16. Returning
With the sour taste of my last lie I walked toward my end. wolves howling in the background. I still felt his hands on my back. everything I loved will be with me till the end
10-05-1940
Lief Dagboek.
Ik had niet verwacht dat ik iemand zoveel kon missen. Zelfs toen mijn favourite puppy doodging voeldde het niet zo leeg. De pijn die ik voelde toen hij weg was is met geen pen te beschrijven. Alsof je hart langzaam verteerd werd door kleine beestjes. Alsof iemand een touw om je nek gebonden heeft en je net niet opgehangen heeft. Alsof je wonden over je hele lichaam hebt. Wonden die opgaan bij elke beweging, Elke gedachte, Elke ademhaling. Zo is de pijn ongeveer te beschrijven. Alleen is de pijn die ik voel honderd keer erger.
Dat zat ik te overdenken ik mijn kamer toen me plotseling een gedicht wat mijn moeder altijd vertelde te binnen schoot.
When you smile, laugh, have fun together.
you can call it something.
When it let you dance in ther rain, sing to the sun and scream to the moon.
You can call it love.
But when it hurts in your heart, when it makes you feel lost without.
You can call it true love.
You need it even when it hurts
Op dat moment besefte ik, hoeveel ik ook van Ephraim hou, dat ik bij Edward hoor. Zonder zijn stem ben ik doof, Zonder zijn geur kon ik niet ruiken, Zonder zijn gezicht ben ik blind, Zonder zijn armen kan ik niets voelen behalve de pijn in mijn hart.
Dus ik ben hem achterna gegaan. Carlisle had gelukkig een idee waar hij kon zitten. In Canada schijnt een andere clan te zijn die ook op dierenbloed leeft. Zo snel als ik kon ben ik erheen gerent. Binnen vier uur kwam ik aan. Een vampier genaamd Sasha deede open en zei me dat hij samen met Tanya in de tuin zat. Een steek ging door mijn hart. Hij had al iemand anders. Teleurgesteld draaide ik me om en wou weglopen maar een hand hield me tegen. Toen ik me omdraaide om te gaan gillen dat ik wegwou keek ik in zijn ogen. De pijn in mijn hart werd minder en was over toen hij naar me glimlachte. 'Kom.' zei hij en hij trok me een prachtige tuin in. Overal stonden roze, witte en blauwe bloemen. In het midden van de tuin stond een klein wit prieeltje die rechtstreeks uit een sprookje leek te komen. De krullen van het ijzer liepen in elkaar over alsof ze er niet waren. De bloemen en vlinders die ze vormde leken te leven. We gingen naast elkaar zitten op het bankje. Zijn hand in de mijne en we keken elkaar aan. Uren zaten we zo. Het was inmiddels donker geworden en de zon zou al snel weer tevoorschijn komen. 'Mary?' vroeg Edward opeens 'Zou je bij mij blijven als ik dat zou vragen?' Verbaasd keek ik hem aan. Wat bedoelde hij? Voorzichtig kneep ik in zijn hand. 'Ik zal wel moeten. Het zou teveel pijn doen als ik je zou missen.' En terwijl hij naar de zonsopgang keek, keek ik naar de glimlach die op zijn lippen lag.
Liefs Mary
Reageer (2)
-snif snif-
1 decennium geledenarme Ephraim
Jippie voor Edward!
VERDER!
1 decennium geledenIk neem een abbo op jou blad!
wiljeookeensmijnverhaallezen?