151.
Versteld van zijn woorden staarde ik hem aan. Ik zag mezelf al naar het altaar lopen in de mooiste jurk. Ik moest aan vroeger denken, de haat die we voor elkaar hadden, die zelfde haat die in liefde veranderd is. Liefde en haat liggen dicht bij elkaar, maar ik wist niet dat het zo dicht bij elkaar lag. ‘Hoeveel ruimte hebben we nodig dan?’ Vragend keek ik hem aan. ‘Ik stel voor dat je gewoon gaat werken of iets doen. En dat we allebei ons eigen ding doen?’ Ik knikte, maar begreep hem niet. Ik had toch een baan? Optreden was mijn baan. Ik liep weg en ging maar wat achter internet. Niet veel later belde Christina. Ze ging een weekje met Bill weg, Parijs.
Bill point of view
‘Mag ik binnen komen?’ Ik hoorde geklop. ‘Natuurlijk’ Ik zag Audrey staan en ze zakte door haar benen naast mij. ‘Je gaat een week weg hoorde ik?’ Ik knikte en keek haar twijfelend aan. ‘Ik ga je missen maatje.’ Ik knikte en knuffelde haar even. ‘Gaat het nu weer goed tussen jou en Tom..?’ Ze knikte. Ik wist dat ze haar zelf en mij zou voorliegen door te zeggen dat het goed gaat. ‘Nou, eerlijk? Nee, maar dat komt wel.’ Ze was dus wel eerlijk. Mijn hand ruste op haar schouder. ‘Het komt goed, geef het wat tijd.’ Ze knikte even. ‘De vraag is of ik dat wel wil, Bill!’ Ik zag Tom bij de deurpost staan op dat moment. Ik wuifde dat hij weg moest gaan, het was te laat ze zag hem al. ‘Wil je niet verder?’ Tom stond inmiddels bijna in haar. Boze en verdrietige blikken wisselden zich af. ‘Ik weet het niet Tom!’ Misschien had ik het niet moeten vragen.
Audrey point of view
Mijn hart bonkte, niet van de liefde voor hem, maar van de adrenaline die ik had om tegenover hem te staan. Mijn hart te luchten, alles te luchten. ‘Eerst negeer je mij volkomen, dan wil je rust en dan moet ik gaan werken? Wat wil je nou?’ Alles kwam er uit en ik wist niet meer wat ik moest zeggen. Stiltes, de meeste gingen wel over maar deze niet. Hij schraapte zijn keel. Met een opgetrokken wenkbrauw keek ik hem aan. Veel zinnigs zou er niet uit voort komen. Ik houd van hem, maar ik weet het gewoon even niet meer. ‘Ik houd van je, echt waar.’ Hij onderbrak mij. ‘Je houdt niet zo van mij als dat je van Bill deed.’ Nu keken beide broers mijn kant op. Wat moest ik zeggen? Ik wist niet eens of dit klopt, in principe zijn ze allebei de zelfde persoon, alleen nét iets anders. Zou ik nog gevoelens voor Bill hebben?
Er zijn nog geen reacties.