Elaimet 15
Pas bij zonsondergang vond ik haar terug. Helemaal onder het bloed.
“Pilvi?” Ik liet me naast haar op mijn knieën vallen. “Pilvi, word wakker. Iedereen is op zoek naar jou. We moeten naar huis. Het is al laat. Pilvi?” Het was zinloos. Ik nam haar in mijn armen en trok haar tegen me aan. Waarom had ik toen mijn armen niet om haar heen geslagen?
“Lohik!” riep Perho. Pijlsnel kwam de enorme rode draak uit de Raad op hen afgevlogen. Sininen moest de grootste moeite doen om hem bij te houden.
“Wat is er gebeurd?” vroeg hij terwijl hij met een enorme klap op de grond landde. Een heks liet zich onmiddellijk van zijn rug glijden en liep naar me toe.
“Laat mij maar even”, zei ze terwijl ze het meisje van me overnam.
“Sorkka’s”, zei Perho tegen de draak. “Ze hebben het dorp aangevallen. Zij konden ontkomen.”
“En de anderen?”
“Dat weten we niet. We zijn niet gaan kijken. We waren maar met zijn drieën en we hadden de Elaimet bij ons.”
“Goed, ik ga er heen.” De draak keek naar mij. “Als er nog zijn, zullen we ze wel op de vlucht doen slaan.” Hij steeg weer op en ik zag de grimmig kijkende gedaantes van de heks en tovenaar uit de Raad op zijn rug zitten.
Ze waren nog met maar net vertrokken toen een grote groep heksen, tovenaars, pegasussen en keijukanen kwam overvliegen, gevolgd door nog een draak.
“Hevon, Perho. Wat is er eigenlijk aan de hand?”
“Het dorp is aangevallen door sorkka’s.” Perho balde zijn kleine vuistjes.
“Wat zijn sorkka’s?”
“De meest afschuwelijke wezens die er bestaan,” zei de heks, zonder haar blik af te wenden van het gewonde meisje. “Ze hebben reusachtige klauwen, die ze gebruiken om alles wat ze zien in stukken te scheuren. Ze ontzien niemand. Ze jagen zelden in grote groepen, maar als ze het wel doen, zijn de gevolgen rampzalig.” Ik rilde.
“En dat hebben ze net gedaan?”
“Ik vrees van wel.”
“Dan moeten we onmiddellijk gaan helpen.” Ik zette een paar stappen in de richting waar de anderen heen gevlogen waren. Hevon versperde me steigerend de weg.
“Nee, Jalo, jij kan er niet heen.”
“En waarom niet?”
“Jij bent de Elaimet. Je bent te belangrijk. Het is te gevaarlijk.”
Er zijn nog geen reacties.