1
“Trrr” de schoolbel gaat en iedereen juicht, het eerste jaar op de middelbare school zit erop. Cato is de enige die zucht en teleurgesteld om zich heen kijkt. Niemand heeft het door maar als Cato met haar vriendin Lot naar de fietsen loopt valt het Lot wel op dat Cato niet vrolijk is “Cato, wat is er? Ben je niet blij dat het vakantie is?” Cato zucht “jawel hoor, ik voel me alleen niet zo lekker” Lot knikt “oh, vervelend! Maar we gaan wel afspreken in de vakantie hé?” Cato knikt “ja” ze steekt haar sleutel in haar fietsenslot en gooit haar tas in haar mand. “Fietsen we een stukje samen?” vraagt Lot “oké” Cato klimt op haar fiets en fietst achter Lot aan. Een paar kinderen wensen haar een fijne vakantie en Cato bedankt ze. Niemand weet waarom ze verdrietig is en dat mag ook niet. “Heb je zin om op vakantie te gaan?” vraagt Lot “jahoor” “jij hebt echt geluk met jouw ouders, die gaan altijd op vakantie, kopen super leuke kleren voor je en zijn heel aardig. Mijn ouders willen dit jaar niet op vakantie omdat het te duur is, jij hebt daar geen last van” Lot ratelt maar door over haar ouders maar Cato luistert er niet naar, ze heeft er zo’n hekel aan als iemand zegt dat ze veel geld heeft. Lot heeft tenminste normale ouders die normaal werk doen en normale vrienden hebben.
“Maar, hier moet ik af, ik ga nog even langs mijn moeder haar werk, doei!” Lot zwaait vrolijk en slaat af naar links. Cato fietst door, verder het bos in.
Cato zet haar fiets in de garage en loopt naar de voordeur. Ze belt aan en Hans de butler opent de deur, groet haar en laat haar verder. Hey, lieverd! Hoe was het op school?” Cato’s moeder zit op de bank in de woonkamer “o, goed hoor” Cato ploft neer op de bank. “Wil je even zwemmen? Het is zulk warm weer, ik heb net gekeken en het is nu wel 28 graden!” haar moeder pakt een tijdschrift en bladert een het een beetje door “nee, ik ga straks even met Bobby lopen” zegt Cato “Cato, je weet dat je niet met de hond hoeft te lopen, dat doet Ans al” Cato zucht. Ans is degene die elke dag het huis schoonmaakt en die de dieren verzorgd, Cato vindt haar erg aardig en als haar ouders niet thuis zijn mag ze altijd helpen met de dieren. Ze hebben niet veel dieren thuis maar toch vinden de ouders van Cato het belangrijk om een verzorger voor hun kat, hond en konijn te hebben. “oké, dan ga ik even naar boven” Cato staat op van de bank “schat, wil je niet eerst wat drinken?” voordat Cato heeft geantwoord klapt haar moeder al in haar handen. Binnen een minuut komt Hans de butler aangelopen “waarmee kan ik u van dienst zijn jongedame?” vraagt hij met een bekakte stem “een coca cola light alsjeblieft” zegt Cato “ah, een lekkere verfrissing” meteen loopt Hans naar de keuken en komt terug met een glas cola en een kom met fruit “alstublieft” en hij zet het neer op tafel “dankje” Cato drinkt haar cola op en rent naar boven, dat fruit eet haar moeder maar op.
Cato haar ouders zijn rijk, erg rijk. Alleen komen ze niet op een eerlijke manier aan hun geld. Cato’s vader zit in de maffia, wat hij precies doet weet Cato niet maar al jaren verdient hij er veel geld mee. Hun huis heeft een enorm zwembad en een aantal sauna’s. Haar vader heeft een verzameling sportauto’s en haar moeder heeft een enorme inloopkast. Cato vindt het niet leuk om zoveel te hebben. Het enige wat zij wilt is een normaal gezin.
Haar zusje Willemijn is net 11 geworden en haar broer Ralph is 15. Zelf is ze 13 en zit ze op het vwo tweetalig, haar broer ook.
Overal in huis lopen mensen die voor hun werken zoals Ans maar ook Cor en Michael die het eten klaarmaken, Lies die kleren ontwerpt, Frank, Peter en Jan die de tuin onderhouden en dan heb je ook nog Hans en Andre de butlers, Elsbeth die alle inkomsten bijhoudt, Nico de chauffeur en Stefan die alles in het huis repareert.
Cato haar vader is bijna nooit thuis want hij zit meestal op zijn ‘werk’.
De rede dat Cato niet blij is dat het vakantie is is dat ze deze vakantie gaat verhuizen naar Australië. Niemand mag er wat vanaf weten omdat ze eigenlijk vluchten voor een paar maffia mannen die achter Cato’s vader aanzitten.
Cato heeft haar ouders gesmeekt om in Nederland te blijven maar hun besluit staat vast, ze gaan naar Australië en iedereen gaat mee: Ans, al het personeel.
Cato en haar broer vinden er niks aan om naar Australië te gaan, ze hebben hier vrienden en hun hobby’s. Zoals hockey, dat doet ze graag net zoals haar broer en zusje. Ze krijgen ook elke maandag en woensdag avond pianoles van mevrouw Hoffman, die gaat Cato niet missen. Mevrouw Hoffman is altijd negatief en zeurt altijd. Als Cato een muziekstuk eindelijk helemaal kan spelen zonder fouten is er altijd wel iets te hard of te zacht gespeeld. Mevrouw Hoffman gaat niet mee dat is misschien wel het enige wat Cato leuk vindt aan de verhuizing.
Oja, wat haar ouders haar en haar broer en zusje ook hebben beloofd is dat ze een nieuw huisdier mogen uitzoeken, allemaal een eigen huisdier want Minnie de kat en Vlekje het konijn mogen niet mee want die kunnen de reis niet aan. Bobby mag wel mee maar Cato en Ralph hadden erom moeten smeken.
Willemijn weet al welk dier ze wilt in Australië: een baby katje. Ralph twijfelt tussen een puppy en een katje. Cato hoopt dat Ralph een puppy kiest want dan kan zij Bobby als eigen hond beschouwen. Zelf kan ze nog niet zo gauw nieuw huisdier bedenken maar misschien komt ze er eentje tegen in Australië.
Er wordt op haar kamer deur geklopt, Cato springt op van haar bank en doet de deur open. Willemijn staat recht voor Cato’s neus en lacht “wil je met mij zwemmen? Lies heeft een nieuwe bikini voor je, ik heb er ook eentje gekregen. Een rode met witte stipjes en de randjes zijn van wit spul, ik weet niet wat het is maar het is heel mooi! Ik heb er ook bijpassende slippers bij gekregen” Cato zucht, haar zusje is het tegenovergestelde van haar en Ralph, Willemijn houdt ontzettend van kleren en spulletjes. Ze is net haar moeder met dat lange blonde haar, haar lichte huid en haar fel blauwe oogjes. “euh, ik heb niet zoveel tijd Willemijn” zegt ze “waarom niet? Wat moet je dan doen?” Willemijn staat met haar handen in haar zij voor Cato “oké, heel even dan” Cato zucht opnieuw “een uur?” vraagt Willemijn “een uur wat?” “zwemmen natuurlijk!” Willemijn rolt met haar ogen
“nee, een half uurtje” “drie kwartier” zegt Willemijn “oké” Willemijn knikt “kom!” en Cato volgt haar zusje naar de trap, naar nog een andere trap, door de lange gang naar het kamertje van Lies om haar nieuwe bikini te passen.
Er zijn nog geen reacties.