Proloog
'Ga, je hoort bij je eigen volk,' zeg ik tegen hem. Zijn ogen tonen een verdriet dat ik niet kan plaatsen. Hij doet een stap dichterbij en ik voelde ogen in mijn rug branden.
'Ik wil blijven. Ik voel dat ik moet blijven, Sigrid,' fluisterde hij tegen mij en ik weet ook wel dat ik harteloos overkom, maar ik voel een verdriet dat ik niet plaatsen kan. Zoveel doden waren er gevallen, ik had het gevoel alsof elk teken van geluk ons ontnomen was. We moesten rouw tonen, uit respect voor de doden.
Alles begon te dwalen, en duisternis ving me, greep zich om mij heen.
'Je zult alleen maar verdriet en wanhoop vinden bij mij.' Ik wist niet meer tegen wie ik het had en alles werd vaag en koud. Een stem. Een stem hoorde ik in de verte. Het fluisterde mijn naam, zoals ik hem nog nooit gehoord had. Alles om mij heen draaide en draaide rond, totdat ik ontwaakte uit een rusteloze slaap.
'Sigrid? Ben je oké?' Het was mijn zusje Tilda die bij me op bed zat. Ze keek bezorgd en ze zat nog in haar nachtkleren. Hoe laat was het? Ik ging overeind zitten en staarde naar de duisternis.
'Ja, het was maar een droom, Tilda. Het was maar een droom.'
Reageer (3)
super snel verder Xx
9 jaar geledenOehhh. Je schrijft echt goed. Echt
9 jaar geledenBen zo nieuwsgierig wat je hiervan gaat maken
Sorry trouwens dat ik pas zo laat reageer/lees. Had een aantal pagina's vol met hoofdstukjes dat ik nog moest lezen -.-"
Dus ook een korte nutteloze reactie omdat ik m verder af moet gaan werken xp
leuk ben benieuwt hoe het verder gaat
9 jaar geleden