Nummer 1
Robin rent richting het oude groep 8. Het gerucht is waar, denkt ze. Een oude man zit in een hoekje verscholen en heeft niets te eten. Robin heeft nog een paar boterhammen in haar tas, die ze niet had op gegeten. Ze geeft ze aan de man. Hij glimlacht en bedankt haar. ‘Iedereen verdiend genoeg voedsel om van te eten.’ Zegt Robin. ‘Wat lief.’ Zegt Anakin en pakt haar beet. Robin rukt zich los en duwt hem opzij. Dan rent weg. Anakin rent achter haar aan. Hij heeft zijn mannen opgeroepen, denkt Robin als ze buiten is. Er staan tientallen troepen voor de ingang. ‘Vals speler! En hij noemt zich een Rebel!’
‘Ik ben er weer.’
‘’t Was gezellig, maar dan ga ik weer.’ Robin springt het dak op. Vervolgens ontwijkt ze een aantal verdovings schoten van de mannen.
‘Wat een eigenwijs meisje.’ Anakin lacht en gaat haar achterna. Robin springt het dak af en landt vervolgens op de grond. Anakin stopt aan het eind van het dak. Robin rent een steegje in. Ze struikelt over een paar zakken afval. Robin laat het er niet bij zitten en rent een tuin in. Ze hoort Anakin zijn mannen roepen; ‘Kom mee, ze is daar. Of ergens anders, maar waarschijnlijk daar.’ Robin kijkt omhoog. Een enorme klimplant hangt tot de goot van het dak van een huis. Ze zoekt naar hou vast. Dan vindt ze het en klimt naar boven. Onderweg prikken dorens in haar handen. Robin klimt door. Anakin springt van het dak van de oude school, in een keer naar het dak van het huis waar Robin intussen aan het dakgoot hangt. Ze zet haar voeten tegen de muur van het huis. Haar handen zitten onder het bloed. Ze zet zich af en laat het dakgoot los. Door een simpele beweging, belandt ze op het dak van het huis. Anakin klimt ook via de rozenstruik omhoog. Robin staat schoten te ontwijken van zijn mannen.
‘Hé, ga mee!’ Roept Anakin.
‘Nee, het is vakantie, ik ga niet weg uit Zandvoort. Het is hier prima!’
‘Toch ga je mee.’ Anakin loopt op haar af. Robin beukt hem het dak af. De soldaten stoppen met schieten. Robin haalt haar schouders op en springt het dak af. Het maakt haar niet uit of iemand pijn heeft, ze weet zelf weet ze niet wat pijn is. Ook al kreeg ze vroeger van haar opa, Bobby Wasabi, les in karate, ze voelt het niet. Dat geld hetzelfde voor vuur, daar voelt ze ook niets van als ze er doorheen stapt. Robin loopt naar huis. Ze gaat op de bank zitten en zegt tegen haar tante naast haar:
‘Die …uh… weet ik veel wat het is, wilde me meenemen!’ ‘Als je nu eens meegaat? Misschien is het makelijker om dat gewoon te doen.’ Stelt tante voor.
‘Misschien, misschien ook niet.’
‘Wat heb je gedaan?’
‘Ik heb hem alleen maar van het dak gebeukt. Dat is alles. Het is toch niet zo erg?’
‘Jij moet je leren beter te gedragen, jongedame.’
‘U kunt me niets bevelen, dat doet u maar lekker bij uw eigen volk. Op Mandalor!’ Robin staat op en loopt naar haar kamer.
‘Nu moet jij eens heelgouw hier komen!’ Roept tante van beneden.
‘Nee!’ Tante loopt de trap op naar boven. Robin zit met een woedend gezicht op haar bed. Haar armen over elkaar geklemd. Ze heeft de oortjes in en haar muziek van haar mp4 hard aan.
‘Het maakt me niets uit, ik weet het geheim toch al!’ Zegt ze. Tante gaat naast haar op het bed zitten en haalt de oortjes uit Robin’s oren. ‘Het spijt me. Ik moet me meer beheersen.’ Verontschuldigt tante.
‘Dat maakt me niets uit.’
‘Het spijt me zo, van alles.’
‘Moet me dat iets boeien? Mijn moeder werkt bij de doden wacht, mijn vader schijnt een leeuw te zijn. Ik heb negen broers, die ik niet eens ken. Ik kan die namen nog niet eens onthouden.’
‘Daarom spijt het me ook zo. Ik wou het goedmaken, door Anakin hier heen te halen.’ ‘Ik heb hem van het dak afgebeukt. Zo blij hoeft ie ook niet me te zijn.’ Anakin komt binnen. ‘Hey, dat maakt niets uit. Ik krijg wel eens hardere klappen. Maar die van jou was echt hard.’ Zegt hij. Robin trekt een brede glimlach.
‘Sorry, maar ik kan nog harder. Misschien wel door drie muren.’
‘Weet je, ook al ken jij niet al je broers, zij kennen jou wel.’
‘Hoe?’
’We waren allemaal bij je geboorte.’
‘We? Betekend die ‘we’ dat jij ook een van m’n broers bent?’
Anakin knikt. ‘Wat ruik ik?’
‘Robin, je moet echt een keer douchen.’ Zegt tante.
‘Ja, doei. Ik ga niet douchen.’ Sputtert Robin tegen.
‘En nee, dat komt niet omdat je negen broers hebt.’ Zegt Anakin.
‘Oké.’
‘Speel eens een stukje op je piano.’ Stelt tante voor.
‘Waarom?’
‘Omdat je dat zo goed kunt.’ Robin staat op en gaat achter haar piano zitten.
‘Wat wilt u horen?’ ‘Doe maar Brunold Mers, of hoe je hem ook noemt.’
‘U bedoeld Bruno Mars.’ Robin knakt haar vingers.
‘Wil je dat niet doen?’
‘Zeur. Bruno Mars heeft zoveel nummers, welke wilt u horen?’
‘Kies jij maar.’
‘Oké, ik ken er maar een paar. Qua woorden.’
‘Speel gewoon een stuk uit een lied.’ Zegt Anakin geïrriteerd.
‘Ben jij de rijkste persoon hier?’
‘Nee, dat is Hertogin Satien.’
Tante barst in lachen uit. ‘Jij denkt dat ik de rijkste van de familie ben? Sorry, dat is toch echt Robin.’
‘Hoeveel heb je?’ Vraagt Anakin. Hij staat er maar beteuterd bij.
‘Meer als de rijkste familie in het gehele universum.’ Antwoord Robin trots.
‘Wat doe je met al dat geld? Shoppen?’
‘Da’s pure geld verspilling. Ik besteed het niet, dat heet investeren.’
‘Je bent het eerste meisje dat ik ken, die winkelen haat. Ga je nu mee?’
‘Best.’ Robin slaat een zucht.
‘Je bent ook het eigenwijste meisje dat ik ken.’ Anakin loopt de trap af. Robin gaat achter hem aan.
‘Nou Harry, bedankt. Jij bent gewoon stom. Dat zijn trouwens alle jongens.’
‘Dat weet je zeker?’
‘Nu wel.’ Robin loopt de deur uit. Anakin geeft tante een kus en loopt Robin achterna. ‘Vrijheid!’ Roept ze luid en rent weg. Anakin buigt zijn hooft, zet zijn comlink aan en vraagt de kapitein om te komen zoeken.
‘Is ze weer ontsnapt?!’ Vraagt hij verbaasd.
‘Inderdaad.’ Antwoord Anakin.
‘We komen eraan.’ Anakin sluit de comlink af. Hij gaat Robin achterna. Hij is normaal dol op dit soort spelletjes, maar nu is hij wel klaar met Robin. Wat kan zij irriterend overkomen.
Door de hoge bomen van het bos, is het lekker koel. Gelukkig heb ik donkere kleding aan, denkt Robin. Ze klimt een boom in. ‘Daar is ze!’ Wordt er geroepen. Robin ontwijkt een schot. ‘Niet schieten! Ze kan vallen!’ Verweert Anakin.
‘Ik ben dol op vallen!’ Roept Robin.
‘Je zou meegaan zonder moeite!’
‘Sorry, ik haat het woord “zonder”, maar toch haat ik winkelen meer.’
‘Dat maakt me geen ene reet uit.’
‘Achter je!’ Anakin draait zich om. Robin klimt razend snel verder. Boven in de boom, kruist ze haar vingers en doet haar ogen dicht. Dit truckje heeft ze een paar dagen eerder ontdenkt. Ze vindt trouwens steeds krachten, die diep in haar verscholen zitten, zonder dat ze het weet. Robin doet haar ogen open en kijkt naar haar handen. Gelukt! Ik wordt er steeds beter in, denkt ze. Robin springt de boom uit. Met een plof belandt ze op de grond. ‘Wat was dat?’ Vraagt Anakin. ‘Het kwam daar vandaan, sir.’ Zegt de kapitein. Robin wordt zichtbaar en rent weg.
‘Dat was “het” dus.’ Verklaart Anakin. Robin maakt een slijding en glijdt een struikje in. Ze komt terecht in een tunnel, waar ze nog even doorglijdt.
‘Uw zusje is goed in slijdingen maken.’ Complimenteert de kapitein. ‘En in vluchten.’ Vult een andere soldaat aan. Anakin loopt naar het struikje, waaronder ze is verdwenen. Hij schuift het aan de kant. ‘O, een geheim plekje.’ Verklaart hij en springt erin. Gevolgd door zijn soldaten.
‘Robin…’
-Geen antwoord.
‘Robin, kom tevoorschijn.’ Robin loopt de trap af.
‘Is er iets?’
‘Alsof je alles al vergeten bent.’
‘Wat vergeten?’
‘Kom mee. Je wint toch nooit.’
‘Winnen? Waarmee?’ Het is even stil. Dan zegt Anakin: ‘Mooie vlag.’ Hij wijst naar de vlag van Nederland aan de muur. Robin houdt haar mond even en zegt dan: ‘Ik moet je iets laten zien.’ Ze loopt de trap weer op. Via een lange gang, met veel kamers, komen ze bij een brede en hoge deur.
‘Hoe heb je dit in hemelsnaam geheim kunnen houden?’ Vraagt Anakin.
‘Alsof ik dat moet uitleggen.’ Anakin schudt zijn hooft. Robin opent de enorme deur. In het midden van de kamer, staat een beeld. Het is een hart met twee zwaarden.
‘Weet je wat dit beeld betekend?’ Vraagt Robin.
‘Vrede en oorlog. Vrijheid en pijn.’ Antwoord Anakin terwijl hij om het beeld heen loopt. Robin begrijpt het niet. ‘Hoelang staat dit beeld er al?’
‘Toen ik hier voor het eerst kwam, stond het er al. Ik heb er nooit echt bij stil gestaan.’
‘Wanneer kwam je hier voor het eerst?’
‘Toen ik net 8 was.’
‘Was dit al eerder zo mooi?’
Robin knikt. ‘Altijd al.’
‘Het is een wonder om dit beeld in het echt te zien.’ Zegt de kapitein.
‘Hoezo?’
‘Dit beeld is al eeuwen zoek.’
‘Door wie wordt het al eeuwen gezocht?’
‘Door de Jedi Tempel.’ Antwoord Anakin.
‘Begrijp ik niet veel van.’
‘Waarom doe je al die gevaarlijke stunts eigenlijk?’ Vraagt een van de soldaten.
‘Yolo.’
‘En dat betekend?’
‘You only lives once.’
‘Daar heb je een punt.’
‘En anders; ik hou van gevaarlijke situaties.’
‘Dat kan ook nog.’
‘Heb je een foto van deze ruimte, toen je hier voor het eerst kwam?’ Vraagt Anakin. Robin pakt haar mobiel en zoekt de foto op. Vervolgens laat ze hem zien.
‘Precies hetzelfde als nu.’ Merkt Anakin op. De kamer is vol gegroeid met planten. Overal staan oude zuilen, met een gezicht van een god. Anubis en Isis, uit Egypte. Zeus, Apollo en Iris, uit Griekenland. Jupiter, Mars, Pluto en Venus, uit Rome. Boeddha, van het Boeddhisme. En het kruis met Jezus Christus, van het Christelijke geloof. Robin vond het altijd fijn om op school over hem te horen. Toch is ze niet gelovig. Haar gedachten drijven weg, doordat Anakin haar beet pakt.
‘Nu heb ik je.’
‘Alsof me dat zoveel uitmaakt.’ Anakin neemt haar mee. ‘Waar is de uitgang?’ Vraagt hij dan. Robin wijst naar boven.
‘En hoe komen we daar?’ Robin knipt met haar vinger. Er verschijnt een wentel trap. Anakin duwt Robin voort. Ze loopt zonder tegen stribbelen mee. ’t Was leuk zolang het duurde, denkt ze.
Er zijn nog geen reacties.