeten weten aangezien je me in de gaten houdt?' Kaats ik de bal terug. Ik zie dat hij zijn woede met moeite kan inhouden wat mij natuurlijk pretogen bezorgt. Hij moet niet denken dat ik zo iemand ben die alles over zich heen laat komen. Iemand die al te snel op haar teentjes is getrapt. Nee zo iemand ben ik absoluut niet.
Ik kan alles en iedereen aan, als ik er maar in geloof. 'Ja, gelijk heb je ook' zegt hij met een frons en tovert dan een gemaakte glimlach op z'n gelaat. Ook ik werp hem een gemaakte glimlach toe en probeer dan op te staan. Snel word ik weer tegen de grond aan geduwd. Hij kijkt me nu waarschuwend aan. 'Waar is mijn neefje?' Vraag ik en probeer mijn woede nog in te houden. 'Die is veilig.'
'Lieg niet verdomme!! Waar is mijn neefje?!!' Zeg ik dit keer woedend. Ik kijk hem vol afschuw aan en probeer weer op te staan. Dit keer doet hij geen moeite om mij tegen te houden maar nog steeds houdt hij zijn pistool op mij gericht. 

Ik moet een plan bedenken om hier weg te komen. Nadat ik zeker weet dat mijn neefje veilig is zal ik mijn kans grijpen.
'Ik vraag het je nog een keer, waar is mijn neefje?' Mijn ogen schoten vuur. Nog steeds kijkt hij mij zwijgend aan. Als mijn onderlip begint te trillen begin ik te schreeuwen. Ik weet dat ik mijn geduld aan het verliezen ben en hij genoot ervan. 'Hij is veilig' herhaalt hij droog. 'Waar is hij?' 'Nu? Volgens mij bijna thuis.' 'Lieg niet!'
'Ik heb niks aan hem Rania. Hij was de enige manier die ik kon bedenken om je hier te krijgen. Nu je er bent heb ik hem niet meer nodig.' Ik begin weer op een normaal tempo adem te halen. 'Waarom ben ik hier? Wat wil je doen?' De blik in zijn ogen word hard als ik deze vraag stel. Hij kijkt me emotieloos aan en richt zijn pistool dan op mij.
Dit keer net boven mijn borst. 'Nu hoef ik alleen nog de trekker over te halen. Dan ben ik van je af. Kijk me niet zo aan, je hoort blij te zijn. Zo kan je weer bij je zogenaamde ouders zijn.' Brengt hij er gemeen uit.

Reageer (1)

  • Girlicious

    Wie is dat?!
    En het neefje word niet vermoord toch?! Omdat hij teveel weet en teveel heeft gezien?
    Hij schiet haar niet neer.. Super Zakaria of Super Reda komt haar redden!! Ik voel het!
    Ze mag nog niet dood gaan. Is die boy gemaskerd of niet? Misschien is het een ex van haar ofzo.. OMG WIE IS HET?!?!

    Kudo!
    Snel verder!

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen