Chapter #029
Ik had een gesprek met Perkamentus gehad, echt een toffe vent. Hij begrijp me helemaal. Ik heb het zelfs met Patty uitgepraat, maar nog steeds haat ik die stomme trut.
Toen ik weer naar de lessen ging, staarde iedereen me aan. Ik was lang niet zo dapper als bij dat gevecht, ik had mijn ogen neergeslagen. Ik schaamde me dood.
Draco liep met me mee. Ik huilde.
'Wat heb je nu weer gedaan Malfidus?' Vroeg Malfidus? Zei Harry.
'Hou je bek, Potter. Ik heb niks gedaan.'
Harry stak zijn handen in de lucht. 'Oke, weet ik dat ook ik ga wel weg.'
'Ja, doe maar. Niemand mag jou met je domme hoofd.'
Toen kwam Hermelien naar voren. 'Durf je wel?' Vroeg ze.
'Ga weg, jij smerig modderbloedje!' Schreeuwde. Ik stootte Draco aan. 'Niet doen!' Riep ik.
Hermelien liep met grote passen weg. Ik wilde haar achterna lopen, maar ze duwde me weg. De verrader.
Ik keek Draco woest aan en ik liep weg naar de les. Draco bleef alleen achter.
Na de les zocht ik Hermelien op. Ze zat met Harr en Ron op de bank naar de brandende haard te kijken. Hermelien had tranen in haar ogen.
Ron draaide zich om en keek me aan. 'Kijk wat jou vriendje heeft gedaan!' Riep hij.
'Hij is mijn vriendje niet en ik heb er niks mee te maken wat Draco doet!' Riep ik.
'Niet je vriendje? Ik dahct dat je heb loepn tongen hier?'
Mijn mond viel open. 'Niet tongen, i-ik.' Zei ik beduusd. Ik keek naar Hermelien.
'Jij!' Riep ik. 'Ik dacht dat je mijn vriendin was!' Riep ik.
Er zijn nog geen reacties.