Rpg deel 1
Het was doodstil in het museum van moderne kunst. Alle lichten waren al uit, omdat het museum eigenlijk allang gesloten moest zijn. Dat was het ook, voor bezoekers. Elisabeth Daniels liep nog door de prachtige hallen met schilderijen en moderne sculpturen met haar zaklamp in de hand. Ze had weer eens overgewerkt, ze had niet veel anders te doen en dan kreeg ze tenminste extra vrije dagen als ze genoeg uren verzamelde. Haar voetstappen waren duidelijk te horen nu het museum helemaal leeg was. Overdag bruiste het hier van de mensen, maar nu was het er best eng. Maar Liz zou een paar schilderijen haar niet bang laten maken. Ze zou gewoon een laatste ronde maken, checken of alles in orde was. En dan kon ze naar huis.
Ongeduldig dat de Doctor was, zat hij op het dak van het Museum van de Moderne Kunst. De naam was hem even ontschoten, maar hij wist dat iedereen het gewoon het Museum van de Moderne Kunst noemde. Hij dacht dat het museum zou sluiten om vijf uur en had hij zijn TARDIS op het dak geparkeerd om op het dak te wachten totdat de kust veilig was. Dat kwartiertje wachten, werden dikke twee uur en zijn geduld begon op te laten. Hij keek over het randje van het glazen dak en hield de beelden goed in de gaten. Hij had ze bijna over het hoofd gezien, maar toen hij ze zag in het museum, bleef hij ze in de gaten houden en nadat hij het museum uit was gelopen ging hij op het dak zitten om ze vanaf daar in de gaten te houden. Had hij geluk dat het een glazen dak was. Hij grinnikte even en frunnikte aan zijn sonic screwdriver en net toen hij dacht dat de kust veilig was om naar binnen te gaan zag hij haar. Een meisje met blond haar en de Doctor balde zijn vuisten. Hij wilde haar waarschuwen, schreeuwen dat ze weg moest gaan, maar dat ging niet. Zo snel als hij kon klauterde hij van het dak af om met zijn sonic de achterdeur te openen en zich een weg naar de zaal met het glazen dak banen, wat langer duurde dan hij had verwacht.
De gang liep uit op één van de grote zalen. Aan de muren hingen allemaal schilderijen, maar in het midden van de zaal stond iedere maand een nieuw kunstwerk dat het museum voor een maand mocht tentoon stellen. En dan kwam er weer iets nieuws. Deze keer stonden er een paar standbeelden in het midden van de zaal. Ze zagen er allemaal hetzelfde uit. Engelen met de handen voor hun ogen. Liz wist niet dat de beelden aangekomen waren, ze had er niks overgelezen in de papieren en ook geen mail gekregen. Ze haalde haar mobiel uit er zak om te checken of ze geen mailtje had gekregen. Iedere maand kreeg ze er één over het nieuwe voorwerp, afgelopen maand had er een kunstwerk gestaan van een onbekende Engelse kunstenaar. Het was apart, maar prachtig geweest. Maar toch was er geen mail. Ze stopte haar mobiel weg en bekeek de beelden nog een keer. Ze liet de bundellicht van haar zaklamp over de beelden gaan. Vreemd. Een van de beelden had haar handen niet meer voor haar ogen.
Ten baande zich een weg langs schilderijen en beelden die hij allemaal al kende, sommige heeft hij zelfs gemaakt zien worden. Met zijn screwdriver in zijn hand opende hij alle deuren die in zijn weg stonden en hij trok de deur naar een van de zalen open, die met een harde klap tegen de muur aan kwam. De klap echode door het museum heen en de Doctor trok een 'oeps' gezicht en hij zachtjes zuchtte. Hij moest toch eens uitkijken met dat soort dingen. Voorzichtig deed hij de deur weer achter zich dicht, maar na enkele seconden begon hij te rennen op zijn oude beige converse door het museum. Hij wist waar hij terecht was gekomen, want hij kende het museum op zijn duimpje, maar hij wist niet of hij op tijd bij het meisje zou zijn. Zover hij wist was ze onwetend over de betekenis van de beelden die ze zou zien en knipperen zou al haar dood betekenen en men heeft een behoefte om te knipperen. Als hij haar naam zou weten, had hij die geroepen. Misschien stond ze al voor de beelden en was het al te laat. Hij moest opschieten. Hij rende snel door terwijl zijn voetstappen galmden door de gangen van het museum.
Misschien had Elisabeth het beeld gewoon over het hoofd gezien, was deze anders dan de rest. Opeens hoorde ze een harde klap die door de gangen heen echode. 'Hallo?' Riep ze, haar stem ging tegen de muren aan en kaatste weer terug. Als iemand hier nog rond liep, moest ze heel het museum door zoeken. Daar had ze helemaal geen zin in, maar wat moet dat moet. Ze had zich omgedraaid en scheen met haar zaklamp de gang in waar ze zonet uit was gekomen. Ze zag niemand, geen schaduw of iets dat er op kon wijzen dat er hier iemand was. Ze draaide zich weer om en uit schrik liet ze haar zaklamp uit haar handen vallen. Met een klap kwam de zaklamp op de grond terecht en rolde een stuk verder. Een van de standbeelden stond recht voor haar neus. De standbeelden waren bewogen.
Hij vloog als een speer de bocht om en gleed bijna uit, maar hij wist nog net evnwicht te bewaren anders lag hij plat op de grond, iets waar hij niey zo blij mee zou zijn. Hij rende de laatste zaal in en bleef in de deur opening staan. De zaklantaarn lag op de grond en zijn ogen vleden van de zaklamp naar het meisje dat voor de standbeelden stond, die sowieso waren bewogen. Hij wilde roepen dat ze daar weg moest gaan, maar hij hield zich in. Als ze weg keek zou ze er geweest zijn. De Doctor keek snel naar de beelden, voor het geval dat het meisje weg zou kijken. Hij moest haar waarschuwen voor de gevaarlijke wezens. "Wat je ook doet, don't blink!" riep hij en hij bleef naar de vreselijke standbeelden kijken. Langzaam zette hij stappen richting de zaklamp, het meisje en de beelden. Als de zaklamp uit zou gaan was het gaan, dan was hij en het meisje er geweest. Hij slikte even en bewoog langzaam. Hij verbrak zijn blik niet. "You okay?" vroeg hij voor de zekerheid terwijl hij de zaklamp op pakte en zijn ogen nog steeds op de Weeping Angels gericht had.
Niet knipperen? Hoe kon Elisabeth nou niet knipperen? Dat is iets dat je moest doen, of je ogen gaan branden totdat je toch echt knippert. 'Fine!' Riep ze zonder haar ogen van het standbeeld dat voor haar stond af te halen. 'Je weet toch dat het museum is gesloten?' Vroeg ze, maar op het moment vond ze het niet erg dat ze niet alleen was. De standbeelden hadden zonet nog allemaal stil gestaan op het platform, maar nu stonden ze recht voor haar. Ze kon niet zien waar ze allemaal waren, want dan zou ze haar ogen van het standbeeld voor haar moeten halen. 'Waarom kunnen ze bewegen?' Vroeg Elisabeth dan nu toch, een beetje twijfelend. Misschien was het wel een grap van één van haar collega's, misschien waren het wel gewoon haar collega's die verkleed waren! Wat anders?
De Doctor zuchtte even, terwijl hij langzaam vooruit liep naar het meisje toe. "Omdat het geen echte standbeelden zijn. Ze kunnen alleen bewegen als ze niet gezien worden. Als je even weg kijkt, of zelfs knippert kan het je dood betekenen. Ze bewegen snel. Veel sneller dan je zou denken." Zei de Doctor met zijn Schotse accent terwijl hij zijn hand uitstak naar het meisje. Ze moest hier weg, zo snel mogelijk en hij ook. Hij hield zijn ogen open en op de beelden gericht, terwijl zijn hand de arm van het meisje vast pakte. "Je moet hier weg." zei de Doctor toen. Hij had al zat mensen in de handen van de Weeping Angels zien vallen en ook al is het niet het eerste lot wat je kunt hebben, het blijft toch vreselijk.
Hoe meer de man zei, hoe sneller Elisabeths hart begon te kloppen. Standbeelden die bewogen als je weg keek. Er was geen slechtere manier waarop deze dag kon eindigen. Toen de man haar arm beet pakte, keek ze automatisch naar hem. Maar hij keek niet naar haar, zijn blik was gevestigd op de beelden die niet meer waren bewogen. Snel keek ze weer naar de beelden, als hij niet naar ze had gekeken - was het haar domme schuld geweest. 'Hoe kan ik hier weg gaan als ik naar ze moet blijven kijken?' Vroeg ze, wellicht een beetje spottend
De Doctor hield haar arm stevig vast terwijl hij zijn blik gevestigd hield op de beelden. Zonder dat hij haar goed zag, merkte hij dat ze weg had gekeken. Ze hadden beiden geluk dat hij wel bleef kijken anders waren ze allebei er geweest. Hij hield haar arm vast en haalde diep adem. Hij trok haar langzaam achteruit en zette zelf een paar kleine stapjes achteruit. Hij bleef de beelden aankijken, wetende dat het er meer dan alleen vijf waren. "Blijf naar ze kijken en loop langzaam mee achteruit. En nog een slim idee, laat het licht aan." zei de Doctor terwijl hij het meisje mee naar achteren trok, hopend dat hij nergens tegen aan zou lopen en of ergens over zou struikelen en dus het contact verbreken en als hij pech had verdwijnen. "Just.. Do what I say, please."
Elisabeth moest wel een paar stappen achteruit nemen. Anders zou ze omvallen, omdat de man haar vast had. En dan zou ze waarschijnlijk de man meetrekken in haar val. 'Best.' Mompelde ze terwijl ze haar blik op de beelden hield. Samen met de man deed ze een paar stappen achteruit, langzaam en voorzichtig. De beelden stonden nog steeds op hun plek, ze zagen er niet kwaadaardig uit. Als iemand haar had verteld dat er duivelse beelden waren die je konden doden als je niet keek, had ze het niet eens geloofd. En als ze het had geloofd, had ze de beelden niet zo voorgesteld. 'Als het licht zou belangrijk is, dan kan ik de lichten aan zetten.' Stelde ze voor. Alleen de schakelaars waren aan de andere kant van het museum en als die beelden achter hen aan zouden gaan..
De Doctor likte langs zijn onderlip. Het was moeilijk om zijn blik gefocust te houden, vooral voor zo'n lange periode. Als hij alleen was geweest was het makkelijker geweest, maar hij moest nu het meisje in veiligheid brengen en het feit dat ze helemaal niets van de Weeping Angels wist hielp niet echt mee in zijn voordeel. "Oké, een van ons moet de lichten aan gaan zetten dan." zei hij terwijl hij achteruit bleef lopen met zijn hand om de arm van het blonde meisje. Hij was allang blij dat ze niet compleet uit flipte, niet dat dat raar zou zijn, want het zou een hele logische reactie zijn. Maar dan zou het alleen maar moeilijker zijn om levend weg te komen.
Elisabeths ogen begonnen te tranen door het te lang niet knipperen. Ze deed haar best om ze open te houden terwijl ze naar de beelden keken, ook al liepen ze langzaam achter uit. 'Nou, volgens mij ben ik de enige van ons die weet waar de schakels zijn. Dus zal ik dan maar gaan?' Stelde ze voor, ze zou snel moeten zijn. 'Veel succes hier.' Zei ze voordat de man wat had gezegd. Ze draaide zich om en rende de gang in. Eindelijk kon ze knipperen, het brandende gevoel trok langzaam weg terwijl ze de hoek om rende. Alsjeblieft, laat dit een nachtmerrie zijn.
De Doctor wilde nog wat roepen, maar het meisje was snel weggerend. Hij zuchtte luid en een beetje geirriteerd. "Wel terug komen, thank you!" riep hij nog, zo hard mogelijk. Zijn nu vrije hand gleed naar zijn sonic, die hij langzaam uit zijn binnenzak pakte. Hij maakte er een soort tik beweging mee, waardoor het vertrouwde zoemende geluid hoorbaar werd en het blauwe lampje ging branden. Hij richtte ze op de Angels en liep met een bocht om ze heen. "Why are you here?" mompelde hij terwijl hij de zaklamp ook op de Weeping Angels richtte. Zijn sonic scande de beelden, die nog steeds stonden zoals net. Hij mompelde onverstaanbare woorden terwijl de sonic zoemde. De Doctor kantelde zijn hoofd en zette een paar passen naar achteren toe om alle beelden in zijn vizier te hebben. Hij had geluk dat hij een zaklamp bij zich had. Zonder dat hij het eigenlijk in de gaten had knipperde hij, heel vluchtig en opeens stond er een Angel recht voor zijn neus, met zijn tanden bloot en zijn armen in de aanvals positie. Hij schrok zich kapot en sperde zijn ogen wijd open. Een schreeuw ontsnapte er uit zijn mond en hij sloeg zijn hand ervoor. "Blimey." mompelde hij tegen zijn hand terwijl hij langzaam weg liep van de Angel, die nu allemaal verplaatst waren en niet meer zo vriendelijk eruit zagen als daarvoor.
Elisabeth gleed bijna uit over de pas gewaxte vloer, ze vond haar evenwicht terug voordat ze tegen de muur een botste. Ze ging snel de linker gang in, maar wat ze niet door had was dat er in de rechter gang net zo'n standbeeld had gestaan. Zo snel ze kon - en zonder uit te glijden - rende ze de gangen van museum door, ze moest twee keer een trap af gaan totdat ze bij de ingang van het museum aan kwam. In het midden van de zaal stond een ronde balie waarboven een kunstwerk hing waarvan Liz altijd bang was dat het naar beneden zou komen. Vlug dook ze achter de balie en ging opzoek naar de lichtknoppen, die zaten in een grijskastje dat achter de balie was gemaakt. Ze haalde de sleutelbos uit de zak van haar colbert en zocht naar de goede sleutel. Ze kon maar niet de goede vinden en telkens glipte de sleutel uit haar hand. 'Eindelijk.' Zuchtte ze toen ze de goede sleutel had gevonden. Ze stak de sleutel in het sleutelgat en het kastje ging krakend open. Er waren zoveel schakels en knopjes, sommige knipperden en in het donker kon ze niet goed zien welke schakels doe goede waren. Ze gokte maar en flipte de schakels om.
De Doctor probeerde zijn ogen open te houden en hield de lamp op de Angels gericht. "Come on Blondie, hurry up." mompelde hij terwijl hij om een ander plateau heen liep, door zijn knieën gebogen en zijn sonic in zijn hand. Hij merkte dat de zaklamp langzaam begon te knipperen. De Angels waren de lamp kapot aan het maken. De Doctor trok zijn wenkbrauwen op en wendde zijn blik perongeluk heel even af van de Angels, waardoor ze weer konden bewegen. De Doctor was nu omsingeld terwijl hij tegen de muur stond toen hij geschrokken weer op keek. Hij viel bijna achterover en zijn wees zijn sonic naar de Weeping Angels. "Kunnen jullie daar eens mee ophouden?" mompelde de Doctor terwijl hij een rondje draaide om de Angels allemaal in de gaten te houden en hij scheen met zijn zaklamp op de Angels. Zijn mond stond een beetje open en op dat moment gingen de lichten aan. De Doctor liet opgelucht een zucht ontsnappen en duwde zich tussen de Angels door om snel achteruit weg te rennen en de deuren van de zaal dicht te doen, niet dat het veel nut had, maar het gaf hem deels een voorsprong, hoopte hij. "Blondie? Waar ben je?!" Schreeuwde hij terwijl hij een trap af liep, nog steeds met zijn sonic in zijn hand en hij merkte dat de lampen boven zijn hoofd nu ook begonnen te knipperen.
Met geluk, had Elisabeth de goede schakelaars gekozen. De lichten sprongen aan en verlichtte de gangen van het museum. Ze moest even wennen aan de felheid van de lichten, maar dat was niet haar grootste probleem nu. Ze deed het deurtje van het kastje dicht, maar nam de moeite niet om 'm op slot te doen. Ze hoorde vlugge voetstappen uit één van de gangen komen die uitkwamen op de zaal waar Elisabeth zich bevond. 'Here.' Riep ze, geen idee of de man haar wel kon horen. Blondie, niet de beste naam die ze zichzelf zou geven. Maar hij wist haar naam niet en zij de zijne niet, dus veel kon hij haar niet noemen. Ze draaide zich om en zette de computers aan die op het bureau achter de ronde balie stonden. Misschien kon ze die standbeelden op de computers zien, als ze vlug zouden opstarten.
Ten duwde de deuren die hij tegen kwam zo snel mogelijk dicht terwijl hij op zijn beige converse door het museum rende. Een soort grom ontsnapte eruit zijn mond terwijl hij zag hoe de lichten langzaam uitvielen. Van ver hoorde hij een 'here' komen en hij ging ervanuit dat het Blondie was. Hij likte langs zijn lippen en gooide nog een laatste schuifdeur dicht, terwijl hij op een wat langzamer tempo de grote ruimte waar je kwam wanneer je door de ingang naar binnen liep. De Doctor ademde diep uit en liep met een snel loopje naar het meisje toe. Het was niet veilig in het museum, maar eigenlijk was niets meer veilig. Hij likte even langs zijn lippen, ging met zijn hand door zijn nu nogal wilde haar en pakte toen het meisje bij haar boven arm vast om haar mee te slepen naar buiten toe, of ze het nou wilde of niet. "Just keep walking, don’t look alarmed. I’m the Doctor, and I need your help."
De computers waren eindelijk opgestart, Elisabeth hoefde alleen nog het wachtwoord in te vullen en dan kon ze zien waar die standbeelden zich bevonden. Maar voordat ze iets kon doen, greep de man haar bovenarm beet en trok haar achter de balie vandaan. 'The Doctor?' Herhaalde ze hem. 'Dat is niet eens een naam.' Zei ze, ze keek achterom. De lichten waren aan het knipperen, alsof ze ieder moment uit konden gaan. 'Moeten we niet iets doen aan die moordlustige beelden die hier staan?' Vroeg ze voordat ze naar de man keek. 'Ik bedoel, ze zijn hier nog als ik morgen terug kom naar werk.'
De Doctor rolde met zijn ogen en keek opzij naar het meisje. "Yes it is, it's my name." zei hij een beetje met een chagrijnige ondertoon en hij richtte zijn sonic op haar, waarna hij de deuren achter hen dicht trok en ze op slot deed met zijn sonic. Het gezoem zorgde ervoor dat er een kleine glimlach op zijn lippen kwam en hij merkte dat het een beetje miezerde buiten. Hij mopperde wat onverstaanbaars over het weer en hij trok haar mee naar de achterkant van het museum. Hij keek even verbaasd om zich heen en bedacht zich toen dat hij zijn TARDIS op het dak had laten staan. Hij kon zichzelf wel voor zijn kop slaan en hij maakte zo'n gebaar waarbij hij zichzelf voor zijn kop sloeg, maar dan zijn hand tegen zijn hoofd drukte en hij keek opzij naar het meisje. "We moeten het dak op, daar is onze oplossing." zei hij. De Doctor liet het meisje los.
Elisabeth keek fronsend naar het ding dat 'the Doctor' naar haar wees, het leek wel een lichtgevende schroevendraaier. 'No, it isn't. Elisabeth is a name.' Zei ze terwijl ze haar armen om zichzelf heen sloeg om er warm te houden. Haar jas lag nog binnen en ze had alleen maar een colbert en een shirt aan. 'Dus, Doctor.' Begon ze toen hij zichzelf tegen zijn hoofd aansloeg. Niet hard, om zichzelf pijn te doen. 'Wat is er op het dak dat ons kan helpen?' vroeg ze terwijl ze omhoog keek naar het dak van het museum. Ze zag niks, maar dat was waarschijnlijk ook de bedoeling. Als iets in het zicht stond, zoals als zo'n standbeeld, zou dat aandacht trekken en dat was waarschijnlijk niet de bedoeling.
"Elisabeth.." Mompelde de Doctor zachtjes en hij knikte een beetje. De naam paste wel bij haar. Deed hem denken aan Queen Elizabeth I en hij schudde snel zijn hoofd. Zijn ogen zochten een verhoging waar hij via via op het dak kon komen. Weer trok hij het meisje met de naam Elisabeth mee, het hoekje om, waar containers stonden. Hij klauterde erop en trok het meisje achter hem aan, waarna hij de rand van het dak vast pakte en moeilijk het dak op klom door met zijn voeten tegen de muur aan omhoog te lopen met zijn converse en een paar keer weg te glijden. Hij trok zichzelf omhoog over de rand en hij ging op zijn hurken zitten terwijl hij zijn hand uit stak naar Elisabeth. "De TARDIS." zei hij en hij grijnsde scheef, wachtende totdat Elisabeth of zelf het dak op zou klimmen of totdat ze zijn hand vast had gepakt.
Elisabeth liet zich voor de zoveelste keer meetrekken door the Doctor. Ze keek toe hoe hij op de container klom en daarna het dak op klom wat hem nog aardig goed lukte. 'En we gaan containers beklimmen, kan ik het eindelijk van mijn lijstje afstrepen.' Mompelde ze voordat ze de container op klom die nat was geworden van de regen. 'Bedankt, maar ik kan best zelf klimmen.' Zei ze toen ze zijn uitgestoken hand zag. Daarna pakte ze de rand van het dak beet en hees haarzelf omhoog met enige moeite. Misschien had ze beter zijn hand aan kunnen pakken, maar daar was het nu te laat voor. 'Wat is een TARDIS?'
De Doctor rolde even met zijn ogen en ging toen rechtop staan. Hij draaide op zijn hak en liep een stukje over het dak, hij had de TARDIS een etage hoger geparkeerd dus ze moesten nog meer klimmen. Toen Elisabeth vroeg wat een TARDIS was keek hij even vreemd, maar snel herstelde hij zich. In al die eeuwen dat hij al meegaat vond hij het nog steeds vreemd dat de mens niet wist wat een TARDIS was. "Zie je vanzelf wel." zei hij terwijl hij over een verhoginkje sprong en met zijn converse in een plas water terecht kwam die achter de verhoging lag. Hij trok een zwaar geirriteerd gezicht en sprong snel uit de plas, waarna hij met zijn voeten wiebelde en verder liep. "Kijk uit, plas water." riep hij terwijl hij een kleine aanloop nam om tegen de muur aan te springen en de rand van de volgende etage vast te pakken om, nu minder behendig want hij gleed bijna weg, naar boven te klimmen.
Elisabeth stond op van het natte dak. Zie je vanzelf wel, waarom kon hij het haar gewoon niet vertellen? Dan wist ze tenminste wat er op haar te wachten stond. En waarom volgde ze eigenlijk een vreemde man die zichzelf the Doctor noemde? Hij kon net zo goed een verkrächter zijn of wat dan ook. Toch bleef ze achter hem aan lopen, liep om de plas water heen voordat ze weer achter hem stond. 'Hulp nodig?' Vroeg ze plagend als hij bijna uitgleed terwijl hij om hoog probeert te klimmen.
De Doctor probeerde zich omhoog te trekken, maar dat lukte niet zoals hij dat zou willen. Hij was ook niet echt bepaald een spierbundel die altijd in de gewichten hing. Hij was gewoon de Doctor, in een pak wat redelijk strak zat. Hij zette zijn natte converse tegen de muur aan en probeerde omhoog te krabbelen. Hij lag in een hoek van negentig graden op het dak, zijn benen bungelden naar beneden en hij lag met zijn bovenlichaam op het dak. Hij hoorde de stem van Elisabeth en hij hoorde ook de manier waarop ze het zei. Hij kon het niet laten om te glimlachen en hij trok zijn benen omhoog. "Zonder hulp. Goed he?" riep hij plagend terug en hij krabbelde overeind. "Moet ik nog helpen, deze is namelijk hoger en gladder." Hij klopte zijn lange jas af en trok zijn blazer recht.
Elisabeth keek lachend toe hoe de Doctor zichzelf op het dak wist te krijgen. Het was hem tenminste gelukt. Nu zij nog. 'Heel goed.' Zei ze terwijl ze een stapje dichter naar de muur toe deed. Ze was nooit een geweldige klimmer geweest, en nu moest ze opeens een dak beklimmen. 'Hulp zou nu erg handig zijn.' Zei ze toch, ook al had ze der net zijn helpende hand afgewezen. Ze sprong en kon net aan de rand van het dak grijpen, maar nu moest ze zich nog ophijsen. En dat was nogal een klus, ook al was ze niet erg zwaar - het was moeilijk om je eigen gewicht te tillen.
De Doctor keek over zijn schouder en zag zijn TARDIS gelukkig nog op dezelfde plek staan, zo neer gezet zodat niemand hem vanaf beneden kon zien. Hij likte even langs zijn lippen en ging toen op het randje zitten op zijn knieën en trok een van zijn mondhoeken omhoog. Hij pakte Elisabeth haar arm vast en trok haar het dak op. Hij beet hard op zijn lip terwijl hij haar omhoog trok. Nogmaals, de Doctor was geen krachtpatser, ook al deed hij soms alsof hij het wel was. Hij trok het blonde meisje omhoog, het dak op.
Misschien moest Elisabeth meer gaan trainen, het zou geweldig van pas komen als ze weer eens daken moest beklimmen. Ze merkte dat het niet heel makkelijk ging met het optrekken, maar uit eindelijk kwam ze toch op het dak met behulp van de Doctor. 'Dank je.' Zei ze terwijl ze opstond en de viezigheid van haar broek afklopte. 'Dus waar is die TAR-' Ze stopte midden in haar zin toen ze het blauwe ding op het dak zag staan. 'Police Box' Stond er op. 'Oké, ik wist niet dat er politie op het dak van mijn werk was.' Zei ze en keek naar de man. 'Je wilt dus naar de politie? Die hadden we net zo goed kunnen bellen zonder een dak op te klimmen.'
De Doctor glimlachte naar Elisabeth toen hij haar het dak op had geholpen en hij knikte haar toe. Hij draaide op zijn hak zichzelf om, om richting zijn TARDIS te lopen, maar de opmerking van Elisabeth hem omdraaien terwijl hij zijn hoofd een beetje mee gooide in de draai. "Ik heb hem hier geparkeerd, daarom staat hij hier." merkte de Doctor op en wees met zijn wijsvinger naar Elisabeth en hij wilde weer verder lopen, maar hij draaide zich weer een kwartslag om en keek naar Elisabeth. "Als je nou gewoon mee komt.." zeurde de Doctor. Hij had natte voeten en zijn kleren waren vochtig aan het worden. Hij had het dak opgeklommen en nu wilde hij weer in zijn TARDIS gaan zitten. Hij wist dat hij niet hoefde uit te leggen wat het was, want dan zou Elisabeth hem toch niet geloven. "You, me, that box, now." zei de Doctor en hij wenkte het blonde meisje.
De miezer veranderde in mot regen, er ontstonden kleine plasjes op het dak van het museum. 'Jij bent van de politie?' Vroeg Elisabeth ongelovig toen hij zei dat hij de TARDIS hier had geparkeerd. 'I am going with you.' Zei ze terwijl ze achter hem aan liep naar de blauwe politie box. Ze kon niet geloven dat hij dat net echt tegen haar had gezegd, ongelofelijk. 'And calm down, sandshoes.' Zei ze, weer met haar armen om zichzelf heen geslagen om het laatste beetje warmte te bewaren. 'We just met.'
De Doctor trok een raar gezicht toen ze vroeg of hij van de politie was en schudde toen zijn hoofd terwijl hij een beetje fronste en hij stopte zijn handen in zijn broekzakken terwijl hij naar zijn TARDIS stapte. Een glimlach verscheen op zijn lippen, maar die verdween snel toen zij hem sandshoes noemde. "Oi.. Sandshoes?" riep hij verbaasd en je kon horen dat hij beledigd was, maar het maakte hem niet echt uit. Hij wilde nog wat zeggen, maar hij hoorde een harde klap uit het museum komen en nog eentje en nog eentje. De Angels wilde uitbreken. Je zag op zijn gezicht dat hij ervan schrok en snel pakte hij Elisabeth haar pols vast om de deur van de TARDIS open te trekken en haar zo snel mogelijk naar binnen te trekken en hij rende door naar het controle paneel, even niet gerealiseerd dat ze hoogstwaarschijnlijk nog nooit zoiets als de TARDIS had gezien en zeker niet van binnen, dat het bigger on the inside ding nogal nieuw was.
Elisabeth bedacht zich dat hij 'm misschien wel had gestolen, maar voordat ze het kon zeggen - hoorde ze een harde klap uit het museum komen. 'Zijn dat die sta-' Ze kon haar vraag niet afmaken, want de Doctor pakte haar pols vast en trok er mee naar de blauwe police box. Al snel stond ze in de box, maar niet zo dicht op de Doctor als ze had gedacht. De deur viel achter haar dicht terwijl ze vol verbazing om zich heen keek. Ze stond in een ruimte die wel tien keer zo groot was als de box die ze buiten had gezien. In het midden van de ruimte was een paneel met allemaal vreemd uitziende schakelaars, knoppen en nog veel meer. 'Hoe is dit mogelijk?' Vroeg ze, ze liep naar het paneel toe terwijl ze nog steeds rond keek.
De Doctor liet haar los terwijl hij naar het controle paneel was gelopen. "Weeping Angels, ja." riep hij terwijl hij door liep. Hij trok een hendel omlaag, draaide een knop op en sprong opzij om nog een handel vast te pakken, maar deze deed hij naar links. Hij keek op, trok zijn wenkbrauwen een beetje op en maakte een 'ooh' geluidje, waarna hij naar Elisabeth toe stapte. Hij moest het haar nog uitleggen. "Het is een ruimteschip. It can travel all in time in space. The TARDIS is bigger on the inside en dat is time lord technologie, het is moeilijk uit te leggen." Sprak de Doctor en hij leunde met zijn hand op het controle paneel en hield zijn hoofd een beetje schuin terwijl hij naar Elisabeth kijken. Er waren zoveel manieren waarop ze kon reageren en de Doctor had er al veel gezien.
Weeping Angels, zo noemde hij die standbeelden dus. Ze keek hem niet aan toen hij vertelde wat de TARDIS in hield, ze keek nog steeds om zich heen. Maar uit eindelijk eindigde haar blik toch bij hem. Een ruimteschip, die tegelijk ook een tijdmachine was. En Time Lord technologie. Ze wist niet hoe ze moest reageren, van binnen flipte ze helemaal. Alles leek opeens zo onlogisch, maar toch weer logisch. 'Dus een ruimteschip, cool.' Zei ze een beetje gespannen, omdat ze hem niet wilde beledigen met haar opmerking. 'Wat maakt jou dat dan?'
De Doctor likte langs zijn onderlip met zijn tong en zijn tanden gleden ook over zijn onderlip. Hij keek even naar de knoppen van de TARDIS en toen weer terug naar Elisabeth. Hij lachtte zachtjes en keek naar de vloer. Ze probeerde koel over te komen, maar de Doctor wist wel beter. Hij keek weer op met een glimlach. "I am a mad man with a box." zei hij grijnzend en ging met zijn hand door zijn haar. "Time lord, eeuwen oud en ik kom van de planeet Gallifrey, moet je nog iets weten?" vertelde hij alsof het niets was en hij vond het erg amuserend om te zien hoe Elisabeth zou reageren en zonder dat hij het eigenlijk wilde glimlachte hij. Hij vond het leuk om weer mensen om hem heen te hebben die hem niet willen verm**rden of willen overhalen voor iets.
Een Time Lord, dus hij was niet menselijk. Elisabeth stond dus nu te praten met een alien die er uit zag als een mens. Oké, kalm blijven. 'A lot more.' Zei ze terwijl ze nu de schakelaars en verschillende knoppen bekeek op het paneel. 'But first.' Ging ze verder en draaide zich om naar de man die ze zonet had ontmoet, maar toch helemaal geloofde. Eigenlijk zou ze dat niet moeten doen, wie weet wat er allemaal kon gebeuren. En toch deed ze het. 'How are we going to get rid of those statues?'
De Doctor grinnikte zachtjes. Het had haar alleen maar gespannender gemaakt en hij kantelde zijn hoofd meer terwijl hij zijn wenkbrauwen op. Ze wilde meer weten, maar als hij zijn hele leven moest gaan vertellen was hij nog wel weken bezig. Hij zoog wat lucht op tussen zijn tanden door en likte langs zijn bovenlip. Hij moest er eens mee ophouden. "Well.. It's very hard to kill these creatures. Ze zijn immuun voor zo'n beetje alle wapens in het hele universum, dus.." zei de Doctor en ging weer recht staan en hij fronste een klein beetje. "Ze kunnen alleen dood als ze te lang geen tijd energie hebben gehad, ze sterven dan als het ware van de honger.. Of ze moeten elkaar aan kijken. Heel moeilijk allemaal.." Hij bewoog wat met zijn handen en zuchtte. Hij wees weer met zijn vinger naar Elisabeth. "Of, of, of.. De tijd energie vergiftigen met een paradox." riep hij toen. "Maar eerst.. Moeten we hier weg, aangezien als de Angels bij de TARDIS komt, krijgen we veel meer problemen.." Hij hupste weer naar achter, trok een hendel naar boven en een andere naar onder, drukte op een knop en de TARDIS begon te bewegen en hij maakte nogal veel gelui. "Hold on tight!" schreeuwde de Doctor boven het geluid uit en draaide aan een knop, trok een andere hendel omlaag. "ALLONS-Y!" riep hij met een idioot vrolijk gezicht en de TARDIS begon hard te bewegen, door Time and Space.
Als die Weeping Angels voor zowat alle wapens immuun zijn, hoe konden ze dan van ze afkomen? Dat was wat Elisabeth dacht, voordat de Doctor verder ging met zijn verhaal. Ze keek naar de vinger die hij naar haar wees. Ze had ooit op school geleerd wat een paradox was en vreemd genoeg had ze het een beetje onthouden, maar ze zou niet weten hoe je het moest creëren. 'Why?' Vroeg Elisabeth toen hij zei dat ze zich ergens vast aan moest houden. Maar al snel had ze door waarom. De TARDIS begon te trillen, alsof er een heftige aardbeving plaats vond. Ze greep het eerste wat vast zat - afgezien van de hendels en schakelaars op het paneel - vast en probeerde niet om te vallen.
De Doctor grijnsde toen Elisabeth vroeg waarom, maar snel vond ze het zelf al uit. Hij hield zijn vast aan het paneel en hij lachte. Hij vond de TARDIS besturen het leukste wat er was, zo'n beetje, op de meeste momenten dan wel weer. Hij trok een handel omlaag en de TARDIS landde; Toen de Tardis was geland viel de Doctor zelf bijna achterover, maar hij hield zich nog net in evenwicht. Hij was trots op zichzelf en een lach geluidje kwam uit zijn mond. Hij stapte weer terug en keek op het schermpje om te zien waar hij was geland. Hij glimlachte. "Ah, hier ben ik al lang niet meer geweest." zei hij vrolijk, zonder te zeggen waar ze geland waren.
Elisabeth viel bijna, maar kon nog net haar evenwicht behouden. De TARDIS was alweer gestopt met bewegen, net zo snel als die was gaan bewegen. Ze ging recht staan, maar liet zich wel tegen het paneel aan leunen zonder knoppen te raken. Haar handen deden pijn door het verkrapte vast houden. Als ze dat nog een keer moest doen, zou ze sowieso vallen. 'Waar ben je niet lang geweest?' Vroeg Elisabeth terwijl ze naar de Doctor keek. 'Waar zijn we?'
De Doctor sprong vrolijk naar achteren toe en keek naar Elisabeth, die tegen het paneel aan hing. Hij grinnikte in zichzelf en ging met zijn hand door zijn pluizige haar. Een brede glimlach kwam er op zijn gezicht. "London, 1595 met William Shakespeare, waarschijnlijk is hij nu Romeo en Julia aan het oefenen." zei hij vrolijk. "Een oude vriend van mij. Ik heb hem gered van een Zygon." Hij glimlachte breed en liep naar Elisabeth toe. "Come with me." zei hij en hij pakte haar pols weer vast, waarna hij haar naar de deur trok en deze open trok om op een grote weg in het middeleeuwse London terecht te komen.
Eerst klonk het heel logisch toen hij London zei, totdat hij het jaartal noemde. Elisabeth zou hier echt aan moeten wennen. 'You know William Shakespeare?' Het was haar mond al uit, ze stelde zoveel vragen dat ze zichzelf wel kon slaan. 'Never mind.' Zei ze toen hij haar voor de zoveelste keer deze avond mee trok. Alleen toen ze naar buiten stapten, was het geen avond meer. Het was klaar lichte dag, en het was ook niet de London die zei kende. Het was de London van 1595. 'Dit is geweldig.' Zei ze. Mensen met paard en wagens reden over de oude straten van London, de stenen staken uit en overal lagen grote plassen water dat groezelig was geworden van de modder.
De Doctor knikte. "Stay with me, it's quite hectic around here." zei hij terwijl hij zijn arm in die van Elisabeth haakte. Even moest hij zich orienteren, waar hij precies terecht was gekomen, maar binnen enkele seconden wist hij het alweer. "Follow me." zei hij terwijl hij begon te lopen richting de kleine winkeltjes in de straat. Hij trok Elisabeth mee een winkeltje in, waar allemaal kledij hing. "Je moet even andere kleren aantrekken." zei hij en hij gooide twee random jurken naar haar toe en trok zijn wenkbrauwen toen op. Hij was een beetje van hot naar haar aan het rennen, zonder het zelf in de gaten te hebben.
De Doctor had gelijk, het was hectisch hier. Om iedere hoek van de straat stond iemand wel naar een ander te schreeuwen, een geit stak de straat over met een schreeuwende man achter 'm aan en in één van de straten verder op kon Elisabeth de geluiden van een gevecht horen. En Elisabeth werd alweer een winkel ingetrokken. Overal hingen jurken, lagen masker, hoeden en nog veel meer kleding. Twee jurken werden naar haar toegegooid die ze net op tijd kon vangen. Ze bekeek de jurken voordat ze ze ook echt aan zou trekken. Eén van de jurken had de kleur van braaksel, die ging ze echt niet aan trekken. De andere was een oranjeachtige kleur. Ze legde de jurken op een stoel die ergens achterin de winkel stond en begon zelf te kijken bij de kleren. Als ze toch een jurk aan ging trekken, koos ze er zelf eentje uit. Het duurde even voordat ze een jurk vond die ze wel oké vond. Hij was licht blauw met lange mouwen en witte versieringen aan het einde van de mouwen. Voordat de Doctor terug zou komen, trok ze 'm aan.
De Doctor draaide zich om op zijn hak en liep weer naar buiten, maar hij bleef voor het winkeltje staan. Zijn hand ging door zijn haar en hij dacht even na wat hij nou precies aan het doen was, zette alles even op een rijtje en voelde of zijn screwdriver nog in zijn zak zat. Hij stapte weer het winkeltje in, zijn hand ging over de jurken die er lagen en hij nam een kijkje bij de mannenspullen. Ze hadden alleen hoeden en daar had de Doctor niets aan. Hij zuchtte even en liep weer terug naar de jurken. Hij had er maar gewoon twee random jurken naar Elisabeth gegooid, niet dat hij een gevoel voor mode had, maar wel genoeg om niet vloekende kleren aan te trekken. Hij grijnsde even en streek langs een van de jurken die van satijn waren, het voelde fijn aan en snel liet hij het los, schudde zijn hoofd even en schraapte zijn keel. "Blondie, heb je er een aan?" riep hij terwijl hij haar kant op zwalkte.
Het was nog moeilijker om in de jurk te komen dan Elisabeth had gedacht. Het ding zat veel te strak bij haar middel en om de achterkant met al die veters - of hoe je dat ook noemde in deze tijd - goed dicht te krijgen was nog een hele klus ook. Net als ze denkt de jurk goed aan te hebben, hoort ze de stem van de Doctor. 'Bijna.' Zei ze. Jammer genoeg was er geen spiegel en kon ze niet zien hoe ze er uit zag. Ze had het gevoel dat ze een opgedofte clown was. 'Okay.' Zei ze toen ze de Doctor zag. 'Honest, how do I look?'
De Doctor ging met zijn hand door zijn haar en tikte een beetje ongeduldig met zijn voet op de grond. Hij gooide zijn hoofd naar achteren omdat Elisabeth nog niet klaar was. "Schiet op!" riep hij en toen hij haar stem weer hoorde keek hij op. Zijn mond viel een beetje open en zonder dat hij het in de gaten had gingen zijn wenkbrauwen een beetje omhoog en hij schraapte toen zijn keel. "Nou.. Uhm.. Wow.." stamelde hij en hij wist even niet wat hij moest zeggen. "Je ziet er anders uit.. Meer vrouwelijk... Het staat wel erg goed." Hij glimlachte daarna scheef en bekeek het meisje van top tot teen. Hij herstelde zich snel en schudde zijn hoofd even. "Goed genoeg voor nu, kom mee." riep hij weer enthousiast en trok haar mee naar buiten, de straat op.
Schiet op? Weet je wel niet hoe moeilijk het is om zo'n jurk aan te trekken, trok hij er maar één aan! Dat zou Elisabeth nog wel eens willen zien. Maar toen ze zijn uitdrukking zag, verscheen er een grijns op haar gezicht. Ze zette haar handen op d'r heupen. 'Meer vrouwelijk?' Herhaalde ze hem plagend.Voordat ze nog iets anders kon zeggen, gingen ze alweer naar buiten. 'Dus, waarvoor moet ik me verkleden als we hier alleen rond lopen?' Vroeg ze. 'En waarom jij niet?' Vroeg ze ook toen ze naar zijn kleren keken.
De Doctor trok Elisabeth de straat op met een grijns en hij keek toen opzij toen zij vroeg of hij niets aan moest trekken. Hij trok zijn wenkbrauwen op en keek naar zijn eigen kleren. "Doe ik nooit." zei hij met een scheve grijns en hij pakte een hoed van iemand af en zette deze op, hij was een beetje te groot en hij grinnikte zachtjes. "Beter?" vroeg hij plagend aan Elisabeth, terwijl met haar arm in arm over de straat liep. "Hoe vind je het hier?" vroeg hij toen ineens en hij keek opzij naar Elisabeth.
Er verscheen een glimlach op Elisabeths gezicht toen de Doctor een hoed op deed. 'Veel beter.' Zei ze, ook al kon zij zelf zien dat de hoed iets te groot was voor hem. Ze was een beetje verrast toen hij vroeg hoe ze het hier vond. Ze moest er even over na denken. 'Different.' Zei ze, niet zeker of dat het goede woord was waar ze naar zocht. 'But a good different.' Zei ze snel. 'Het is nogal opwindend dat ik in het verleden ben, bedoel ik.'
De Doctor glimlachte trots en leidde Elisabeth door de menigte. "Het went snel. Ik kan je overal heen brengen, en dan bedoel ik ook echt overal. My TARDIS can travel all in time and space." zei hij trots en voordat hij iets kon doen of iets kon zeggen hield iemand hem tegen door zijn schouder vast te pakken. "Ouch!" riep hij en hij draaide zich om en hij begon te lachen. "William!" "Hello Doctor, ik heb jou al erg lang niet meer gezien!" De Doctor draaide zich naar Elisabeth toe met een glimlach, een glimlach die grotendeels door Elisabeth wordt veroorzaakt zonder dat hij het zelf in de gaten heeft. "Elisabeth, this is William Shakespeare, William, this is Elisabeth..." Hij fronste even. Hij wist haar achternaam niet of hij was hem vergeten. Beide gevallen waren redelijk beschamend.
Elisabeth wist niet zo zeker dat ze hier echt aan zou kunnen wennen, het was ook moeilijk te geloven. Maar toen ze hier eenmaal stond, geloofde ze het. Het viel haar eigenlijk niet op dat de Doctor de man William noemde, totdat hij de twee aan elkaar voorstelde. William Shakespeare. Ze stond voor William Shakespeare. De William Shakespeare. 'Elisabeth Daniels.' Maakte ze - zonder het zelf door te hebben - de Doctors zin af. Ze wist niet of ze hem al haar naam had verteld, maar wat maakte het uit. 'It's a pleasure to meet you.' Zei ze terwijl ze breed naar de man lachte. William lachte terug naar haar, alsof hij niet één van de bekendste mensen in de hele geschiedenis was.
De Doctor fronste lichtelijk. Daniels. Daniels. Daniels. Er ging geen bel rinkelen, dus concludeerde hij dat ze haar achternaam nog niet had verteld. "It's a pleasure to meet such a lovely young lady." zei Shakespeare en hij pakte Elisabeth haar hand vast om zijn lippen er zachtjes op te drukken. De Doctor rolde met zijn ogen. Hij wist zich nog net in te houden om niet een rare opmerking te maken en hij keek naar Elisabeth die breed lachte naar William en de Doctor concludeerde daaruit dat Elisabeth een fan was. Maar ja, wie was dat nu niet? De Doctor schraapte zijn keel en keek van Elisabeth met opgetrokken wenkbrauwen naar William. "Nog rare dingen gezien of gehoord de laatste tijd of is alles zo zijn gangetje aan het gaan?" vroeg de Doctor nieuwsgierig.
'O my god. William Shakespeare was kissing my hand!' Dat was het enige wat door Elisabeths hoofd heen schoot op het moment. Maar ze probeerde zich kalm te houden, niet te gaan springen op haar plaats. Alleen kon ze niet stoppen met lachen, haar kaken gingen straks nog mijn doen. 'Niet veel bijzonders.' Zei Shakespeare, maar hij keek bedenkelijk. 'Alhoewel..' Zei hij toen, waarbij hij keek naar de Doctor. 'De afgelopen tijd, zijn er steeds meer verdwijningen.'
De Doctor was bijna teleurgesteld toen William zei dat er niet veel bijzonders was gebeurd, maar toen hij begon over verdwijningen keek de Doctor geïnteresseerd op. Dat klonk veel belovend, maar het kon ook een gewone kidnapper zijn. "Zoals van...?" "Meisjes rond de 20, like your beautiful companion, sommige worden terug gevonden, maar dan dood en anderen worden nooit meer gezien, er is geen spoor naar wie het zou kunnen hebben gedaan, maar het is vreselijk, ik hoop dat ze de dader snel pakken." zei William en de Doctor keek opzij naar Elisabeth. Hij grijnsde een beetje en keek weer naar William. "Waar worden de meisjes gevonden?" vroeg de Doctor toen aan William. Hij dacht even na. "De meeste worden gevonden bij de rivier, aan de rand van de stad of in de buurt van grotten." De Doctor knikte. Hij had al een beetje een vermoeden van wat er aan de hand was, maar hij wist niet door wie.
Leuk, verdwijningen waarvan de meeste niet terug kwamen en als ze terug kwamen dan zonder kloppen hart. Elisabeth keek ook naar de Doctor toen hij naar haar keek. Volgens mij zocht hij gewoon het gevaar op, hij werd er zo te zien erg blij van dat er verdwijningen waren. William was klaar met zijn verhaaltje en keek toen van de Doctor naar Elisabeth en weer terug. 'Hoezo? Denk je dat er iets buitenaards achter zit?' Vroeg hij, Elisabeth wist niet of ze nou vreugde in zijn ogen zag. Of dat het angst was, het ging zo snel.
De Doctor haalde zijn schouders op en maakte een 'mweh' geluidje. "Maybe, maybe not, I don't know, I hope so, let's find out." zei de Doctor. Het was niet dat hij het leuk vond dat er meisjes verdwenen, maar hij vond het leuk om zich uit te sloven en om de mensen in veiligheid te brengen van buitenaardse wezen, aangezien de meeste mensen niet weten wat ze moeten doen als die hen aanvallen.
Hij zei I hope so. Elisabeth had dus gelijk, hij vond het leuk om in gevaar te komen. Al was het misschien niet buitenaards, er waren doden gevallen en dus gevaarlijk. 'Well, good luck.' Zei William, die lachte naar de Doctor. Blijkbaar had Shakespeare niet echt een avontuurlijk gevoel, dacht Elisabeth. Niet zoals de Doctor die het opzocht. Ze draaide zich naar de Doctor toe. 'Oké, hoe wil je dit gaan doen?'
De Doctor knikte naar William en liep toen met Elisabeth weg. Toen ze vroeg hoe hij het wilde gaan doen, dacht hij even na. "Gewoon kijken bij de plekken waar die meiden zijn gevonden of er ergens een weg is naar een soort ondergrondse bevolking of iets wat daarop kan lijken." Toen hij dat zei ging er een lampje branden. "Wacht even." zei hij, rende terug, achter William aan en pakte zijn arm vast. "Come with me, Will!" zei de Doctor en hij trok Shakespeare mee, die er geen zin in had. "I need you."
De plekken waar de meisjes waren gevonden, bij rivieren en grotten. Bij een grot was makkelijk een weg naar ondergrondse tunnels te vinden, maar of de Doctor dat bedoelde. Waarschijnlijk niet. Elisabeth stopte met lopen en wachtte totdat de Doctor terug kwam. Een vrouw liep met een grote mand appels rond, samen met haar zoontje aan de hand. Ze hadden beide een gezicht dat vies was van de roet. Elisabeth keek op toen de Doctor terug kwam met William Shakespeare. 'Je neemt hem mee?' Vroeg ze lichtelijk verbaasd. Achter de Doctor en William, waren de vrouw en haar zoontje al uit het zicht verdwenen.
De Doctor trok de lichtelijk tegen spartelende William mee. "Come on Will, bit of an adventure, is good for you." zei de Doctor en eenmaal bij Elisabeth spartelde hij niet mee. Hij glimlachte en keek naar Elisabeth. "Waarom niet?" zei hij en haalde zijn schouders op hij keek weer opzij naar Shakespeare, die nog steeds het niet leuk vond dat hij mee moest. "Waar zijn die meisjes precies gevonden?" vroeg de Doctor toen en hij keek William doordringend aan met zijn grote ogen. William zuchtte lichtelijk geirriteerd en mompelde iets waarna hij begon te lopen. "This way." De Doctor keek geamuseerd naar Elisabeth en liep toen achter William aan. Hij moest eerst zien wat de stad terroriseerde en dan pas kon hij oordelen of hij bang of gevreesd moest zijn.
'Because he's one of the most famous people in the world and he could get killed.' Mompelde Elisabeth toen ze achter William Shakespeare aan liep. Het zou de geschiedenis veranderen als er iets met Shakespeare zou gebeuren en dat wilde ze niet op haar geweten hebben. Ook al waren ze nu op iets aan het af gaan dat een seriemoordenaar kon zijn of een dodelijk wezen, Elisabeth was meer nieuwsgierig dan zenuwachtig.
De Doctor hoorde half wat Elisabeth mompelde en hij rolde met zijn ogen. "Hij mag weer terug naar huis, lekker voor een vuurtje gaan zitten, wanneer het gevaarlijk wordt. Maar we hebben hem nodig om te weten waar we moeten beginnen." zei de Doctor tegen Elisabeth en hij stopte zijn handen in de zakken van zijn bruine broek. Iets wat hij minder vond was dat het pad steeds zanderiger werd en zijn beige converse dusdanig viezer. "Hier werden twee van de meisjes gevonden, mag ik nu naar huis, want ik weet wat voor dingen jij uitvreet Doctor." zei William.
'Oké.' Zei Elisabeth dan toch. Ze trok de rok van haar jurk omhoog om te zorgen dat ie niet vies werd. Wat boeide het haar eigenlijk, hij zou waarschijnlijk toch vies worden als ze ondergronds gingen. 'Deze weg kleurt geweldig bij je schoenen.' Zei ze lachend toen ze zag hoe het stof van het zandweggetje omhoog kwam. 'Natuurlijk mag je naar huis.' Zei Elisabeth voordat de Doctor wat kon zeggen, dan was hij tenminste veilig en kon die nog Romeo & Juliet schrijven. Als hij dat niet al had gedaan, tenminste.
De Doctor stak zijn tong uit naar Elisabeth toen ze een opmerking maakte over de kleur van zijn schoenen. "Het zand is veel donkerder." zei hij een beetje als een klein kind die zijn zin niet kreeg. Toen ze er waren, volgens William, wilde de Doctor zeggen dat hij nog even moest blijven, maar Elisabeth had al gezegd dat hij mocht gaan. De Doctor zuchtte. "Bedankt voor je hulp Will." zei hij en schudde hem de hand nog. "Tot weerziens, Elisabeth." zei William en gaf Elisabeth nu een kus op haar wang. "Wees voorzichtig." De Doctor vond dit iets minder en krabde even op zijn hoofd.
'It looks the same to me.' Had Elisabeth nog tegen de Doctor gezegd. Ze stond alleen een klein beetje versteld toen William haar een kus op de wang gaf, maar ze wist zich snel te herstellen. 'Dag!' Zei ze tegen hem, omdat ze eigenlijk niets beters wist om te zeggen. Kort daarna draaide ze zich om naar de Doctor die er maar een beetje bij stond. 'Is er iets?' Vroeg ze aan hem.
De Doctor keek opzij naar Elisabeth en haalde zijn schouders op en schudde zijn hoofd. "Nee hoor, waarom zou er wat zijn?" zei hij schijnheilig en wreef door zijn haar. "Zullen we maar naar binnen gaan?" zei hij toen tegen Elisabeth en hij pakte zijn screwdriver te voorschijn die hij als zaklamp gebruikte terwijl hij langzaam de grot in liep. Meteen trok hij een vies gezicht. Het stond naar vis, maar hij liep door.
Elisabeth fronste, ze bekeek de Doctor nog eens goed. Maar er leek niets te zijn, nu niet meer. Ze liep achter hem aan de grot in. De schroevendraaier die de Doctor vast had gaf een blauwe gloed waardoor ze een klein beetje kon zien in de duisternis van de grot. De muren waren vochtig en de stenen staken hier nog meer uit dan in de straten van net. Ze had veel beter haar eigen kleren kunnen aan laten. 'Hoe noem je dat ding ook alweer?'
Hij kneep zijn neus dicht. Hij hield niet van de vislucht en ademde luid door zijn mond. Hij zag net genoeg om de weg te kunnen vinden en hij merkte dat het bergafwaarts ging. Hij bewoog zijn sonic heen en weer en richtte hem toen op Elisabeth toen ze hem wat vroeg. Hij liet zijn neus los en wiebelde er mee. De Doctor keek naar Elisabeth en even naar zijn sonic en weer terug naar Elisabeth. "Oi, this thingy? It's a sonic screwdriver or sonic for short. It can open anything and do almost anything but it doesn't work on wood." zei hij en hij glimlachte daarna even, waarna hij zijn sonic weer de grot in richtte en verder liep. De vislucht werd erger, maar de Doctor begon eraan te wennen.
Sonic Screwdriver, had Elisabeth toch een beetje gelijk gehad dat het op een schroevendraaier leek. 'Why doesn't it work on wood?' Vroeg ze, je zou denken dat hout één van de makkelijkste dingen zou zijn. Elisabeth begon te hoesten toen ze te diep in ademde en de vislucht zelf proefde. Ze haatte vis, ook al was het zo gezond voor je. Ze ging wat voorzichtiger lopen toen het pad naar beneden ging, de grond was een beetje glad en ze wilde niet onderuit gaan.
De Doctor haalde zijn schouders op. "It's some really hard wibbly wobbly timey wimey thing and if I had to explain that, I needed to get into your head because it's too hard to explain." zei de Doctor en hij keek op zij naar Elisabeth en trok zijn lippen een beetje op. "I think it's a bit of a disappointment you know." gaf hij toe terwijl hij zijn hoofd en beetje naar Elisabeth kantelde en hij hield zijn sonic voor zich uit. Hij lette niet op waar hij liep, waardoor hij uitgleed omdat hij een kuil niet had gezien. De meeste mensen zouden dan gewoon een beetje wegglijden, maar omdat hij niet wilde vallen trok hij perongeluk Elisabeth mee in zijn val. Iets waar hij niet op had gerekend, was dat er nu een diepe afdaling was, die hartstikke glad was, waardoor hij alsof hij op een soort glijbaan zat de weg afgleed. Hij schreeuwde en lachte. Hij vond het smerig en hilarisch op hetzelfde moment en hij hield zijn sonic goed vast terwijl hij op zijn rug de berg/weg in de grot afgleed.
Wibbly wobbly timey wimey, klonk erg logisch. 'Look out.' Siste Elisabeth toen de Doctor uitgleed. Voordat ze nog niet iets kon zeggen, pakte hij haar beet en trok haar mee in zijn val. De diepe afdaling maakte het ook niet makkelijk om weer over eind te komen, als je het zou willen proberen. De weg werd gladder, zand kwam om hoog en al snel veranderde het zand in modder. Elisabeth kon het niet laten om te lachen, het was leuk. Ook al deed het pijn als er een hobbel in de weg zat. Een blauwe gloed was te zien aan het einde van het pad en het kwam niet van de Sonic Screwdriver vandaan. Voordat ze iets had kunnen bedenken, eindigde het pad en plonsde ze in water. Het pad was geëindigd in een soort bron van water, daarom was de grot waarschijnlijk zo vochtig geweest.
De Doctor wist dat het niet echt goed was om het leuk te vinden om in een grot, bergafwaarts te glijden niet wetend waar hij uit zou komen, maar hij vond het hilarisch. Hij lachte terwijl hij de muren probeerde te ontwijken, net als Elisabeth, want hij wilde niet dat hij tegen haar aan zou glijden. Op een gegeven moment zag hij een soort licht en kort daarna was hij onderwater, iets wat hij eigenlijk niet had verwacht, ook al was het nogal glad van de vochtigheid. Hij schrok van het onverwachte water en zwom snel naar boven en hij kwam proetsend boven. Met een van zijn handen veegde hij nu zijn natte haar uit zijn gezicht en hij keek om zich heen waar Elisabeth was gebleven en toen pas viel het hem op waar ze terecht waren gekomen. Het was een soort ondergrondse stad, met heel veel water.
De jurk maakte het moeilijk voor Elisabeth om te zwemmen. De lagen stof plakten tegen haar huid aan, het was alsof ze aan een anker was gebonden. Oké, niet zo erg. 'Waarom was het ook alweer een goed idee om in een jurk een grot te verkennen?' Vroeg ze, gedeeltelijk tegen haar zelf. Elisabeth probeerde te staan, maar overal was het water te diep. Een paar meter verder op zag ze de Doctor in het water. Met achter hem iets dat leek op een stad gemaakt van steen. Waar waren ze nu weer beland.
Hij probeerde boven water te blijven, aangezien zijn kleren zwaar werden door het water. Hoe moest Elisabeth zich wel niet voelen? De Doctor keek rond en schreeuwde Elisabeths naam toen hij haar weer zag. Hij was scheef en had over haar heen gekeken. Hij trok een mondhoek op en keek over zijn schouder naar het stadje. Hij vertrouwde het niet. Hij zwom, of hij maakte in ieder geval bewegingen die op zwemmen moesten lijken, naar Elisabeth toe. "We need to get out of the water as soon as possible." siste hij en hij trok haar richting de kant, zijn voeten wilde graag weer op de grond staan en hij had een vreemd gevoel bij het water. Het leek alsof beesten zachtjes aan zijn benen trokken.
Je weet wel, toen je moeder vroeger je toe dekte in vier dekens als je ziek was terwijl je nog een jogging broek aan had. Dat gevoel had Elisabeth nu. Ook al probeerde ze te zwemmen zonder in de knoop te raken met de stof van haar jurk, kwam ze niet snel verder. 'Mooi, want deze jurk haat ik nu al.' ze keek om zich heen om een plek te vinden waar ze makkelijk uit het water konden gaan. De stof van haar jurk ging om haar been heen, maar ze probeerde het te negeren en bovenwater te blijven. 'Daar, daar kunnen we uit het water.' Zei ze en knikte in de richting van een laag stuk grond dat als een pad rond ging.
De Doctor volgde Elisabeth haar blik en knikte. "Good, good. We moeten snel uit het water." ratelde hij terwijl hij nogal idioot naar de kant zwom en hij probeerde Elisabeth mee te trekken. Zijn reddingsactie zorgde niet voor een verbeteren of voor een versnellend effect. Ineens voelde hij iets hard aan zijn been trekken waardoor hij voor enkele seconden onder water werd getrokken. Het wezen had hem niet goed vast en de Doctor trok snel zijn been los en schoot weer terug omhoog, happend naar adem en hij klampte zich snel vast aan de kant die gelukkig dicht bij was, waarna hij water op hoestend zich op de kant trok.
Elisabeth vroeg niet waarom ze uit het water moesten. Althans, nog niet. Ze deed haar best om zo snel mogelijk naar de kant te zwemmen, maar ze kon amper haar benen bewegen. 'I'm not ever wearing a dress again, this is horrible. It's like my feet are tied up.' Ze bleef praten, ook toen ze de kant op klom. Ze draaide zich om naar het water, maar de Doctor was nergens te bekennen. 'Doctor?' Het enige wat te zien was, waren de trillingen in het water. Ze zou er terug in moeten duiken, dacht ze. Maar de Doctor dook op bij het lage gedeelte. Ongedeerd - zover ze kon zien - maar wel hoestend.
Zijn ellebogen leunde op de harde donkere ondergrond en hij hoestte luid, om het zoutige water uit zijn longen te krijgen. Hij wreef met een hand zijn nu natte en plakkende haar van zijn voorhoofd af en ging op zijn rug op de grond liggen. No way dat hij nu nog voor de lol gaat zwemmen. De Doctor kuchte een beetje door en keek toen op, waarna hij snel omhoog kwam en hij wreef met twee handen de haren uit zijn gezicht. Zijn ogen schoten om hem heen en toen naar het water. "Elisabeth?" riep hij nogal hees en hij rolde met zijn ogen terwijl hij een beetje moeilijk recht op ging staan, waarna hij naar Elisabeth slofte met zijn schoenen vol met water. "Gaat het?" vroeg hij, nog steeds hees en hij hoestte even, waarna hij zijn schoenen los deed om het water eruit te gooien en hij trok een moeilijk gezicht toen hij zag hoeveel water er uit zijn schoenen kwam.
Elisabeth had niet alleen stil gestaan en staan toe kijken hoe de Doctor zijn longen kapot hoestte. Zelf was ze ook al naar hem toe gelopen. 'Prima.' Zei ze terwijl ze vanaf haar punt nu keek of hij gewond was. Niks op zijn handen. En ook geen schrammen of sneeën in zijn gezicht, concludeerde ze. Het zag er misschien raar uit dat ze zijn gezicht helemaal bestudeerde, maar wat maakte het uit. 'Are you hurt?' Vroeg ze, voor de wonden die ze misschien niet kon zien. Ze keek even naar het water waar de Doctor zo net uit was geklommen. 'Wat gebeurde er?' Oké, iets had hem duidelijk onderwater getrokken. Of hij vond het leuk om mensen te laten schrikken. Waarschijnlijk niet dat laatste, maar Elisabeth wilde gewoon een antwoord.
De Doctor schudde zijn hoofd en draaide rond. Wat had hem nou net aan zijn benen getrokken? Hij wist het niet en niet weten vond hij vreselijk. Hoe moest een normaal wezen zich voelen? De Doctor rilde even en hoestte, waarna hij hard met beide handen om zijn borstkas begon te slaan om het water uit zijn longen te krijgen. En zijn twee harten te laten blijven kloppen. Hij draaide zich weer naar Elisabeth toe en bleef op zijn borstkas slaan met een moeilijk gezicht. "Geen.. Idee.." zei hij hees en liet zijn handen weer langs zijn natte lichaam hangen. Hij was nog steeds hees, maar zijn harten deden het weer goed en zijn longen waren zo'n beetje watervrij. "Ben jij nog heel?" vroeg hij en hij stapte naar voren waarna hij Elisabeth bekeek en zijn handen over haar armen liet gaan en toen haar gezicht vast pakte en haar doordringend aan keek. "We moeten opletten. Het is hier niet veilig."
Als de Doctor niet wist wat hem te pakken had gekregen, hoe zou Elisabeth het dan moeten weten. Dit ging nog wat worden. Ze wilde net zeggen dat ze niet gewond was, maar hij pakte haar gezicht zo beet dat het er vervormd uit zou komen - dus hield ze haar mond maar. 'Ja, dat had ik door.' Zei ze toen hij haar los liet. Langzaam begonnen ze te lopen. Elisabeth hield het water in de gaten, het hele oppervlak lag stil - geen enkele beweging was in het water, er waren altijd vissen in wateren. Het maakte de situatie alleen maar raarder.
De Doctor kon het laten te grinniken toen Elisabeth zei dat ze het door had en hij glimlachte naar haar. Ze was een prachtig meisje, ook al was ze nu drijf nat door hun val in het water. Hij hoestte zachtjes nog een keer en ging met zijn hand weer door zijn natte haar. Zijn strakke outfit omklemde zijn dunne lichaam nog erger dan toen het nog niet nat was. Hij liep met Elisabeth richting het stadje, bereidt op vele gevaren die hij tegen zou kunnen komen. Een normaal wezen zou zich omdraaien, maar de Doctor niet, hoe gevaarlijk het ook was, hij wilde altijd kijken en hij dacht niet aan de gevolgen die zouden kunnen komen. Hij bleef maar aan zijn natte haar zitten en hij keek om zich heen toen de donkere gebouwen van stenen en rotsen, wat er erg gaaf uit zag, zich om hen heen begonnen te vormen hoe verder ze door liepen. Het viel hem op dat er bijna niemand was. Hij keek even opzij naar Elisabeth en trok toen zijn mond open. "Hello, is anybody there?" riep hij, iets wat hij beter niet had kunnen doen, maar hij dacht er niet bij na.
De ondergrondse stad gaf Elisabeth de kriebels. Tot nu toe was er geen enkel teken van leven, alleen maar zand, stof en steen. Maar het rare was dat er hele gebouwen van één stuk steen waren, allemaal eenvoudig met vierkante gaten als ramen. 'Seriously?' Zei ze terwijl ze naar de Doctor keek. 'Ja, leidt wat hier ook mag zitten naar ons toe. Geweldig idee.' Mompelde ze, ze liep om een grote kei heen waar ze door de jurk niet overheen kon stappen. Ze kon amper haar benen een meter van elkaar zetten, het waren vlugge en kleine stappen die ze maakte zonder om te vallen. Lange tijd was het stil, totdat Elisabeth iets hoorde. Het leken wel voetstappen, maar van een grote groep mensen die allemaal op hetzelfde moment de grond raakten.
De Doctor rolde lachend met zijn ogen en keek naar Elisabeth, die helemaal nat was geworden en eruit zag als een bijna verzopen hondje met haar jurk. Het was wel schattig. "Maar dan komen we er tenminste achter wat het zijn!" zei de Doctor op een beetje zeurderige stem en hij pakte zijn screwdriver weer vast. Hij mepte er even een paar keer mee op zijn hand en hij blies wat water eruit. Hij mompelde iets over dat hij moest werken en toen ging het blauwe lampje weer branden. Toen klonken er voetstappen, veel voetstappen en ze kwamen dichterbij. Hij trok zijn wenkbrauwen een beetje op en klakte met zijn tong. "Oh." kwam er uit zijn mond toen hij een grote groep mensen op hen af zag komen, maar ze hadden wat onmenselijks over hen heen.
De groep mensen had iets vaags over zich heen, ze hadden een bepaald soort kleren aan dat aan hun lichaam leek te plakken - glimmend als metaal. Het leken wel schubben, maar toch ook weer niet. De groep bewoog hetzelfde, als de één zijn rechter been vooruit zette - deden de anderen het ook. Zo kwam de groep dichter naar de Doctor en Elisabeth toe. Elisabeth stond versteld, ze wist niet wat ze moest denken van een groep mensen die in een ondergrondse stad woonden. Plus, de stad zag eruit als het decor van een horrorfilm voordat de aliens aanvielen. Ironisch. Eén van de mannen in de groep stopte met lopen terwijl de andere vier naar de Doctor en Elisabeth toe liepen. De ene man pakte Elisabeths linker arm beet, de andere pakte haar rechter arm beet. Net zoals ze deden bij de Doctor. De man die voor de twee stond, schraapte zijn keel en begon te praten. 'U bent zonder toestemming het land van Lilith D'Avranches binnen gekomen. Hiervoor zal U naar haar toegebracht worden en een vonnis afwachten.'
De Doctor zag hoe een groep 'mensen' naar hen toe kwamen gestapt. Het zag er alles behalve menselijk uit, maar het waren geen robots, daar leken ze weer te menselijk voor. De Doctor fronste lichtelijk en voordat hij het wist hadden twee van die 'mensen' hem vastgepakt. De naam die uit hun mond kwam klonk Frans, maar ze waren niet in Frankrijk. Hij zuchtte lichtelijk geirriteerd. "En wat als ik dat nu niet wil?" vroeg hij met een geirriteerde ondertoon en er werd aan zijn arm getrokken door het linker wezen. De Doctor maakte een grommend geluid en hij probeerde zijn armen los te trekken, maar de mensenwezens hadden zijn armen te stevig vast. Hij kreunde zachtjes en liet zichzelf toen 'vallen' waardoor de wezens hem vooruit moesten slepen en overeind houden. De Doctor vond het zelf erg amuserend en keek naar Elisabeth toe, die ook twee escortes had. "Het komt wel goed." zei hij en hij keek toen omhoog naar de wezens. "Toch?" Er klonk een gegrom en de Doctor trok de linkerkant van zijn lip een beetje omhoog net als zijn wenkbrauwen terwijl ze richting een soort kasteel werden gebracht.
Het was niet zo dat Elisabeth zich zomaar liet meeslepen door de mannen. De mannen hadden een snel tempo, waardoor ze een paar keer struikelde over de rand van haar jurk die nu bedekt was met stof en modder. 'Yeah, sure.' Mompelde ze terwijl ze met haar rechter arm een paar keer trok, om de man zijn grip te verzwakken - hij kneep zowat haar arm samen. Maar hij hield haar arm nog strakker vast en ze zuchtte. Ze keek naar links, de man keek niet eens naar haar terwijl ze een groot gebouw naderde dat iets iets weg had van een professioneel zandkasteel in het groot. Maar dan veel beter. Er ging een brug naar het gebouw toe die over een stuk water dat zo donker als de nacht was. Oké, nu moest ze toch echt iets doen. Ook al was het zo hopeloos, Elisabeth trapte zo hard ze kon op de voet van de man links haar en gaf hem een harde zet met haar elleboog. Haar elleboog kwam eerder op zijn heup terecht in plaats van tussen zijn ribben, maar de man verloor zijn evenwicht voor even. Ze had nu een kans om de andere man een trap te geven, maar ze was zo versteld toen ze de man zag trillen als een systeemfout in een computer. En toen stond er geen man meer naast haar.
Er zijn nog geen reacties.