Foto bij Hoofdstuk nr. 3 - It was your idea.

There's no turn around.

Bill Pov.
Hier zaten we dan. Op de achterbank van een taxi, op weg naar the middle of nowhere.
We waren al een paar uren aan het rijden en ik had nog niet veel gesproken met Tom. Hij was namelijk in slaap gevallen. Ik snap niet hoe hij dat kan. Ik maak me constant zorgen over hoe het nu met ons verder moet. Pas op, ik maak me geen zorgen over geld ofzo, neenee, geld genoeg. Ik maak me zorgen over waar we terecht gaan komen.
Gustav en Georg zijn al in Japan toegekomen. Daar wouden zij graag naar toe om te bekomen. Ik had dat eerlijk gezegt ook wel leuk gevonden, maar nee, Tom wou liever verspreid zitten. Zodat fans ons echt niet zouden herkennen.
Nu waren we dus op weg naar een of ander boerengat, zonder een winkel in de buurt.
Ik zuchtte hardop. Dit ging niet gemakkelijk worden. Ik ging de fans héél hard missen, maar de breuk was wel nodig.
Na de Humanoid tour waren we op. Alle vier. We moesten er gewoon mee ophouden of we gingen er aan kapot. Maar ik hield echt van de fans.
Anderzijds, misschien zou ik nu de tijd hebben om een normaal leven te leiden, misschien een vriendin zoeken...
Het zou in ieder geval niet makkelijk worden.
'Hoe lang moeten we nog rijden?' vroeg ik aan de taxichauffeur.
'Nog anderhalve dag.' zei hij terug.
Ik schrok, we waren na het de EMA's direct vertrokken, en nog moesten we zolang rijden!
Tom was intussen wakker geschrokken en was druk bezig zijn ogen uit te wrijven.
'Nou Billa, klaar voor een nieuwe start?' vroeg hij, terwijl hij het hoogstwaarschijnlijk al wist.
Ik trok mijn wenkbrauwen op.
'Eigenlijk niet echt nee, jij wel dan?'
Tom haalde zijn schouders op.
'Ik denk wel dat het goed zal zijn voor ons.'
Dat kon ik niet ontkennen, want dat dacht ik namelijk zelf ook.
Toch kon ik het niet laten om hem een beetje te pesten.
'Je weet toch wel wat het platteland betekend hé, geen one-night-stands meer voor jou.'
Nieuwsgierig keek ik naar zijn reactie.
Tot mijn grote verbazing haalde hij weer zijn schouders op.
'Dat kan me eigenlijk niet zoveel schelen, ik werd het toch een beetje beu.'
Wow, dat was een grote verandering. Ik keek hem even bezorgt aan maar hij was naar buiten aan het kijken.
'Nou, ga maar terug slapen, want het is nog anderhalve dag rijden.'
Ik kon het niet helpen dat ik moedeloos klonk.
Zonder echt iets te zien staarde ik door het raam en deed toen langzaam mijn ogen dicht.

Reageer (2)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen