Hoofdstuk 3. Growl
Met ferme passen liep hij door de gangen van het kasteel. Met een rukje trok hij zijn jasje weer recht en met een emotieloze blik keek hij door de donkere gang heen. Bezoekers. Juist. Hij wist hoe gek ze Diana maakte, soms had hij dan ook spijt wat hij met haar had gedaan, maar anders zou ze nu net als Isabella een geest zijn. Dat was ook wat minder makkelijk in de omgang. Hij stopte toen hij in de andere gang voetstappen hoorde. Dorian drukte zich tegen de koude muur aan en staarde voor zich uit. De meisjes kwamen druk kwebbelend de gang in lopen, de een klaagde dat ze moe was, de ander klaagde over iets wat hem niet interesseerde. Toen ze een meter van hem af waren stapte hij weg van de muur en blokkeerde hen de weg. “Growl.” De meisjes keken hem als versteend aan en gilden toen, om terug te krabbelen en weg te rennen. Een scheve grijns kwam op zijn lippen en hij volgde hen, kalm door de gang heen lopend.
Hij herinnerde het zich nog als de dag van gisteren. De dag voor de bruiloft met dat ‘ding’. Was hij even blij dat het nooit zover was gekomen. Toen hij nog op zijn kasteel in Engeland woonde had hij een onderonsje met een meid van adel, die later dus vampier bleek te zijn. Handig. Handig toen ze zich niet meer in kon houden en ze hem dit vreselijke lot gaf. Iedereen maakte zich klaar voor de bruiloft, maar Diana en hij waren bezig met andere dingen. Héél andere dingen. Nooit had hij gevoeld wat hij voor haar voelde, trouwen met Isabella zou hij niet. Hij logeerde al een paar weken in het kasteel, Diana was aangewezen als zijn kamermeisje. Kon hij er wat aan doen wat dat tot gevolgen had.. Ze besloten het Isabella de dag voor hun bruiloft te vertellen, maar de blik in haar ogen toen Diana de woorden uitsprak stond nog vers op zijn netvlies gebrand. Haar ogen schoten vol vuur, tevens de hele zaal waar ze in stonden. Isabella was zo woedend geworden dat ze nu nooit princes Isabella zou worden, dat ze het leuk leek te vinden om de hele boel in de hens te steken. Hij kon haar redden, maar het aanblik van Diana in een hoek gedreven liet hem snel van roer veranderen. Hij stoof op haar af en zag de afwezige blik in haar ogen. Nee. Hij fluisterde kalmerende woordjes en maakte het af in een snelle beet. Het vuur wakkerde na een aantal uren uit en het bleek dat de westkant van het kasteel onbeschadigd was geraakt, maar de deur hiernaar was dan ook geheim en ze hadden het nooit gevonden, behalve hij dan, toen hij weer eens op onderzoek uit was. Hij bracht Diana naar een kamer waar ze dagen lang in een coma lag. Uren zat hij aan haar bed, vampieren hoefden niet te slapen. Totop de dag dat ze wakker werd, plots uit het niets. Haar ogen waren rood, aan de ene kant had hij haar leven gered. Aan de andere kant had ze haar leven verpest.
Hij hoorde hoe de meisjes door de gang heen rende, gillend en schreeuwend om hulp. Zijn voetstappen weergalmden door het hele kasteel, de meisjes in een hoek drijvend. Deze gang liep op den duur dood, maar dat wisten hun natuurlijk niet. Een gil, ze hadden ontdekt dat de gang dood liep. Voetstappen kwamen weer zijn kant op en stopten toen ze zijn lange gestalte weer zagen. Hij greens en stapte op hen af, dit karwij zou zo geklaard zijn en het kasteel zou weer rust hebben. Een van de meisjes struikelde en krabbelde verwoed achteruit, de andere belandde in zijn armen toen ze hem voorbij probeerde te rennen. Zijn koude handen zochten de weg naar haar polsen en deze pakte hij stevig vast. Een valse grijns op zijn gezicht, de enige emotie die hij toonde. “Goedendag, schoonheid.” Hij drukte haar tegen de muur en plaatste zijn hand tegen haar keel. Klaar om het af te maken. Plots werd hij naar achter geslingerd door een vreemde kracht en knalde hij tegen de stenen muur. Een lage grom kwam uit zijn mond en hij voelde zich wat duizelig in zijn hoofd. Een vreemd witte gestalte stond voor zijn neus en iets gaf hem een tweede klap. Alles werd zwart.
Haar ogen waren strak gericht op Dorian, die tegen de muur in elkaar zakte en haar vervolgens glazig aankeek, waarna zijn oogleden dicht zakte en zijn hoofd een vreemde knik maakte. Het leek net alsof hij sliep. Als hij haar nooit had verraden had ze het misschien wel schattig gevonden, maar ze keurde hem geen blik waardig en richtte zich tot het angstige meisje die tegen de muur aan gedrukt stond, Dorian had haar prooi al in de val gelokt, maar nu kon ze het voor haar eigen doeleinden gebruiken. Haar hand klemde ze om de pols van het meisje. Nuja, haar hand. Een mistige tentakel zou een beter antwoord zijn voor haar witte gedaante. Een schok van energie schoot door haar lichaam heen en leek alle kleine deeltjes wel aan elkaar te binden. Een kreet verliet haar keel toen ze haar hoofd verwoed naar achteren gooide. Zo. Veel. Kracht. Plots stopte het. Het blonde meisje wat de hele tijd tegen de muur aan stond zakte in elkaar als een levenloze pop die werd losgelaten. Toen ze naar beneden keek zag ze de kleuren van haar jurk duidelijk. Ze keek naar haar handen: normaal. Een lach verscheen op haar gezicht, de formules in de boeken hadden gelijk gehad! Een lach schalde door het kasteel heen terwijl ze haar blik richtte op het meisje op de grond. Met een snelle beweging trok ze haar overeind en klemde haar onder haar arm, zo veel woog ze nu ook weer niet. Haar blik ging naar Dorian, die nog altijd bewusteloos tegen de muur aan lag. Een minachtende grijns op haar gezicht toen ze naar hem keek, verrader. Ze zou hem laten voelen dat hij niet voor Diana had moeten kiezen, hij zou het gaan voelen als haar plan op volle toeren was. Dit was enkel het begin. De echte Isabella was weer terug, van vlees en bloed. Enkel, met een hart van steen.
Met een plof liet ze het meisje op haar bed neervallen, die nog altijd zo slap als een pop lag. Isabella draaide wat met haar vingers heen en weer en een vreemd licht kwam eruit zetten. Ze stuurde de vonk richting de muur en voor even was alles verblind, maar toen werd de kamer weer donker. Zojuist had ze een spreuk uitgesproken zodat niemand hen kon horen of zien hier. Niemand kon hen ruiken, hun aanwezigheid voelen. Haar blik richtte zich tot het meisje: haar energiebron. Zolang dat meisje onder haar magie was, bleef ze in haar sterke, menselijke vorm. Menselijk, eigenlijk meer ‘hekserig’. Ze snoof en bond een touw om haar polsen heen, maakte haar vast aan de spijlen van het bed en greens toen ze de energie weer door haar lichaam heen voelde spijbelen. Nog even, nog even en dan zou ze haar wraak kunnen hebben, maar eerst wat aansterken.
Er zijn nog geen reacties.