Dag 23: 20-07-2014

Het is schemerig in de kamer terwijl ik in bed lig. De spijlen aan weerszijden zorgen ervoor dat ik er niet uit kan klimmen en ik moet het ook niet proberen. Ik heb mezelf al eens flink bezeerd toen ik dat deed.
Mijn moeder was niet thuis, dus mijn vader stapte binnen om me schone kleren aan te doen. Ik vond het jammer dat mijn moeder er niet was en ik was nogal verward toen hij zei dat mijn onderbroeken allemaal in de was zaten. Ik had liever dat mijn moeder er was, maar liet hem zijn gang gaan. Hij kleedde me uit en zei dat we het maar met mijn zwemkleren moesten doen. Een knal oranje zwmbroekje werd vervolgens tevoorschijn gehaald.
Wat ik er van vond… Het was vreemd.
Niet veel later, mijn gordijnen lieten wat licht door, keek ik in het gezicht van mijn moeder. Ze had een blauwe boodschappentas bij zich. Een oude, van de Deen. Intussen hebben ze er een met een ander printje.
Mijn moeder knielde naast mijn bed, glimlachend en ook ik was blij om haar weer te zien.