- 15 -
Op 23 december werd Percy wakker doordat er een klein monster op zijn bed sprong en iets riep over sneeuw en Kerst en dat hij veel te traag was. Hij bleek inderdaad te traag te zijn, want tegen de tijd dat hij een minuut later uit bed rolde, stonden Molly en Lucy in pyjama bij een open raam in de keuken en probeerden zo ver uit het raam te hangen dat ze de besneeuwde grond konden aanraken. Hij sloot het raam voordat het hele huis de temperatuur van een koelkast zou hebben en stuurde de twee avonturiers naar hun kamers, met de opdracht zich eerst aan te kleden.
Toen Molly en Lucy eindelijk naar buiten raceten, ieder met een stuk toast in hun buik en veilig verpakt in tenminste drie lagen kleding, stond Percy nog steeds in zijn badjas. Hij bleef even bij de voordeur staan en keek toe hoe zijn kinderen de tuin en het stukje stoep voor het huis onveilig maakten. Zelf was hij echter dringend toe aan koffie, dus hij hoopte maar dat ze voldoende verstand zouden hebben om geen sneeuwballen te gooien naar grote honden van willekeurige voorbijgangers.
Hij maakte het zich net comfortabel met een stomende kop koffie en een oude Daily Prophet, toen hij opeens gegil hoorde. Hij was zo snel bij de voordeur dat hij niet eens door had dat hij zijn koffiekop nog vast had. De scène die hem opwachtte was iets anders dan hij had verwacht.
“Je krijgt ons toch niet!” riep Molly, terwijl Lucy rondjes leek te sprinten om de eenzame struik die midden op het gras stond, op zoek naar de beste kant om zich erachter te verstoppen. Op de stoep, aan de andere kant van het halve meter hoge tuinhekje, stond Oliver, met een sneeuwbal in de aanslag. Hij liet zijn arm zakken toen hij Percy zag.
Lucy greep haar kans en sprintte naar Percy toe om zich giechelend achter hem verstoppen. “Papa, meester Ollie is hier,” meldde ze overbodig. “En hij gooit sneeuwballen!”
“Alleen omdat jij zijn sjaal hebt gestolen,” zei Molly, alsof ze bang was dat Percy boos zou zijn op Oliver.
“Die hadden we nodig voor de sneeuwpop! Dat zei je zelf.”
Nu ze het er zo luidkeels over hadden, zag Percy inderdaad een grote ophoping sneeuw vlak voor het raam, met daarnaast op de grond een vormeloos stuk wol in het marineblauw en goud van Puddlemere United.
Oliver was wat dichterbij gekomen in de tijd dat Percy verbijsterd had staan staren. “Goedemorgen,” zei hij, met een schaapachtige glimlach. “Sorry voor het geluid.”
Percy trok zijn dunne badjas wat strakker om zich heen, zich er pijnlijk van bewust dat hij net een half uur wakker was en er waarschijnlijk belachelijk uitzag. Dat Oliver er ondanks de kou net zo stralend als altijd bij liep, hielp niet bepaald. Het leek alsof hij immuun was tegen het hebben van een rode neus of droge lippen.
Percy kwam er te laat achter dat het waarschijnlijk beter zou zijn niet in detail stil te staan bij hoe Olivers lippen er uitzagen.
“Goedemorgen,” bracht hij uiteindelijk uit, toen hij weer besefte dat iedereen nog steeds op een woord van hem wachtte. “Wat brengt jou hier?”
Nog steeds met die glimlach trok Oliver iets uit zijn jaszak. Het was een knalgele envelop. “Ik ben dit jaar een beetje laat met het rondsturen van kerstkaartjes.”
Percy nam het kaartje van hem aan. Het was niet eerlijk hoe gemakkelijk Oliver zijn tong in een knoop kon leggen. Figuurlijk, dan. “Dankje. Dat had echt niet gehoeven.”
Oliver haalde zijn schouders op. “Ik ben een basisschoolleraar. Iedereen weet dat wij veel te veel vrije tijd hebben.”
“Ik voel me schuldig. Wij hebben dit jaar helemaal geen kaartjes verstuurd,” gaf Percy toe. “Jij komt ze nota bene persoonlijk langsbrengen.”
“Alleen bij bepaalde mensen. Het postkantoor had een tekort aan uilen.”
Lucy, wiens aanwezigheid Percy bijna was vergeten, trok aan Percy’s mouw. “Mag meester weer blijven eten?”
“Het is pas half negen ’s ochtends,” merkte Percy op.
“Dat maakt niet uit.”
“Ja!” stemde Molly enthousiast in, die weer met de sneeuwpop bezig was gegaan, maar blijkbaar wel met een half oor had meegeluisterd. “Je zei dat je pannenkoeken zou maken vandaag, papa. Papa’s pannenkoeken zijn geweldig. Nog veel beter dan die op Hogwarts.”
Dat laatste was aan Oliver gericht, wiens zachte lach witte wolkjes veroorzaakte. “Ik heb de pannenkoeken van je vader al eens mogen proeven en ze zijn inderdaad heerlijk. Helaas heb ik vandaag geen tijd. Ik vier een vroege Kerst met wat vrienden.”
“Oké,” zei Lucy, “maar dan houden we je sjaal.”
Percy zuchtte. “Lucy.”
“Nee, het is al goed. Houd de sjaal. Ieder huis kan wel een beetje Puddlemere trots gebruiken.”
Percy slikte het heel, heel stomme antwoord dat op het puntje van zijn tong lag weer in. Geflirt zou niet helpen bij het bewaren van afstand. “Dankje,” zei hij dus opnieuw, want blijkbaar had hij alleen maar stomme antwoorden klaarliggen.
Olivers glimlach maakte Percy zo warm dat hij bijna vergat dat hij al vijf minuten in de deuropening stond in pyjama en badjas, met een inmiddels ijskoude kop koffie in zijn hand. “Geen probleem,” zei hij, en hij scheen het nog te menen ook. Ironisch genoeg was dat juist een groot deel van Percy’s groeiende probleem.
Reageer (6)
Wacht, i khe been oplossing, maak van deze zin gewoon:
9 jaar geleden“Je zei dat je pannenkoeken zou maken vandaag, papa. Papa’s pannenkoeken zijn geweldig. Nog veel beter dan die op Hogwarts.”
Dat laatste was aan Oliver gericht, wiens zachte lach witte wolkjes veroorzaakte. “Ik heb nooit op Hogwarts gezeten, dus ik kan niet vergelijken, maar de pannenkoeken van je vader zijn inderdaad heerlijk."
En dan laat je het deeltje van een kerstfeestje ergens anders gewoon weg en blijft Olliver bij hen! :')
Aaaahwwww
9 jaar geledenZe zijn zoooo lief samen
Ik wil wel een klacht indienen trouwens, basisschoolleraren hebben NIET te veel tijd, geloof mij maar
Xx
Aaaahwwww
9 jaar geledenZe zijn zoooo lief samen
Ik wil wel een klacht indienen trouwens, basisschoolleraren hebben NIET te veel tijd, geloof mij maar
Xx
Awww
9 jaar geledenIk zit nu met een grote glimlach naar het scherm te staren :')
En toen moest Oliver nog een keer langskomen om zijn sjaal weer op te halen. Of komt Percy hem brengen?
Ik ben het trouwens geheel met Wiarda's suggestie om Welsey met de kaart te laten knoeien eens
Bewaren van afstand? Alsjeblieft zeg, Perce. Oliver staat letterlijk om half negen op de stoep om persoonlijk een kerstkaart te komen brengen en ik durf te wedden dat hij echt niet alle ouders van zijn leerlingen afgaat, ook niet met behulp van uilenpost.
9 jaar geledenHa, wie weet heeft Wesley achter de schermen nog een beetje gerommeld en heeft hij Olivers onschuldige kerstkaartje omgeruild voor een exemplaar met een uitnodiging voor een gezellig etentje voor twee, met een kerstboom op de voorkant als vermomming.Overigens even een dikke thumbs up voor alle beschrijvingen van Oliver in dit hoofdstuk, want echt bijna ieder beeld is gefocust op zijn mond, zelfs als het woord zelf er niet letterlijk staat ("Dat laatste was aan Oliver gericht, wiens zachte lach witte wolkjes veroorzaakte."). Ik wil niet veel zeggen, Perce, maar erg subtiel is het niet meer. :'D