Wonder boven wonder had Mike de volgende morgen besloten om naar school te gaan. Maria overhandigde hem een tasje waar zijn brood en drinken in zaten en Mike gooide het zonder een blik waardig te keuren in de vuilnisbak voor hij de deur achter zich dicht trok. Hij stapte op zijn fiets en fronste toen hij een jongen bij de poort zag staan.
'Wat moet je? Je staat in de weg,' snoof hij.
De jongen zei niets en keek alleen maar naar hem. Het werkte Mike behoorlijk op de zenuwen en hij fietste weg. Halverwege bedacht Mike zich, en sloeg een andere straat in. Hij had geen zin om naar school te gaan. Hij merkte niet dat de jongen die bij zijn poort had gestaan hem achtervolgde en Mike zette uiteindelijk zijn fiets neer in het park, waar hij op een bankje neerzeeg.
'De bel gaat over tien minuten,' klonk een stem achter hem.
Mike keek met een ruk op en zijn ogen vernauwden zich tot spleetjes. 'Wat moet jij hier? Achtervolg je me of zo?' snauwde hij.
'Hoor je niet op school te zijn?'
De jongen keek hem doordringend aan, en Mike wendde zijn blik af. De blik in zijn ogen gaf hem het gevoel alsof hij door zijn ziel heen kon kijken. Het stond hem niet aan. Om van zijn onrustige gevoel af te komen pakte hij een joint en stak die aan. Zijn handen trilden, zoals bijna altijd.
'Ga je met me mee?'
'Laat me met rust,' schreeuwde Mike. Zijn ogen puilden bijna uit. Hij wilde met rust gelaten worden. Zijn hoofd bracht hem weer terug naar het verlaten bouwterrein. De voorbijrazende trein op de achtergrond. Mike liet zijn joint vallen en greep met zijn handen naar zijn hoofd.
'Ga weg,' siste hij. 'Ga weg uit mijn hoofd.'
'Ik ben Leoceus,' zei de jongen plotseling kalm. 'Kom met me mee, Mike.'
'Ik ga helemaal nergens met jou heen,' zei Mike, die overeind sprong. 'Doe me een plezier en ga weg, of schiet me te pletter. Dan ben ik eindelijk verlost van deze rot plek.'
Leoceus nam wat afstand, maar bleef in de buurt. Er viel een stilte die drukkend en ongemakkelijk was.
Toen hij uiteindelijk weer iets zei, was dat geen antwoord op Mikes verzoek.
'Het is al halfnegen. Als je die joint niet meer wilt, haal ik je hier weg.'
'Jij doet helemaal niks,' gromde Mike onverschillig. 'Wat moet je hier? Ik ken je niet eens.'
'Ik ben hier voor jou.'
'Hou op met dat vage gedoe en laat me met rust!' schreeuwde Mike. Hij drukte zijn handen tegen zijn ogen en probeerde het geluid van de voorbijrazende trein uit zijn geheugen te bannen. 'Ga...' siste hij zacht tegen zichzelf. 'Weg. Ga weg uit mijn hoofd.'
Hij voelde plotseling een hand op zijn schouder en Mike haalde zijn handen voor zijn ogen weg. Leoceus staarde hem doordringend aan, en voor heel even verdween het geluid uit zijn hoofd.
'Kom mee, Mike,' zei hij opnieuw. 'Het is tijd om te gaan.'

Reageer (1)

  • Zoldyck

    Wow...
    Ik ben nu al nieuwsgierig naar die Leoceus!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen