Hoofdstuk 38
BOEM!!!!! Een knal loste op in een dof geluid... En een piep in mijn oor wat ervoor zorgde dat ik tijdelijks niets kon horen.
Was dit een grapje van iemand ofzo? Precies terwijl ik wat wilde zeggen?
Het huis scheurde in tientallen slierten. om mij heen. En ik bleef ingedoken liggen. Ik voelde sommige delen van het huis langs me heen schuren. En toen. Niks...
Geen geluid, geen gevoel, stilte. Intense stilte. Wat is er gebeurd? Ik keek op, het eerste wat ik zag was licht. De zon dat vol in mijn ogen scheen.
Het licht was feller dan ik me kon herinneren. Aarzelend bracht ik m'n klauw naar de plek boven m'n ogen om ze af te schermen tegen het oogverblindende licht.
'Rho? Yandri? Delayla?' tierde ik, een beetje bang.
Ik hoorde iemand - of iets - kreunen.
Het licht was nog steeds fel. Ik kon niet zien waar ik naartoe ging. Maar zo moeilijk was het niet; het gekreun werd steeds luider.
Eenmaal wat dichterbij het gekreun te komen was het stil.
Waarom zou het gekreun ophouden? Was hij of zij bewusteloos? Ik wilde niet echt bij die gedachte na denken.
'Hallo?' Ik wachtte weer op antwoord maar hoorde niks...
In eens voelde ik wat enorm steken in m'n borst en voelde wat warms ervandaan lopen. Pijn... Steek van pijn op die plek...
'Nu heb ik je!' Hoorde ik een stem schreeuwen...
Ik zakte door mijn benen en viel met een harde klap op de grond. Ik duizelde. Wie was dit? Wie deed me dit aan? Zijn stem had me niet bekend in de oren geklonken, maar hoe kon hij me haten als hij me niet eens kende?
Ik liet gekreun horen, de man lachte. 'En nu gaan we er voor eens en voor al een eind aan maken! Een einde aan jouw!’
Er zijn nog geen reacties.