04
Yoora leidt ons naar binnen en tot mijn verbazing is het heerlijk warm in de boekenwinkel.
Ik snuif de geur van oude boeken op en ik heb even een moment van rust. “Ik heb geen bed voor jullie, dus zoek maar een geschikt plekje op de grond.” zegt Yoora terwijl ze de trap oploopt “Ik breng jullie zo iets te eten en te drinken.”. Ik kijk even rond. Overal om me heen staan boekenkasten vol met boeken die ik nog nooit heb gezien. En dat is nog niet eens alles, ook op de grond liggen overal boeken in stapels. De toonbank is bijna niet te zien door het grote aantal boeken dat het verbergt. Soo ploft neer en leunt tegen een van de boekenkasten aan. Hij klopt met zijn hand op de lege grond naast hem, “Kom zitten, je hebt een lange dag achter de rug.” zegt hij. Ik knik en ga naast hem zitten, maar niet zo dicht bij als hij wilde.
“Waarom heb je ons hier naartoe gebracht?” vraag ik hem. Soo haalt zijn schouders op,
“Ik ken veel mensen die ons zouden kunnen helpen, maar ik vind het hier prettig.” legt hij uit, terwijl hij een boek uit de stapel voor hem vist. “Waarom is Yoora dan zo pissig op je?”
“Oh, ik heb een keer een boek van haar gejat, misschien wel twee keer, of drie.” Soo bladert terloops door het oude boek.
Ik wend mijn gezicht van hem af. Nog steeds weet ik helemaal niks over mijn buurjongen. Maar mijn grootste vraag is: waarom is hij met mij meegekomen. Waarom laat hij alles achter voor mij? Onmerkbaar schud ik mijn hoofd, misschien had hij wel niks om achter te laten en was hij in voor een beetje avontuur. Net wanneer ik het hem wil gaan vragen komt Yoora weer naar beneden. In haar handen heeft ze een bontgekleurd dienblad met twee koppen soep en een theepot met drie glazen. Ze zet het voor ons neer en wanneer haar handen weer leeg zijn grist ze het boek uit Soo’s handen, “Wat zei ik nou?” sist ze. Soo snuift de geur van de soep op, “Dat ruikt heerlijk, Yoora, zoals altijd.” zegt hij. “Ja ja, houd je praatjes maar voor jezelf.” zegt ze en ze wend zich tot mij “Nu, vertel mij eens wat er nou precies gebeurd is.”.
Ik pak een kop soep en neem een hap. De warme vloeistof voelt heerlijk in mijn buik en ik leun ontspannen tegen de boekenkast aan, dan vertel ik haar het hele verhaal. Ik vertel over mijn Christelijke achtergrond en over de inval. Ik vertel haar dat iemand ons allemaal heeft verraden, behalve mij. En ik vertel haar over hoe we hier terecht zijn gekomen.
Wanneer ik klaar ben kijkt Yoora me vol medelijden aan, “Dat is verschrikkelijk.” zegt ze en ik zie tranen in haar ogen staan. Het verbaast me hoe betrokken ze is. “Yoora heeft ook haar familie verloren…” verklaart Soo met een schorre stem. Yoora knikt, “Mijn vader handelde in verboden boeken, en hij is opgepakt, samen met de rest van mijn familie. Ik heb kunnen vluchten en toen heb ik mijn identiteit veranderd.” een klein lachje verschijnt op haar gezicht “En natuurlijk heb ik mijn vaders voorbeeld gevolgd.”. Ze wenkt ons en ik sta twijfelend op. “Kom op, dit ga je gaaf vinden!” zegt Soo enthousiast. Ik volg hem en Yoora naar een trap die naar beneden leidt. Wanneer we allemaal beneden staan knipt Yoora een lichtje aan die een grote ruimte vol boeken verlicht. Maar dit zijn geen saaie, verplichte boeken. Dit zijn boeken van over de hele wereld. Boeken die de waarheid vertellen. Een klein kreetje verlaat mijn lippen wanneer ik met mijn vingers langs de boeken glijd. “Dit is…” ik aarzel even voordat ik het goede woord kan vinden “Majestueus.” zeg ik dan. Soo grijnst zijn witte tanden bloot, “Ik zei toch dat je het gaaf zou vinden.”. “Hoe kom je hier aan?” fluister ik, diep onder de indruk. “Ik heb zo mijn connecties.” zegt Yoora met een glinstering in haar ogen. Mijn oog valt op een kleurrijk dik boek. Wanneer ik het uit de kast pak zie ik dat het niet van zichzelf kleurrijk is, maar dat iemand het vol heeft getekend met kleurpotloden.
“Schetsboek”
Staat er in grote letters op. Ik sla het boek op een willekeurige plek open en mijn ogen worden groot. Op beide bladzijdes is een prachtig landschap getekend. Roze kersenbloembomen bedekken groene bergen. En in het dal is een prachtig dorpje getekend met donkerrode huizen. Als ik mijn ogen samen knijp zie ik mensen in kleurige kleding. Ze zijn aan het lezen, ze verkopen spullen bij een kraampje of ze spelen met hun hond. “Mooi hé?” Yoora legt een hand op mijn schouder wanneer ze ziet wat ik aan het lezen ben. “Ik ben sprakeloos” zeg ik.
“Hou maar.” zegt Yoora “Niemand wil dat boek hebben, omdat het niet officieel is.”.
“Bedankt!” zeg ik dankbaar.
Met het boek in mijn handen loop ik terug naar de winkel zelf. Daar drinken we nog even thee en delen we onze interesse voor boeken. Dan slaat de grote klok die in een hoek van de winkel staat elf keer. Ik gaap. “Ik denk dat het tijd is om te gaan slapen voor jou, Dae.” grinnikt Yoora en zelf gaat ze weer naar boven. Ik pak een deken uit mijn rugtas. Ik voel het dagboek van mijn grootmoeder en pak het er ook uit. “Wat is dat?” vraagt Soo wanneer hij het boekje ziet. “Niet van jou.” mompel ik en ik sla het open op de eerste bladzijde:
“12 Augustus 1953
Zuid-Korea
Ik maak me zorgen. Chung-Hee is nog steeds niet thuisgekomen, terwijl alle troepen al weg uit Noord-Korea zijn. Ik heb besloten om hem te gaan zoeken, maar…”
Reageer (4)
Weer zo mooi geschreven! Dit moet wel een van de meest originele verhalen op quizlet zijn c:
9 jaar geledenTop!!~
9 jaar geledenMooi verhaal, interessante setting! Ik ben benieuwd naar de rest van je verhaal!
9 jaar geledenAlwéér een geweldig hoofdstuk, het begint een gewoonte te worden. Ook hoe je dit hoofdstuk eindigt, ik zit volledig aan mijn scherm geplakt, werkelijk waar. Je dwíngt me nu gewoon als het ware om het volgende hoofdstuk te lezen, maar dat is er nog niet!
9 jaar geledenShame on you!-- Nee grapje c;Ook heb ik zo'n donkerbruin vermoeden dat Soo hen heeft verraden, op Dae na, omdat hij van haar houdt en haar wilde sparen.. Nu wil ik het te weten komen, snel verder dus!