Ik hou van honden... nou ja, alleen de honden met maar 1 kop
Oke sorry mensen dat ik zolang niet heb geschreven maar het zit zo (jullie: *zucht* begin gewoon)
Ik ben een tijdje niet echt lekker geweest en ik voelde me te futloos om te schrijven, toen ik beter was dacht ik : "Hey, nu ga ik schrijven." Dus ik mijn laptop van boven halen, ga ik weer naar beneden maar halverwege de trap ga ik door mijn enkel (don't ask me how because idk) en toen haalde ik mijn hand open aan de muur (me so smart) dus kon ik weer te een tijdje niet/ heel langzaam schrijven. Hopelijk hebben jullie er begrip voor
Hope you'll enjoy
Ik zie aan Lyra haar blik dat als ze niet op 1 kilometer hoogte op een pegasus had gezeten ze Argus een mep had verkocht. Ik grinnik. 'Omdat jij de navigator hebt!' Roep ze uit. 'Oh ja.' Zegt Argus en hij vliegt/rijdt voor ons. Lyra roept nog 'Op naar tartarus!' En dan rijden we...AH, vliegen we de bergen tegemoet.
'Zeg Blue eyes, je bent toch niet meer boos op me he?' Vraagt Argus voorzichtig. Lyra grijnst. 'Tuurlijk niet.' Grinnikend kijk ik weer voor me, ik heb het gevoel dat het nog wel eens wat kan worden met die 2. Na een paar uur vliegen worden de pegasussen moe. 'Hey jongens, we moeten de pegasussen echt laten rusten.' Zeg ik bezorgd terwijl ik over Skyfall zijn bezwete vacht aai. Ik draai een pluk om mijn hand en we zetten de daling in. Als we veilig op de grond zijn voorzien we de pegasussen en onszelf van water. Ondertussen geeft Argus zijn motor/ scooter meer olie. Lyra en ik kijken elkaar grinnikend aan. Argus doet zo liefdevol tegen zijn scooter. 'Pas je op dat je niet verliefd word Argus.' Roep ik plagend. 'Jazz, je moet snappen dat je lief moet zijn tegen machines, anders werken ze toch niet.' Zegt hij sarcastisch. Ik schiet in de lach. Het voelt goed, we zijn lekker ontspannen. Lyra pakt haar dolk en werpmessen en bekijkt ze zorgvuldig. 'Ik weet het nog goed, dat je me deze een jaar geleden gaf.' Zegt ze dromerig. Ik schiet in de lach en bekijk Aletheia weer eens goed. De dolk is van goddelijk brons, Aletheia wat waarheid betekend. In mijn boog staat Atropes gegraveerd, dat betekend het lot. Dan horen we geritsel en ik span meteen mijn boog. Ook Lyra en Argus staan in een aanvalshouding. Gespannen wachten we af. Dan springt er een enorme hellehond uit de struiken en die duwt argus met een klap tegen een boom. Hij krabbelt verdooft weer overeind. Ik schiet mijn eerste pijl weg en die verdwijnt precies in de iris van zijn oog. Hij brult het uit van de pijn terwijl het bloed uit zijn oog gutst. Lyra werpt op topsnelheid haar werpsterren die zich 1 voor 1 in zijn flank boren. Ondertussen heb ik in 5 van zijn 6 ogen een pijl geschoten maar net als ik zijn laatste oog wil raken haalt hij uit met zijn klauw over mijn rug. Door de brandende pijn in mijn rug val ik op de grond. Dan deelt Argus de genade steek toe door zijn zwaard tot het heft in het hart van de hellehond te steken. De hond vergaat tot stof en onze pijlen, werpsterren en zwaard vallen op de grond. Lyra rent naar me toe. 'Gaat het?' Vraagt ze bezorgt. Ik kreun. Zover ik voel zijn de 4 sneeën niet zo heel diep. 'Pak mijn tas.' Zeg ik zacht. Argus komt aangerend met mijn tas. Met trillende handen zoek ik mijn kruiden en maak er een mengsel van. Daarna verbind ik snel mijn rug en trek mijn jas voorzichtig aan. Na wat Nectar en ambrozijn voel ik me al beter en de wonden beginnen te genezen. Met een pijnlijk gezicht sta ik op. 'Nou ons eerste monster hebben we gehad.' Zeg ik met een geforceerde glimlach.
We besluiten nog een stuk verder te lopen voor we ons kamp op slaan. Als we op een beschutte plek zijn slaan we ons kamp op. Argus maakt een vuur en Lyra maakt wat te eten. Ik zit maar tegen een rots. De aanval heeft meer van me gevraagd dan ik wil toegeven en mijn rug bonkt. Nadat we gegeten hebben staan Argus en Lyra erop dat zij de eerste wacht nemen. Ik wil protesteren maar ik voel dat het geen zin heeft. Ik nestel me onder de warme vleugel van Skyfall en als snel val ik in slaap. In mijn droom zie ik allemaal vage schimmen in het donker. Dan zie ik ons drieën langs een ravijn lopen. In het ravijn zie ik allemaal maaiende en grijpende armen en ik hoor ijzingwekkende gillen. Met een verstikte schreeuw word ik wakker. Mijn hart gaat als een gek tekeer. Ik adem een paar keer diep in en uit om mijn hartslag weer te kalmeren.
Als ik weer rustig ben probeer ik weer te slapen. Tevergeefs natuurlijk. Ik zucht gefrustreerd. Dan loop ik naar Argus en Lyra. 'Hey, 1 van jullie kan gaan slapen.' Meld ik. 'Ga jij maar.' Zegt Lyra tegen Argus. Hij haalt zijn schouders op en gaat liggen. Na een paar stille minuten word zijn ademhaling regelmatig. Ik kijk somber voor me uit, die droom zit me niet lekker. 'Wil je erover praten?' Vraagt Lyra terwijl ze me onderzoekend aankijkt. Ik schud mijn hoofd. Dan verander ik snel van onderwerp. 'Zo, dus jij enne Argus he? Hoe zit dat nou?' Ik kijk haar plagend aan. Ze word rood. 'Er is helemaal niets tussen ons hoor, hij is gewoon mijn beste vriend.' Ze klinkt zo ongemakkelijk dat ik het onderwerp laat rusten, nou ja voor nu dan.
Reageer (1)
Oelala, ik voel iets opkomen tussen Lyra en Argus (hint hint)
9 jaar geledenZoals ik van jullie gewend weer geweldig geschreven