Foto bij Hoofdstuk nr. 7 - Ok, They are definetly weird.

The new neighbours? They seem a bit strange to me.


Deze is voor tomsarms <3

Abigail Pov.

Ik huppelde naar de nieuwe buren, want ik voelde me ongewoon vrolijk vandaag.
Het goede humeur van men moeder had er wel wat mee te maken.
Bij onze poort twijfelde ik even. Zou ik naar Sofie en Lode gaan? De buren die ik al langer kende? Of toch naar de nieuwe?
Ik besloot om toch naar de nieuwe buren te gaan, want als ik eerlijk toegeef ben ik wel nieuwsgierig.
Ik liep de brede oprijlaan op. Ja, Ruben was rijk. Hij was een hollandse acteur, en verdiende best veel geld.
Maar ik had het thuis ook niet slecht hoor. Mijn vader & mijn moeder hadden allebei een goedbetaalde baan. Ik ken mensen die het véél slechter hebben.
Ik liep het trapje op voor de voordeur en belde aan.


Bill Pov.

Ik zat aan de keukentafel een beetje voor me uit te staren. Ik denk dat ik zo'n uurtje of 5 heb geslapen in dat bed. Rond 10 uur was ik toch opgestaan. Ik kon nooit goed slapen in een vreemd bed. Het beste sliep ik in de tourbus, maar die hadden we nu doorverkocht aan een of andere opkomende band.
Gisteren hadden we 2 slaapkamers gevonden. Een met een eenpersoonsbed en een met een tweepersoonsbed. Ik stond erop om de kamer met het tweepersoonsbed te nemen en Tom was gewoon te moe geweest om te protesteren. Vandaag had ik nog een slaapkamer ontdekt, een iets grotere, maar die was van Ruben.
Ook had ik een kleine repetitieruimte gevonden, waar een microfoon en versterkers stonden. Ja, het huis op zich was wel mooi. Maar zou ik me hier ooit wel kunnen thuisvoelen?
Plotseling werd er aangebeld.
Ik verstijfde en bedacht onmiddelijk de ergste scenario's.
De fans die ons al hadden gevonden.
Journalisten die ons al hadden gevonden.
Overenthousiaste buren die ons beter wilden leren kennen.
Ik zette een grote muts op om mijn hanenkam te verbergen, plantte mijn zonnebril op mijn neus en trok een dikke, lange winterjas aan.
Er werd nog eens aangebeld.
'Jaja, ik kom al.' mompelde ik in mezelf.
Ik draaide aan de vier sloten op de deur en trok ze open.
Voor me stond een knap meisje, van een jaar of 16, met rossig, goudblond haar en grote groene verbaasde ogen. De vriendelijk glimlach op haar gezicht verdween even, en kwam terug met een tikkeltje spot erin.
Natuurlijk, ik stond hier met een winterjas, muts en een zonnebril. In de lente!
Maar ik moest voorzichtig zijn, misschien was het inderdaad een fan en had ze ons naar hier gevolgd!
'Aangenaam, wie ben jij?' vroeg ik vriendelijk, maar toch stond ik elk moment klaar om de deur dicht te slaan.
'Euhm, hallo; ik ben Abigail en ik kwam jullie eigenlijk om een gunst vragen.' zei ze, alsof ze twijfelde aan mijn geestelijke gezondheid.
'Ok, wat is er?' vroeg ik een beetje onbeleefd. Ik schaamde me in mijn pak en had het enorm warm in die winterjas.
'Nou, ik vroeg me af of je me een paar eieren kon lenen, ik ben namelijk aan het bakken, zoals je wel kan zien.' zei ze en wees op haar kleren. Het viel me nu pas op dat ze onder de bloem zat. Ik haalde opgelucht adem, ze was geen geobsedeerde fan, geen paparazzi en ook geen overenthousiast buur.
Ik glimlachte, deze keer beleefd.
'Natuurlijk, kom maar even binnen.' zei ik en hield de deur verder open, zodat ze kon binnenkomen.
'Euhm, ok dan.' Aarzelend liep ze naar de woonkamer.


Abigail Pov.
Goeie god, waar was ik nu terechtgekomen?
Er was duidelijk iets mis met deze persoon. Wie liep er nu, in huis; met een winterjas, een muts én een zonnebril; rond? En dan was het ook nog eens lente.
Zachtjes schudde ik mijn hoofd. Zodra ik de eieren heb, ben ik hier zo snel mogelijk weg!
De man kwam terug met een eierdoos, ongemakkelijk stappend. Hij voelde zich duidelijk ook niet goed in die kleren van hem, waarom deed hij ze dan niet gewoon uit?
'Hier, de doos is nog vol.' zei hij, en stak me de eieren toe.
'Zoveel zal ik er niet nodig hebben hoor.' Ik pakte de doos aan.
De man haalde zijn schouders op en glimlachte.
'Dan breng je ze straks maar terug, hé!'
Ik kreeg kippenvel bij de gedachte dat ik hier straks wéér naartoe moest komen.
Ik klemde de eierdoos tegen me aan. Mijn plan om snel weg te rennen zou niet alleen idioot zijn, maar waarschijnlijk deze man hier ook kwetsen. Hij was tenslotte vriendelijk, ook al zag hij er heel raar uit.
'Zo, euhm, hoe ken je Ruben eigenlijk?' vroeg hij, waarschijnlijk om de ongemakkelijke stilte te verbreken.
Ik haalde mijn wenkbrauwen op.
'Hij was mijn buur...' zei ik, dat was toch overduidelijk?
'Oh, en hij leende je ook soms eieren?'
Even vertrok ik mijn gezicht en keek de man aan, hij glimlachte.
Ik giechelde met de rare situatie.
'Eigenlijk wel.'
Hij grijnsde en keek de andere kant uit.
Ik stond op.
'Ik denk dat ik maar eens terug naar huis ga'
Hij liep met me mee naar de deur en ik ging snel naar buiten. Ik keek even achter me en zag dat de man zwaaide, verbaasd zwaaide ik terug. Hij zag er eng uit, maar was best wel vriendelijk. Tevreden liep ik terug naar huis.

Reageer (4)

  • lienerd

    Weiter!
    xxx

    1 decennium geleden
  • FullyAlive

    super meid :]
    snelverdeer!<3'

    1 decennium geleden
  • McInsane

    in de zomer met een winterjas en muts k kan me voorstellen dat se dat raar vindxD
    snel verderxD
    -xo-

    1 decennium geleden
  • Belgravia

    -lacht-

    En Womsel zit nog steeds in zijn nest...-waar ik stiekem wil bij kruipen- ...


    Snel verder :-P!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen