Dag 15. Het helderste licht van al
Ik was nu al vijf dagen bij de man. Ik voelde me al helemaal thuis bij hem... Maar toch..... Ik zou liever weer gewoon thuis zijn.
Ik zuchtte. 'Norra, hier,' de man riep me. Ik zuchtte nog eens en liep naar hem toe.
'Vandaag hebben we een zware reis voor de boeg. Maak je klaar, en ook de andere.'
Ik liep weer weg en zei het tegen de anderen die aan hun blikken te zien het hadden begrepen. Een kwartier nadat dat was gebeurt liepen samen naar de man toe en gingen in de rij staan voor de slee. Een voor een werden we aangespannen. Ik vond het te lang duren en liet een ongeduldig piepje horen.
'Norra niet zo ongeduldig. Je moet je krachten sparen voor de reis.' na een half uur te hebben gewacht konden we eindelijk vertrekken.
'lopen!!!' en daar gingen we steeds harder, steeds verder weg van onze vorige overnachtingsplaats. Uren verstreken, de zon kwam steeds hoger boven de hemel.
Toen de zon op zijn hoogst was stopten we om te eten. Wij kregen brokken, de man zelf at brood. Er zat vlees tussen rook ik, ik kreeg daar honger van, maar bedacht me ik heb brokken, en ik ga het ook niet stelen. We kregen nauwelijks een uur om uit te rusten en de brokken op te eten.
Het was moeilijk eten als je brokken zowat bevroren zijn. Maar toen gingen we weer verder. Uiteindelijk ging de zon weer omlaag.
'Het is al over vijf uur donker,' zei de man bezorgd. 'Als het donker is kunnen wij niet verder trekken gok ik. Dan moeten we een kamp op slaan, en eigenlijk slaap ik liever in een hotel dat in een tent..... Voor de honden maakt het niet uit, die hebben een dikke vacht. Maar ik niet, ik zal misschien zelfs dood vriezen,' zei hij met een zucht.
Ik schrok daar van. De man kon niet dood gaan!!! Hoe moeten wij dan verder?
[/i]Hebben jullie dat gehoord? Ja daar moeten we een stokje voor steken. Maar hoe?[/i]
[/i]Als hij gaat slapen zullen wij om hem heen liggen als een warme slaap zak. En de tent word dan warm.[/i]
[/i]Dat is een goed idee! Laten we dat doen.[/i]
Zo, dat was ook weer op gelost, dacht ik gerustgesteld.
s'Avonds kregen we bevroren vlees. Er was een voordeel aan het vlees, als je het opeet werd het ijs water en dat hielp tegen de dorst. Of je at gewoon sneeuw.
'Ik vrees dat we niet verder kunnen,' zei de man, maar voordat hij zijn zinnen af kon maken verscheen er een kleurig licht aan de hemel, het Noorder-licht! Er stond ook een super grote maan bij.
'Maar dat was onverwachts. Maar ik denk zowieso niet verder kunnen... Als jullie hier blijven dan zal ik even wat hout bij elkaar gaan sprokkelen.' De man maakte ons eerst los en liep toen weg. Een paar seconden nadat hij weg was voelde ik me plotseling duizelig. Heel even werd mijn beeld zwart. Ik deed mijn ogen open en ik zag dat ik weer handen had.
'Hoe is het mogelijk?,' vroeg ik.
'Ik heb geen idee,'antwoordde Jorden.
'Misschien komt het door de kracht van het noorderlicht en de maan samen,'zei Marcel. Toen hoorde ik de man weer aan komen lopen. 'Jongens kijk uit de......' maar het was al te laat, de man kwam de hoek om en liet zijn spullen vallen.
'Wie zijn jullie? Wat komen jullie doen? Waar hebben jullie mijn honden gelaten?'
'Sorry, maar wij hebben niks met honden gedaan meneer. En ik ben Elsa, sommige noemen mijn Norra. Zij daar is Anna, zij heet ook wel Renn. Zij is Milou, heet ookwel Noeka. Hij is....' 'wacht eens even, jullie beweren dus dat jullie mijn honden zijn?'
'U snapt het! Eindelijk! Wij zijn hier heen gebracht om te verkopen, de pillen waren zodat we niet konden terug veranderen naar mensen.'
'Maar, hoe kunnen jullie dat dan bewijzen?'
'Nou zo.' We veranderden allemaal tegelijkertijd in een wolf.
'Pot vol vis! Dat is onmogelijk!!!! Hoe kan dat? Vertel me alles.' Na een lange tijd uitleg snapte hij het eindelijk.
'Oja, sorry ik was me vergeten voor te stellen. Ik ben Peter.'
'En onze namen ken je al denk ik?'
'Aleen jullie honden namen.'
'Noem ons maar zo, het kan gevaarlijk zijn als je onze echte namen weet.' Peter knikte en zei: 'Dat snap ik. Maar als jullie het niet erg vinden, ga ik slapen. Welterusten allemaal.' hij liep de tent in. Ik had met de anderen een lang gesprek maar viel toen zelf ook in slaap......
'Ben je er klaar voor Pascal?' Pascal knikte. Hij ging liggen met het beeldje voor zich, en wachtte. Het leek uren te duren toen hij eindelijk de maan op hem voelde schijnen. Hier en daar voelde hij al kleine steekjes maar hij bleef liggen. Na een kwartier wachten kreeg hij hele erge pijn scheuten door zijn lichaam en toen niets meer.
Hij deed zijn ogen open en keek meteen naar witte klauwen van een wolf. Eerst schrok hij, maar toen wist hij weer wat er was gebeurt.
'Het is gelukt!' riep hij blij. Voor hem stond een grijnzende panter, zwart als de nacht.
'En? Hoe vind je het tot nu toe?'
'Geweldig! Veel beter dan ik me had voor gestelt,'zei Pascal. 'Maar wat nu? Ik bedoel ik kan nu veranderen, wat gaan we dan nu doen?'
'Hetzelfde als wat je zus deed, namelijk jagen!' Pascals hart maakte een sprongetje van blijheid. Jagen! Dat kon hij nu eindelijk doen, hij had daar zo vaak over gedroomd.
'Kom je mee?' hij liep achter de panter aan. Het gevoel van de wind tussen zijn vacht door was geweldig! Hj kon niet wachten tot hij de smaak van vers vlees kon proeven.
'Ruik je dat Pascal? Dat is de geur van een oud hert, laten we op dat dier jagen.'
Pascal knikte, hij vond het een goed idee. Hij sloop naar het hert toe en sprong op hem af. Samen met Thomas ving hij het hert.
'En, hoe vind je het vlees?'
'Lekkerder dan ik ooit had durven dromen!' na deze worden aten ze in stilte verder. 'Jammer dat ik deze ervaring niet kon delen met mij zus,'hij zuchtte, want hij besefte nu eigenlijk hoe erg hij haar miste.
'Kop op, ze komt wel weer terug. Ze is sterker dan je zou denken.
'Maar laten we maar naar huis toe gaan, en gaan slapen.'
Hij knikte en liep naar zijn fiets. Hij veranderde terug naar een mens en fietse naar huis. Daar viel hij meteen in een diepe slaap.
Reageer (1)
Leuk
1 decennium geledenSnel verder
I love this story so much