**5
Sacha Barends
Het licht van de zon die opkwam scheen door de ramen naar binnen. Al erg vroeg had dit licht me gewekt omdat ik de grodijnen niet dicht had gedaan. Ik zag in het bed naast me Fleur vredig slapen, haar spontane en sterke houding was nergens te zien, het was gewoon Fleur, de Fleur die ik kende van de basischool en niet het feestbeest dat ze nu is. Omdat ik al veel te vroeg wakker was geworden en al een uur wakker was besloot ik om op te staan en een makkelijke rok uit tekiezen met een hemdje. Ik verliet hierna zachtjes de hotelkamer om Fleur niet wakker te maken.
Ik sneuf met mijn neus de geur van de zee naar binnen. Heerlijk kon ik alleen maar denken. Omdat het nog zo vroeg was, was het erg stil op het strand en hoorde je alleen het ruisen van de golfen die het strand oprollen. Ik liep dichter naar de zee toe en trok mijn slippers uit, hoewel het vroeg was, was de zon nu al erg warm. Ik gooide mijn slippers weg van de zee en liep zelf verder naar voren. Langzaam raakten de golven mijn tenen aan om vervolgens weer de zee terug in te rollen, alsof mijn teen iets heel speciaals was en de zee het eigenlijk niet durfde aan te raken. Ik zette nog een stap naar voren. Dit keer ging de golf langs mijn voet heen waardoor heel mijn voet het koude water voelde, ik stapte snel weer terug, weg uit de zee. Ik deed mijn slippers weer aan en vervolgde mijn wandeling naar de rotsen.
Toen ik dichterbij kwam, zag ik nog iemand zitten bij de rotsen. Ik nam een hap adem iemand anders wist de mooie plekjes ook te vinden. Bang dat de persoon boos zou worden liep ik met mijn hoofd naar benden en versnelde mijn pas, maar het was al te laat. 'Sacha, wat doe jij hier?' Meteen herkende ik de stem van de jongen. Ik twijfelde of ik wat ging zeggen, maar ik stond al stil dus hij wist dat ik hem gehoord had. 'Ik kon niet meer slapen' Ze ik op mijn klunzige manier. 'Kom erbij zitten, het uitzicht vanaf hier is geweldig!' Hij wenkte me. Langzaam liep ik naar hem toe het kon vast geen kwaad om er even bij te gaan zitten. Ik klom onhandig over wat rotsen heen en ik hoorde gegrinnik van zijn kant komen, maar ik deed alsof ik het niet hoorde. Toen ik dichter bij hem was hielp hij me om naast hem te komen zitten, hij raakte mijn hand aan. De rots was erg klein en nog steeds probeerde ik niet te dicht op hem te zitten maar het moest wel. Ik probeerde mijn ademhaling onder controle te houden zodat hij het niet zou merken. 'Sas' Ik schrok omdat ik bang was dat hij het zou merken. Misschien voelde ik toch wel wat voor hem, maar dat kon niet ik kende hem net pas, misschien kam ht gewoon door zijn uiterlijk. Ik keek hem aan, zijn ogen kleurde zo mooi in het licht. En heel even had ik het gevoel dat er een conectie tussen ons was. 'Sal ahí fuera , no debería venir aquí !!' Een of andere man kwam woest op ons afgelopen en riep wat in het spaans, waar wij natuurlijk nks van verstonden. Maar beide zagen we ook wel dat de man niet wilde dat we hier waren. Hij zat wild met zijn armen te zwaaien dat we weg moesten gaan. Snel stond ik op en rende weg van hem. Ik keek achterom en zag nog net hoe Samuel het water in sprong. Ik rende verder terug naar het hotel. Ik moest dit maar vergeten, dit kon gewoon niet ik was toch wel de enige die de conectie heeft gevoeld. Ik rolde met mijn ogen ik moest niet meer zo gaan nadenken.
Reageer (1)
wauw, ondanks dat dit pas hoofdstuk 5 is is het nu al spannend.
9 jaar geleden