Hoofdstuk 4
'Heb je die "schaduw" al eerder gezien?' vroeg ik. Gemslock knikte schuchter. 'Weet je ook waar hij nu is of heb je hem kort geleden gezien?'
'Ik niet weten waar hij is, maar ik heb wel gezien.' Ik keek nadenkend rond. 'Mooi. Gemslock zou je met mij mee naar mijn vrienden willen komen?' Hij keek me wantrouwig aan,'Waarom?' hij kwam iets overeind uit zijn hurkende positie. 'Omdat ik denk dat je mij kunt helpen. Wil je mij helpen?' Even keek hij mij stil aan. 'Halen jij schaduw weg?' Ik knikte langzaam en vastberaden, 'Ja.' er brak een glimlach uit op Gemslock's harige gezicht 'Dan wil mij helpen, waar moeten wij heen?' Ik glimlachte terug naar het harige mannetje. 'Volg mij maar.' Ik rapte de zak van de grond en begon langzaam terug naar ons kamp te lopen, af en toe keek ik om of Gemslock er nog was. Wat de hele tijd zo bleef. Hij keek me verwachtingsvol en vol vertrouwen aan terwijl we daar zo liepen. Toen we bij het kamp aankwamen stopte ik even nog net uit het zicht van mijn vrienden. 'We zijn er. Mijn vrienden zullen je misschien eerst niet vertrouwen, maar ik vertrouw je wel en ik zal je beschermen zolang je mij ook helpt.' Gemslock knikte langzaam en glimlachte zijn scherpe tandjes bloot. 'Goed dan, kom maar.' Zei ik en liep naar het vuur waar Sofia nog zat. 'Finn, Julia kunnen jullie ook even komen?' Finn die even verderop zijn bijl zat te slijpen keek op en zijn ogen werden groot bij het zien van Gemslock.
'Kira, niet schrikken maar er staat een klein harig wezen achter je.' waarschuwde hij, 'Weet ik.' was mijn simpele antwoord.
Er zijn nog geen reacties.