Chapter Two.
Een diepe zucht verlaat mijn mond wanneer ik het zoveelste boek terug zet op de plank. ‘Niet kunnen vinden wat je zoekt?,’een harmonieuze stem vult de bibliotheek en met een ruk draai ik me naar die persoon toe. ‘Niklaus, je liet me schrikken,’zeg ik, gevolgd door een opgeluchte zucht. ‘Dat was niet mijn bedoeling, het spijt me,’zegt hij. Ik laat me zakken op een stoel. ‘Waarom zeggen jullie zo vaak dat het jullie spijt? Is dat een nette manier voor sorry of is het ouderwets,’zeg ik, Niklaus grinnikt een keer. ‘Het is meer de manier van opvoeden denk ik,’zegt hij, antwoordend op mijn vraag. ‘Maar nu stel ik dezelfde vraag nog maar een keer, kun je niet vinden wat je zoekt?,’vraagt hij,’Nee, ik zoek een boek waar in staat hoe ik mijn krachten onder controle krijg,’zeg ik, begrijpend knikt hij en aan zijn gezicht te zien, zit hij diep in gedachten. ‘Er is volgens mij geen enkel boek dat je kan leren om je krachten onder controle te krijgen, maar er is wel iemand die je dat misschien kan leren,’zegt hij, meteen sta ik op uit mijn stoel. ‘Meen je dat?,’zeg ik hyper, lachend kijkt Niklaus me aan. Een twinkeling vormt in zijn ogen, plezier. ‘Ja, maar de vraag is alleen of ze wil helpen. Ze heeft een hekel aan me,’zegt hij, een zachte lach komt er uit mijn mond. ‘Om eerlijk te zijn, Niklaus, denk ik dat ze niet de enige is of zal zijn,’zeg ik, beledigend kijkt hij me aan, maar ik kan zien dat hij het niet meent. ‘Ik zal voor je kijken of het mogelijk is dat ze je helpt,’zegt hij terwijl hij op staat. ‘Ga je mij nu ook al verlaten? Elijah is weg, Hayley is spoorloos. Jij bent de enige met wie ik een beetje kan socializeren en nu ga jij ook weg!,’zeg ik gefrustreerd. ‘Waar komt al die frustratie weg?,’vraagt hij, mijn hand gaat naar mijn voorhoofd. ‘Het is gewoon om gek van te worden, zo lang zit ik nu opgesloten. De eerste weken op mijn kamer in bed en nu kan ik nog nergens heen, omdat er een groep stomme heksen achter mij aan zit die mij wil vermoorden voor mijn krachten! Krachten die ik niet eens onder controle heb, ik kan iemand zo maar vermoorden!,’zeg ik, lachend loopt Niklaus naar me toe en pak mijn arm vast. ‘Dat snap ik,’zegt hij, langzaam zakt mijn arm naar beneden. ‘Jammer genoeg zijn er nog dingen die ik moet regelen, maar met het avond eten zal ik er zijn,’hij had de woorden gezegd en was in het niks verdwenen. Wat moet ik nou de hele dag gaan doen?
Er zijn nog geen reacties.