13 - Kiss at midnight
Toen Percy om acht uur thuiskwam, viel er duidelijk aan zijn gezicht af te lezen dat hij een lange, lange dag achter de rug had. Oliver, die zoiets voorzien had toen Percy hem een bericht stuurde dat hij wegens een uitlopende vergadering later thuis zou zijn dan normaal, had al eten gehaald bij het kleine Indonesische zaakje op de hoek van Percy’s straat.
Hij deed zijn best, maar desondanks duurde het nog een volle tien minuten tot hij de eerste glimlach uit Percy wist te lokken. Zelfs toen lukte het alleen omdat hij aanbood de collega die hoofdverantwoordelijk was voor Percy’s overuren een klap te verkopen, wat op zich al geen heel positief teken was. Normaal gesproken deed Percy tenminste nog alsof hij dat geen leuk idee vond. Dat, misschien nog wel meer dan alle andere hints, zorgde ervoor dat Oliver de borden met zachte dwang uit Percy’s handen trok toen hij opstond om de afwas te doen en hem beval om in bed te kruipen.
Percy staarde hem een paar tellen aan. Meestal zou Oliver dat hebben opgevat als teken dat hij waarschijnlijk iets vreemds had gezegd, maar dit keer leek het meer alsof Percy even nodig had om de woorden tot zijn vermoeide brein te laten doordringen. “Het is nog geen negen uur,” zei hij uiteindelijk, maar hij klonk niet alsof hij dat echt een probleem vond.
“Ik meen het,” zei Oliver. “Laat mij de keuken opruimen. Jij ziet eruit alsof je ieder moment in slaap zou kunnen vallen, dus dan kun je het net zo goed in een bed doen.”
Percy glimlachte vermoeid en knikte. Hij leunde naar Oliver toe en kuste zijn mondhoek. “Dankje. Maak me wakker om twaalf uur.”
Oliver vroeg bijna waarom, maar hij herinnerde zich de lijst op tijd. Hij gaf geen antwoord. Percy wachtte daar echter ook niet op, al hinkelend op weg naar de slaapkamer terwijl hij tegelijkertijd probeerde zijn schoenen uit te trekken.
Oliver hing de rest van de avond op Percy’s bank. Het voelde minder vreemd om zonder Percy in Percy’s huis te zitten dan hij had verwacht, wat waarschijnlijk een goed teken was, aangezien hij hier binnenkort ook hoorde te wonen. Hij las Quidditch Monthly, at een appel, zette appels op Percy’s boodschappenlijstje en las nog wat. Om kwart voor twaalf besloot hij dat het voor hem ook tijd werd richting de slaapkamer te migreren, dus toen hij naast Percy onder de dekens kroop was het een paar minuten voor middernacht.
“Perce?” fluisterde hij. Percy ademde extra diep in en uit en bewoog zich wat dichter naar Oliver toe, dus Oliver dacht even dat hij wakker was geworden. Hij wachtte, maar Percy opende zijn ogen niet en ook enige andere reactie bleef uit.
Oliver bestudeerde Percy’s gezicht bij het vage licht van de toverstok op het nachtkastje. Het leek een beetje alsof hij in een romcom cliché terecht was gekomen. Dit was het moment waarop hij een lok haar uit Percy’s gezicht hoorde te vegen of hem diepe geheimen moest vertellen, maar Percy’s haar was niet lang genoeg voor zoiets en er waren geen relevante geheimen die Oliver nog niet met hem had gedeeld toen hij wakker was. Dat weerhield Oliver er niet van gefascineerd te zijn over hoe tevreden en ontspannen Percy er in zijn slaap uitzag, wat waarschijnlijk ook al zoetsappig genoeg was om hem een plek op te leveren in een goedkoop Healersromannetje. Vroeger zou die gedachte hem gealarmeerd hebben. Nu kon het hem erg weinig schelen, want Percy verdiende iemand die zoetsappige gedachten over hem had - en hem liet slapen in het midden van de nacht.
Oliver drukte een kus op Percy’s slaap die ook best mocht tellen, vond hij. “Nox,” zei hij zachtjes. Het licht doofde en Oliver ging liggen, zo dicht bij Percy dat hij zijn ademhaling kon voelen. Het was nog geen vijf over twaalf toen hij zelf ook in dromen wegzonk.
Reageer (1)
Awwwww <3
9 jaar geleden