Hoofdstuk 1. Darkness
De laatste koffer werd uit de auto gehaald die vervolgens met gierende banden wegreed. Lucy zuchtte en keek toen even naar Roselyn, maar die was al veel te druk bezig met koffers naar het grote kasteel te slepen. Ze klemde de sleutel in haar handen en de verleiding om deze ergens tussen de struiken te laten vallen was zwaar aanwezig, maar zin in ruzie met Rose had ze niet dus besloot ze maar gewoon het spel mee te spelen. Ze zouden een weekje of langer verblijven in het kasteel, als ze naar huis toe wilden hoefden ze enkel simpel een telefoontje te plegen en ze zouden worden opgehaald. Rose had het erover om hier de hele vakantie te blijven. Nou, mooi niet dus. Lucy slenterde achter de half rennende Rose aan, die ondertussen al door de poort heen was verdwenen naar het binnenplein. Een huivering ging door haar heen toen ze de vreemde beelden zag hangen aan de muren, het vreemde beeld in het midden van een plein van een door de begroeïng onbekend persoon. Snel keek ze weg en rende ze weer achter Roselyn aan, die ongeduldig stond te wachten voor de deur met het slot erop. Lucy overhandigde de sleutel aan haar vriendin die deze in het sleutelgat propte en de krakende deur voorzichtig openduwde. Een luid gekraak klonk over de binnenplaats en een koele bries kwam hen tegemoet. Weer rilde ze, dit keer voornamelijk van de kou en niet de angst. “Ik denk dat..” begon ze, maar Rose was de duisternis al in gestapt. Met licht trillende benen kwam Lucy achter haar aan en staarde ze in de duisternis. “Rose..?” Haar stem trilde lichtjes terwijl ze haar ogen liet wennen in het donker. Plots flitste het licht aan, een gil verliet haar mond. Iemand stond voor haar met scheel kijkende ogen en een gemene grijns: het was Rose. Haar vriendin barstte in lachen uit terwijl ze wat beschaamd naar haar schoenen keek. “Moest dat nou..?” Rose keek haar grijnzend aan en gaf haar een por in haar buik. “Tuurlijk, dit is toch een ‘spookhuis’, of niet dan?” Lucy zuchtte en schudde haar hoofd toen. Rose pakte de koffers weer op en liep zelfverzekerd door de nu verlichtte gangen heen. Trouw volgde ze haar vriendin die stopte bij een kamer, die eveneens een eikenhouten deur had. Een koude bries leek wel over de grond heen te krabbelen als een opzettende mistbank. Lucy draaide zich om bij het horen van een vaag geluid en zag aan het einde van de gang iets wegschieten. “Rose..” begon ze zachtjes, maar het luide gekraak van de deur die haar vriendin open duwde vulde de ruimte en liet haar zin onafgemaakt. Snel volgde ze haar de ruimte in waar ondertussen ook al een lichtje brandde. Ze sloot de deur achter zich die met een luid gekraak weer op zijn plek kwam. Er lag niks in de kamer, alleen de koffers van Rose stonden op de bakstenen grond. Voorzichtig zette ze haar koffers neer op de grond en zag hoe Rose het touwtje van haar slaapzak los plukte zodat ze deze al meteen uit kon rollen. “Zo, dan kunnen we het alvast een beetje inrichten.” Lucy knikte enkel en begon stilletjes haar spullen uit te pakken. Haar slaapzak rolde ze uit naast die van Rose en de rest van haar spullen zette ze zorgvuldig tegen de wand van de kamer aan. Schichtig keek ze naar Rose, maar die was te druk met spullen uit haar koffer vissen. In een snelle beweging pakte ze de zaklamp uit haar koffer en stopte deze onder haar kussen.
Voetstappen klonken door de gang terwijl Lucy en Roselyn door het kasteel heen dwaalden. Stom, hoe konden ze nu zo stom zijn om niet goed op te letten welke kamer ze uit hadden gekozen als slaapkamer? Voor de zoveelste keer kreeg ze kippenvel toen Rose een krakende deur open trok, maar binnen was bij geen enkele kamer iets meer dan duisternis. Ze had het gevoel dat ze in dit deel van het kasteel niet behoorden te komen, maar nergens had een bordje met ‘verboden toegang’ of ‘niet betreden’ gehangen. Hadden ze er overheen gekeken? Geen idee. Rose was ondertussen weer bezig om een andere kamer open te trekken, maar niks anders dan duisternis. Voorzichtig legde Lucy haar hand op de deurknop van een deur die Rose nog niet gehad had. Deze voelde koud aan, alsof haar vingers elk moment in ijs zouden veranderen en ze voor altijd aan deze enge deur vast zou zitten. Nee, geen gekke gedachtes en gewoon doorzetten. Voorzichtig duwde ze de deur open en tuurde de duisternis in. Nergens kon ze de contourlijnen van hun koffers zien, evenals die van hun slaapzakken op de grond. Op het moment dat ze zich terug wilde trekken uit de kamer voelde ze een koude bries langs haar benen heen strijken. Tochtte het hier misschien? Natuurlijk, zo’n oud kasteel zat vol kieren en gaten en daar kwam gewoon die koude lucht vandaan. Snel sloot ze de deur weer en de kou was weg. Het blonde haar van Rose verdween net om de hoek van de gang en snel rende Lucy erheen. “Rose, wacht nou!” Riep ze, een lichte paniek in haar stem te horen. Niks. Duisternis, geen Rose of haar blonde haar. Ze slikte een keer toen ze de donkere gang in stapte, waarom was er niet gewoon een lichtknopje of een routebeschrijving van het kasteel? Voorzichtig schuifelde ze langs de wand van de gang heen, zo nu en dan tegen een uitstekende knop van een deur stotend. Elke keer weer voelde deze ijskoud aan, en er stond dan ook kippenvel op haar huid wat vreselijk irritant tintelde. Haar handen tastten de wand af, zoekend naar een lichtknopje, die moest toch ergens zitten? Plots zwaaide er vlak voor haar neus een deur open, het licht knipte aan in de gang en ze keek in het opgewekte gezicht van Rose, die om de deur heen keek. “Gevonden!”
Er zijn nog geen reacties.