H1.
Met m’n schoudertas om loop ik richting het schoolgebouw als de bel net is gegaan. Er staan nog een paar meisjes op het plein die me vuil aankijken maar ik gun ze geen blik. Geblondeerd haar en korte rokjes, zulke types staan mij niet aan. Als ik de hal in kom gaat er een huivering door me heen. Dit is zo anders dan de grote stad waar ik de eerste zestien jaar van mijn leven ben opgegroeid maar ik moet er maar mee zien te leven. Toen ik besloot om niet met m’n moeder en haar nieuwe vriend mee te gaan wist ik wat ik kon verwachten (alhoewel ik echt nooit heb geweten dat m’n broers in zo’n uitgestorven dorpje wonen). Ze hadden het er eigenlijk niet eens over gehad in onze skype gesprekken maar alles was beter dan de nieuwe vriend van mijn moeder. Ik volg het bordje waar ‘receptie’ op staat en kom dan uiteindelijk uit bij een oude vrouw achter een bureau. Haar grijze haar zit netjes in een knot en haar leesbril staat op het puntje van haar neus. Als ze mij aan hoort komen schiet haar hoofd omhoog en krijgt ze een glimlach op haar gezicht. ‘Jij bent vast Haven Bates? Welkom op Chance Harbor High.’ Ik knik en pak het blaadje aan wat ze in haar hand heeft. ‘Daar staat je rooster op. De rector zal zo wel klaar zijn, dan kan je naar binnen. Je kan daar plaats nemen.’ Ze wijst naar een aantal stoelen die voor het raam van een kantoor staan. ‘Oké, dank u wel.’ Ik schenk haar nog een glimlach voordat ik plaats neem in één van de stoelen. Ik hoor geroezemoes komen uit het kantoor achter me en langzaam draai ik m’n hoofd om. Ik kan nog net door de luxaflex kijken om drie mannen te zien, twee zijn een stuk ouder terwijl de derde meer lijkt op een student, ik kan alleen zijn rug zien. Ik draai mijn hoofd om zodat het niet opvalt en probeer dan mee te luisteren. ‘Je vader kan je niet elke keer redden Samuel. Dit is al de vijfde keer. Wanneer leer je het nou eens?’ Ik hoor een stoel schuiven en voetstappen die mijn richting opkomen. Ik hoor nog wat gemompel voordat de deur open zwaait en de jongen naar buiten komt stormen. Hij merkt niet dat ik er zit en loopt dwars langs me heen de hal in. ‘Samuel!’ hoor ik een zware mannen stem zeggen. Ik kijk op en zie één van de twee mannen achter de jongen aanlopen. De jongen stopt met lopen en blijft midden in de hal stil staan. Zijn schouders staan gespannen en hij doet geen poging om zich naar deze man om te draaien. Als de man zijn naam nog een keer zegt draait hij zijn hoofd dan eindelijk langzaam om. Nu pas zie ik zijn hele gezicht en even is het alsof mijn adem in mijn keel stokt, hoe cliché het dan ook klinkt. Zijn donkerblonde haar ziet eruit alsof hij er al een paar keer met zijn handen doorheen is gegaan, zijn groene ogen zijn zo fel dat ik ze vanaf hier kan zien en zijn kaaklijn is precies zoals ik het mooi vind. Zijn ogen gaan van de man naast me naar die van mij waardoor hij een frons op zijn gezicht krijgt. Ik stop een plukje haar achter mijn oor en kijk beschaamd naar mijn handen wetend dat hij me heeft gesnapt tijdens mijn staar-sessie. ‘Samuel.’ De jongen reageert nog steeds niet op de man waardoor ik opkijk en zie dat hij mij met veel intensiteit aanstaart. Snel kijk ik weer weg en merk ik dat de derde man al deze tijd al in de deuropening heeft gestaan. Als ik merk dat hij ook niet door heeft dat ik hier zit schraap ik mijn keel. Zijn hoofd schiet meteen mijn richting op en ik zie hoe hij zijn wenkbrauwen fronst. ‘Haven.’ zeg ik om hem een beetje op weg te helpen. Een blik van herkenning gaat door zijn ogen en hij gebaart met zijn hand dat ik zijn kantoor in mag komen. Ik sta op en loop het kantoor in maar niet voordat mijn ogen nog een keer langs die van Samuel gaan. ‘Het spijt me Haven. Dit had ik totaal niet gepland, welkom op Chance Harbor High. Heb je er een beetje zin in?'
Er zijn nog geen reacties.