Boterbloempje Balings was een normaal hobbitmeisje. Iedereen noemde haar meestal gewoon Bloempje. Ze begon als elke andere hobbit haar dag met een stevig ontbijt. Om een uurtje later een tweede te pakken. Eigenlijk bestond haar hele dag uit eten, zorgen voor haar zusje, spelen met de andere jonge hobbits en slapen. Het liefst van al maakte ze rustige wandelingetjes van ongeveer een uurtje of twee. Want ze moest op tijd thuis zijn voor het eten.
Het huis waar zij samen met haar ouders woonde was vrij groot voor een hobbithuis. In het huis waren er verschillende kamers. Een uitgebreide living, een badkamer die bijna de hele dag was bezet, Het kleinste kamertje natuurlijk, de eetkamer en de keuken. In de keuken lag het belangrijkste bezit voor Bloempje’s moeder, het servies van Bloempje’s overgrootmoeder. Het hol had vijf slaapkamers, eentje voor haar ouders en de vier andere voor haar en haar broertjes en jongere zusje.

Boterbloempje hield veel van haar familie. Elke dag hielp ze met de huishoudelijke klusjes en zodra die klaar waren rende ze blij naar buiten en speelde met haar vrienden. Haar beste vriendin was Roosje Katoen. Roosje had stiekem een oogje op Sam Gewissies en dat was onder de hobbitmeisjes geen geheim. In de avond luisterde het hobbitmeisje graag naar de verhalen van haar oom Bilbo Balings. Zelf zou ze nooit van haar leven op avontuur gaan. Een elf of een dwerg ontmoeten, dat wel. Zo was ze dan ook vaak in de wouden te vinden. Samen met haar vrienden op zoek naar elfen en dwergen. Één keer waren ze verdwaalt geweest. Maar toen was er plots een aardige man in het grijs verschenen die hen terug naar huis had gebracht.

Vandaag begon haar dag als alle anderen, eten, slapen, beetje werken en spelen. Alleen de avond was anders. Bilbo balings vierde zijn honderdenelfste verjaardag en Bloempje’s neefje, Frodo, werd volwassen. Samen met een hele stroom hobbits ging ze door het hekje naar de feestweide. Het leek erop dat Bilbo de hele Gouw had uitgenodigd! Bloempje begon het vermoeden te krijgen dat dit inderdaad zo was toen ze een onbekend stel hobbits zag langslopen. Goed keek ze in het rond. De grijze man die haar een paar jaar geleden haar en haar vrienden de weg had gewezen was er blijkbaar ook. Blij zag ze dat hij vuurwerkpijlen bij zich had. Grinnikend haalde de man een vuurpijl onder zijn mantel vandaan. Bloempje liep naar de man en zijn vuurwerk en lachte vrolijk mee met de andere kinderen.

Nog steeds met een glimlach op haar gezicht keek ze hoe De grijze man nog pijlen ging halen. Toen ze De tovenaar zag terugkeren, was er beweging achter de koets vol pijlen. Ze zag nog juist twee kleine gedaantes met iets groots weg gaan voordat haar aandacht weer werd opgeslokt door de prachtige pijlen. Plots hoorde ze een gigantische knal en zag één van de tenten de lucht in vliegen. De grijns op haar lippen verstomde. Toen was er weer een knal en een gigantische draak vloog in duikvlucht naar beneden. Gillend dook ze naar de grond. Toen ze opkeek zag ze de draak ontploffen in duizenden stukjes. Lachend schreeuwde ze met de rest mee. Uit haar ooghoeken zag ze de grijze man en twee hobbits die ze goed kende langs komen. Merijn en Pepijn hadden weer iets uitgespookt. Het leek wel alsof er een vuurpijl in hun gezicht was ontploft. De man sleepte hen aan hun oren mee naar ergens achter het buffet. Hij duwde hen een spons en een handdoek in hun handen en wees op de afwas.
Meer tijd om te kijken kreeg Boterbloem niet want een kuchje maakte duidelijk dat Bilbo aan zijn speech zou beginnen. Vrolijk schreeuwde ze mee toen haar achternaam werd genoemd en ook haar glimlach verdween toen hij een vaarwel begon te bazelen. Raar keek ze hem aan. Maar veel tijd om hem aan te kijken had ze niet want plots was hij er niet meer. Een schreeuw van ontzetting ontsnapte haar lippen en ze merkte dat ze niet alleen was.
Nog steeds in de war ging ze samen met haar familie naar huis. In bed bedacht ze zich voor de zoveelste keer dat avonturen niets voor haar waren.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen