Proloog

‘Cybele, lieverd. Ga er nooit vanuit dat het goede ook echt goed is en het slechte ook echt slecht. Alles heeft slechte kanten en alles heeft goede kanten. Doe nooit alsof de doden dood zijn en de levende levend want dat kan in een klap omwisselen. De sterkste mensen zijn het zwakst van binnen en de zwakke mensen hebben een sterk hart. De start van een race is het einde van een andere en de finish is hetzelfde als het begin. Het leven leef je vooruit terwijl de doden achteruit denken en jij mijn kind, zult dat alles ontdekken.’

‘Ooit.’