15. Black Rose
Ik schrik op van een harde gil die maar van één persoon kan zijn. Snel sta ik op en ren bijna naar haar kamer. Ik krijg een angstig gevoel. Cybele gilde niet zomaar. Haar gil zat vol met angst en wanhoop. Ik duw de deur bijna uit zijn scharnieren, zo hard duw ik ertegenaan maar hij gaat niet open. Dan herinner ik me dat je moet trekken en niet duwen. Ik kan mezelf wel slaan maar dat doe ik niet omdat ik geen tijd heb. Snel trek ik de deur open en zie daar, Cybele.
Haar vleugels hangen netjes naast haar lichaam maar hebben een vaalgroene glans, alsof er een laag stof en vuil op zit. Veel tijd om na te denken heb ik niet want ze ligt bewusteloos in de armen van niemand minder dan Eligos Abigor.
‘Vito! Wat een verassing! Niet gedacht jou nog eens te zien.’ De spot kun je bijna vastpakken, zo duidelijk hangt hij in de lucht.
‘Ja, ik had ook gedacht jou nooit meer te zien toen ik je naar die kerkers bracht.’ Eligos lacht spottend.
‘Ik had gedacht dat je wel beter wist dan dat.’ Hij snuift afkeurend. ‘Maar kennelijk ben je die titel niet waardig.’
Opeens springt Eligos uit het raam. Snel sla ik mijn vleugels uit en vlieg ook het raam uit. Een paar vogels vliegen verschrikt op omdat ik vlak langs ze vlieg. ‘Eligos!’ roep ik. Een zacht lachje, dat voor een zuchtje wind uitgemaakt zou kunnen worden, klinkt. Snel vlieg ik ernaartoe. Ik kijk om me heen en zie nog net een donkergele vleugelpunt achter een dikke boom verdwijnen. Ik probeer ze te achtervolgen.
Na ze een paar minuten achtervolgd te hebben, ben ik ze uit het oog verloren. Ik zucht diep en sluit mijn ogen. Ik moet haar ziel zien te vinden. Gelukkig hoef ik niet ver te zoeken, ze is maar een paar meter verderop. Ik maak me wel zorgen want haar ziel schijnt minder fel, gaat je ziel ook minder fel schijnen als je bewusteloos bent? Ik hoop het maar. Stil sluip ik naar de open plek waar Cybele ligt.
Cybele ligt op haar rug op de grond met haar haar op de grond als een waaier en haar vleugels zijn uitgespreid. Ik ga snel naar haar toe en kniel naast haar neer. Ik vouw mijn hand om haar wang en krijg een angstig gevoel, mijn lieve Cybele, is ijskoud.
‘Vito toch, moet je serieus janken om dat meisje?’ De spot is duidelijk over de zin uitgespreid en pas als de woorden tot me doordringen merk ik dat mijn wangen nat zijn van de zoute tranen.
Boos sta ik op en veeg de natte sporen ruw weg. Hoewel ik heel boos begin, breekt mijn stem toch, halverwege de zin.
‘Jij! Wat heb je met Cybele gedaan?’
Eligos lacht mysterieus en seint met zijn ogen naar Cybele’s been die helemaal openligt en onder het bloed zit. Het is alleen niet zomaar een wond, het heksenteken is eruit gesneden.
‘Ik heb een klein ritueeltje uitgevoerd.’
Reageer (1)
oeh I love love love this chapter!!! ^^
9 jaar geledenweer franse bijles BTW xd
maar ben te moe om te leren