Geheim 5
Iedereen keek naar Nicola, maar de zeemeerman en Nina hadden gezien hoe Sarah haar vuisten balden en op het punt leek te staan om Nicola te lijf te gaan, maar zich nog net wist in te houden en terug normaal leek te doen.
“Oké, Christophe”, zei Nina haastig.
Hij knikte haar met een glimlacht toe en zei: “Ik ben Christophe en 73 jaar. Wij feeën worden 200. Alle feeën wonen in grote bloemen en in ons rijk is de poort naar het Mensenrijk.”
“Was dat alles?” vroeg Nina een tikkeltje verbaasd. “Ja”, was het antwoord.
“Goed dan, de zeemeerman?”
“Mmmh, er is eigenlijk niks waarover ik kan vertellen. Althans, niets speciaals. Mijn naam is Niels en ik ben de enige jongen in mijn familie, want mijn vader werd in de Haaienslag gedood. Hij was de heerser van mijn volk. Ik ben dus nu de rechtmatige troonopvolger. Ik heb negen zussen. Ikzelf woon in Watervliet, vlakbij het Vulkanisch gebied en de rest van mijn familie woont verspreid in de andere dorpen", zei hij.
Nina zag dat Niels niets meer wou zeggen en begon toen over zichzelf te spreken:
“Goed, ik zal wat over mij eigen vertellen. Mijn naam is Nina en ik ben de dochter van Oregan. Mijn vader had twee vrienden aan zijn zijde. Steen, de dwerg met zijn bijl, hijzelf, de mens met het gebroken zwaard die terug is gesmeden door de feeën en nog een elf, waarvan de naam bij ons verloren is gegaan. Een mens kan 110 jaar worden. Ik ben zelf de kroonprinses van de mensen.”
“Als laatste mag Sarah aan het woord komen.”
Sarah wierp nog een boze blik op Nicola en begon toen te spreken: “In tegenstelling tot de rest weet ik niet wie mijn ouders zijn. Het enige wat ik nog weet is mijn naam, Sarah. Ik ben opgegroeid in het Onbekende, tussen de dieren. Als iemand in of uit het rijk wil, moet die bevriend zijn met de inwoners. Mijn ‘oom’ heet Ligeras, de elf waar Nina het over had. Ik heb nog contact met hem, ook al woont hij in het Elfenrijk. Ik heb ook steeds een toverfluit bij me, een geschenk van de laatste tovenares van het Grote eiland, Florisia...”
“Sorry hoor, maar een toverfluit bestaat niet”, zei Senne ongelovig en dat werd zijn pech. Sarah grijnsde op een enge manier en haalde uit het niets de fluit tevoorschijn. Ze begon erop te spelen en Senne bewoog opeens niet meer.
Het wekte droevige en ver weg opgeborgen gevoelens op. Opeens begon Senne even iets te mompelen en stopte toen. Nina keek verbaasd en zei:
“Maar... dat liedje ken ik van ergens! Van Aarde, geloof ik.”
Omdat iedereen haar raar aankeek, verklaarde Nina:
“Ergens in het paleis is er een poort die uitkomt op een andere plek, de Aarde zoals wij het noemen.”
Net zo plotseling als ze was begonnen spelen, stopte Sarah en Senne werd terug wakker. Even schudde hij met zijn hoofd en vroeg toen: “Wat is er gebeurd?”
Toen hij even nadacht en naar Sarah keek, zag hij hoe ze de fluit opborg en hem triomfantelijk aankeek met de vraag: “Geloof je het nu?” Met enige moeite slikte Senne en knikte geforceerd ja. Na een ontzette stilte vroeg Niels: “Hoe oud bent u?”
“Ik ben al enkele duizenden jaren oud. Ik heb het eeuwig leven”, was haar antwoord.
“Hoeveel mensen zijn er in het Onbekende?” vroeg Bas op zijn beurt.
Er verscheen heel even een klein glimlachje en ze zei: “Buiten mij zijn er geen andere mensen. De inwoners zijn slangen en vogels.”
“Nu Sarah als laatste zich heeft voorgesteld, zal ik de groepen bekend maken. Christophe en Nicola, Senne en Bas, ik en Niels en Sarah en Dennis.” Sommigen knikten. “Goed, ik zie jullie over zeven dagen”, zei Nina en iedereen verliet de zaal met veel vragen zonder antwoord.
Er zijn nog geen reacties.