Hoofdstuk 18
Tom en Amber liepen het dek af op zoek naar een bootje. Maar veel waren er niet meer over ze moesten vlug zijn.
Ze hadden geen iddee waar hun familie of vrienden waren. De hoop naar overleven verdween langzaam aan en de paniek bij de mensen werd steeds maar heviger.
* Amber*
Ik kreeg het erg moeilijk als ik al die mensen zach. Er zullen veel familie's uit elkaar gedreven worden. Tom hielt mijn hand goed vast.
Er waren overduidelijk geen bootjes meer. Ik stopte met lopen en keek naar de bootjes die weg pedelde. In een van de bootjes zach
ik dani. De rotzak ! " Amber wat is er" vroeg Tom "we gaan het niet overleven he" vraag ik onzeker
" we overleven dit vertrouw me maar" knipoogt hij en neemt me mee naar de achterkand van het schip. Dit deel zal omhoog gaan staan straks als het schip onder gaat. Tom heeft er vertrouwen in dat we het overleven maar het water in ijskoud.
Ik voel het schip naar omhoog gaan en mijn hard gaat tekeer. " Tom " roep ik. Hij houd me goed vast en zegt niks.
Al die mensen die tranen laten. Veelen van hun zullen sterven. het schip gaat nu nog schuiner staan en veel mensen vallen naar beneden.
Reageer (1)
Snel verder
1 decennium geleden