W76
“Is het veilig dan?”, vroeg de moeder zacht. “Ik bedoel, als u niet wilt, dan… Maar hij droomt er al jaren van op een draak te rijden en…”
“Ja, het is veilig, als hij zich stevig vasthoudt”, zei Bloom.
“Goed dan”, zei de moeder aarzelend.
“Maak u geen zorgen, we gaan niet ver.” Met een glimlach liep Bloom naar de jongen toe.
“Hij heeft geen zadel”, zei die verbaasd.
“Nee, Usko vliegt achter me aan”, zei Bloom. “Je kan hem niet sturen door op zijn rug te gaan zitten.”
“Oh. Kunnen we dan niet op hem rijden?”
“Jij mag gerust op zijn rug”, zei Bloom lachend. Ze hielp de jongen erop te klimmen. “Goed vasthouden hoor”, waarschuwde ze.
“Beloofd!”, riep de jongen opgetogen. Bloom keek naar Usko.
“Kom kleintje, we gaan vliegen, maar voorzichtig.” Ze steeg langzaam op en Usko kwam achter haar aan.
“Joehoe!”, riep de jongen opgetogen. “Mama, kijk, ik vlieg op een draak!” Bloom moest lachen om het enthousiasme van het kereltje. Ze maakte een paar rondjes en landde toen weer. Usko volgde haar netjes. Het jongetje liet zich meteen na het landen van Usko’s rug glijden en rende dolenthousiast naar zijn moeder. Bloom omhelsde Usko even.
“Goed gedaan, kleintje”, zei ze met een glimlach.
“Kom mama, we gaan naar huis, aan papa vertellen dat…”
“Zou je niet eerst eens even iets zeggen?”, vroeg zijn moeder. Even keek de kleine jongen verbaasd, maar toen rende hij naar Bloom en Usko.
“Bedankt dat ik op je rug mocht, draak”, zei hij. Hij keek naar Bloom. “Hoe heet hij eigenlijk?”
“Usko”, zei Bloom lachend.
“Nou, bedankt Usko!”, riep het jongetje. Usko boog zijn kop naar hem toe en de jongen aaide hem heel even, voor hij weer naar zijn moeder toe rende. Die kwam met een glimlach naar Bloom.
Er zijn nog geen reacties.