Noorderlicht.
Wanneer er een zonnewind naar de aarde komt en zo door ons magnetisch veld kan breken, kan je soms het noorderlicht zien.
Daar kwam de les, die tot nu toe 30 minuten duurde, op neer. Een hele technische uitleg werd gegeven om te verklaren waarom je dat verschijnsel kon zien. Maar ik vond dat het niet nodig was om dat te verklaren. Sommige verschijnsels hadden geen uitleg nodig.
Natuurlijk zou ik zonder de les van mevrouw Daines niet kunnen navertellen hoe het kwam dat er af en toe dansende, lichtgevende banden verschenen aan de hemel boven de poolcirkel. Maar wat ik zou zeggen, zou tienduizenden keren mooier zijn.
Ik zou hen zeggen dat de lichtgevende, gekleurde, dansende slierten, duizenden kleine lichtjes apart waren die samen, synchroon een dans uitvoerden. Dat elk lichtje op zich zijn eigen taak had en dat elk lichtje wel voor iets anders stond. Sommigen onder hen waren gestorven, uitgedoofde sterren die terug een nieuw leven hadden gekregen. Anderen waren lichtpuntjes van elke wens die er ooit op aarde was gewenst. Nog anderen waren de harten van alle mensen die gestorven waren. En zo kreeg je samen een harmonie van licht.
Het schouwspel speelde zich in het noorden af omdat het daar donker is. De mensen hebben het licht daar nodig. Ook hier boven ons speelden er altijd zulke taferelen af, alleen kon je ze niet zien, maar moest je ze voelen.
Tegen kleinere kinderen zou ik zeggen dat de lichtslierten gevormd werden door elfenstof. Je zou boeken kunnen schrijven om zo'n fenomeen te verklaren.
Maar de meeste mensen kozen voor de saaie, technische uitleg.
De wetenschap was iets lelijk.
Alles moest gestructureerd zijn, binnen hun kader passen en alles moest verklaard kunnen worden aan de hand van atomen, natuurwetten,...
Het was handig dat men wist hoe bepaalde dingen werkten, maar werd het mooi verwoord?
Nee, inderdaad niet. De wetenschap was iets lelijk en ik wist dat het er ook nooit mooier op zou worden. Daarom koos ik altijd voor mijn eigen wetenschap en dus ook voor mijn eigen werkelijkheid. En misschien was dat wel mijn zwakte geweest die ene dag.
Mijn werkelijkheid was mooi. Er was geen plaats voor lelijke of onaangename dingen.
Zo was er bijvoorbeeld plaats voor Maya, maar niet voor Chloë gewoon vanwege de simpele reden dat ik Maya op eindeloos verschillende manieren kon beschrijven en nooit zou het saai worden. Bij Chloë kwamen deze ideeën niet in me op en daarom werd ze dus ook niet opgenomen in mijn werkelijkheid.
Zo gingen er waarschijnlijk vele dingen aan me voorbij, maar dat maakte niet uit.
Want ik kon extra aandacht besteden aan de dingen die ik mooi vond. Zo kon ik Maya's haren vergelijken met kleine strootjes die net geoogst waren en er daarom vers en verzorgd uitzagen. Ik kon bedenken hoe haar haren heerlijk moesten ruiken naar vers gemaaid gras dat op een weiland lag te drogen. Hoe haar haren door de wind opgeschud werden zoals vlinders uit elkaar fladderen wanneer er een windvlaag aankomt, sierlijk en elegant.
Ik kon fantaseren over haar honingzoete naam die ze gekregen had als kind.
Maya paste volledig in mijn werkelijkheid en misschien was dat net het probleem.


Ik doe mee met een wedstrijd (met mijn andere verhaal, dit was jammer genoeg afgevallen), dus als jullie willen stemmen is hieronder de link.
Wie moet winnen?

Reageer (1)

  • BOOKWURM

    Nou ik ben toch echt meer en meer aan het denken en twijfelen.

    1. TWIJFEL : Het hoofdpersonage is een meisje toch?

    2. CONCLUSIE:Het hoofdpersonage vind Maya erg bijzonder.

    3. GEDACHTE/TWIJFEL Nou ben ik dus aan het denken dat hij/zij verliefd is op Maya en dat dit dus wel eens één van de eerste op's zou kunnen zijn waarin meisjes op meisjes vallen hier op q en ik denk in het algemeen (voor zover ik weet)

    4.NOG TWEE CONCLUSIES: Ik hou steeds meer van dit verhaal en vind dat je heerlijk schrijft.

    5. WE NEED A PICTURE OF MAYA!!! (H)

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen