{Hoofdstuk 4}
Vanuit de verte doemt het tolhuisje op. De schemering begint al langzaam op ons neer te dalen en ik spoor Luca en Since aan om nog even wat sneller te lopen. Gebukt schieten we het laatste stuk door het stevige gras. Ik ga op de wacht staan en hoor Since achter me het trappetje naar het huisje opklimmen. Snel zoekt ze in het huisje naar de sporen die er op duiden dat er mensen zijn of zijn geweest. Terwijl ze naar buiten loopt schudt ze haar hoofd. 'Geen sporen te vinden van mensen.' zegt ze en langzaam breekt er een glimlach door op haar gezicht. Dan haar ze een boog en een pijlenkoker achter haar rug vandaan. Luca slaakt een kreetje van blijdschap en klimt haastig de ladder op. Glimlachend volg ik hun beide weer naar binnen. De laatste stralen zonlicht piepen door de kiertjes tussen de gordijnen naar binnen. Ik volg Since naar het enige slaapvertrek. Een kist staat open tegen de muur. Een kleed hangt over de rand ervan en binnen in de kist is het een enorme bende. Er liggen verscheidene dolken en zwaarden en zelfs een bijl. Met veel eerbied pak ik het mooiste zwaard eruit. Het gevest is mooi versierd en ik laat mijn vingers erover glijden. In trance kijk ik ernaar, zo mooi vind ik het. Dan leg ik het zwaard even op een van de twee muffe bedden die in de ruimte staan en haal een schede uit de kist. Ik gesp hem vast aan mijn broek en steek dan het zwaard erin. Luca gespt op het zelfde moment een riem vast waar lussen aan zitten om meerdere dolken in te hangen. Samen neuzen we in de kast die aan de andere kant van de kamer staat. We halen er schone en warme kleding uit. We vinden zelfs 3 rugzakken en dekens genoeg om ons nachts warm te houden. Tevreden ploffen we neer op de stoelen bij de tafel. Met wat oud proviand dat we vinden in een keukenkastje onder de gootsteen bereiden we een waar feestmaal. Een warm haardvuur knettert in de haard en sluit de koude avond buiten. We laten ons lekker opwarmen voor de haard en bespreken hoe onze weg zal gaan. Dan doven we het vuur en maken van dekens en kussens een bed voor Luca de naast de nog na smeulende haard zal slapen. Dan lopen Since en ik naar de slaapkamer. Met een kom water die we boven het vuur gewarmd hebben en doeken maken we ons schoon en wassen onze kleding. We hangen onze kleding over stoelen en trekken schone kleding aan. Mijn zwaard leg ik onder mijn bed en Since doet hetzelfde met haar boog en pijlen. Het duurt niet lang voordat we slapen. De volgende ochtend worden we gewekt door Luca. Ze heeft al water opgewarmd en na een stevig en vooral warm ontbijt staan we bepakt met rugzakken, dekens, eten en wapens weer beneden aan de trap. Klaar om te gaan en ons avontuur te vervolgen. Waar het ons ook heen mag gaan leiden.
We nemen afscheid van de rivier en zorgen dat onze waterflessen goed gevuld zijn. Dan beginnen we de Hidwavelden door te steken op weg naar de grenzen van ons land. De geluiden van de Hidwarivier beginnen te vervagen en na een tijdje is het enige geluid dat je hoort en waar je gedachten door worden onderbroken het geluid van zingende vogels. We snellen voor wetende dat het nog zeker twee dagen zal duren voordat we de grenzen van ons land zullen bereiken. Opeens houdt Since voor me halt en ik bots tegen haar op. We vallen op het gras en ik kijk haar vragend aan. 'Is er iets Since?' Ze knikt en moet glimlachen. 'Ja ik bedacht me opeens iets wat ik jullie was vergeten te vertellen. Dan haalt ze haar rugzak van haar rug en haalt daaruit een kaart. 'Deze kaart geeft het grootste deel van onze planeet weer. Ik heb hem gevonden in de kist samen met alle wapens onder een deken. Maar ik was het vergeten te vertellen.' Zorgvuldig stopt ze hem weer in haar tas. Ik geef haar een schouderklopje. 'Goed werk Since, dit zal ons een heel eind op weg helpen.' Ik sta op en klop mijn knieën af. Dan lopen we verder tot de zon weer ondergaat. Maar we voelen ons lichter en verblijd door het goede nieuws en onze nieuwe wapens en kleding.
Reageer (3)
Zeer duivels
9 jaar geledenhallelujah!! haaaaaaallelujaaaaaaah!!!!!
9 jaar geledenAWESOMESAUCENESS
9 jaar geleden