Foto bij A ranger/traitor 251

Het sneeuwt!!!

(Dus bij deze is iedereen gewaarschuwd, blijf maar beter uit de Skandische bergen weg. Helaas is Miko's vader er niet meer om jullie te komen redden.)

Miko stond een tijdlang naast Nowell, denkend aan alles wat hij gehoord had. Hij werd uit zijn gedachten opgeschrikt door een soldaat die door een zijdeur vlakbij binnen kwam lopen. Miko zag hoe hij de zaal rond keek om vervolgens rechtstreeks op koning Sean af te lopen, die nu zelf met zijn jongste dochtertje danste.
Miko ging hem achterna en aan de andere kant van de zaal was Halt eveneens in beweging gekomen. Sean merkte hun bewegingen op en manoeuvreerde onopvallend naar de zijkant van menigte. Het prinsesje aan de zorgen van haar moeder toevertrouwend.
“Wat is er?” vroeg Sean. De soldaat keek even ongemakkelijk naar Miko en Halt die naast Sean waren komen staan.
“Ik vertrouw hen volledig, zeg het maar.”
“Een van de gevangenen is ontsnapt”, zei de soldaat.
“Welke?” vroeg Halt.
“De nieuwe, die er nog maar net was.” Halts lippen vormden een resem vloeken die beter niet hardop werden uitgesproken.
“Van alle Skandiërs die we gevangengenomen hebben, ontsnapt net degene die weet hoe hij ongezien kan blijven. Kom mee Miko, dit is iets dat wij zullen moeten opknappen.”
“Ik kan Nolen samen met een paar mannen met jullie meesturen”, zei Sean terwijl hij gebaarde naar een forse kerel die een eindje verderop stond. Halt schudde zijn hoofd.
“Ik heb je verteld wie die jongen is. Als hij niet gevonden wil worden, dan zullen je mannen niet de minste glimp van hem op weten te vangen.” Sean knikte.
“Goed dan, gaan jullie hem dan achterna. Ik zoek in de tussentijd uit hoe hij er in hemelsnaam vandoor is kunnen gaan.” Halt knikte en haastte zich de zaal uit met Miko in zijn kielzog.
“Waar moeten we beginnen met zoeken?” vroeg Miko.
“Goede vraag, aangezien half Clonmel vandaag aanwezig was, valt er geen enkel bruikbaar spoor te vinden en we kunnen moeilijk aan iedereen vragen of ze een vijftienjarige jongen met donker haar gezien hebben, want zo zijn er hier honderden…” Halt slaakte een zucht. “We moeten de omgeving buiten de stad afzoeken op iets bruikbaars. Jij begint in het noorden, ik in het zuiden. We ontmoeten elkaar halverwege. Al betwijfel ik of we iets gaan vinden in het donker.”

Reageer (4)

  • Vega

    Hij had ook de meeste kans om te ontsnappen

    9 jaar geleden
  • Glorfindel

    Oh komaan! ik dacht dat hij gebeterd was!

    9 jaar geleden
  • SonOfGondor

    Nou, dat gaat lekker...

    9 jaar geleden
  • katl1

    Mag ik nu lachen? (A) Die nep-jager lijkt me op zich de kwaadste niet, hij is alleen 'verkeerd opgevoed'.
    SNEL VERDER

    9 jaar geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen