Trema's pakken bij mij niet op de tablet.

'Joch, kom uit dat bed vandaan,' riep een jonge vrouwen stem van achter de deur. Ik schoof mijn laken van mijn lichaam en voel de kou op me bijten. Het was vier jaar geleden dat ik mijn moeder verloor in een heftige brand.
Ik was met brandwonden naar het ziekenhuis gebracht, ik was ten einde raad en schreeuwde dat het mijn fout was dat ik de brand had aangestoken. Doktoren waren ten einde raad, ze zeiden dat ik aan het fantaseren was.
Ze logen dat ik per ongeluk de thee van mijn moeder had laten vallen en op me is gekomen, maar niemand kon bewijzen wat er werkelijk gebeurd was.
Ik heb het drie jaar volgehouden dat ik niet aan het fantaseren was, dat ik degene was die de brand heeft gesticht, ze verklaarde me voor gek. Mijn oom en tante wilde me niet in huis nemen, vanwege hun angst dat hetzelfde zou overkomen.
Uiteindelijk had ik mezelf verloren tijdens een van de dromen. Ik was zes jaar toen ik de droom over mijn moeder kreeg. Ik had uit angst met een kaars de gordijnen in de fik gezet, had iemand aangevallen.
Op mijn zevende leeftijd kwam ik in een inrichting terecht voor mensen met trauwmatische aanvallen.
'Noah!' riep de vrouw en ik pakte het stapeltje kleding van de grond en gooide het op bed. Ik trok mijn shirt aan die veel te groot was voor me. De onderkant kwam over mijn knieen.
Mijn korte legerkleurige broek, die rafelde aan de onderkant trok ik voorzichtig aan om het kleine gaatje naast mijn kuit niet te laten scheuren. Mijn slippertjes stonden netjes tegen de deur aan en opende tegelijkertijd de deur.
'Noah, de volgende keer storm ik gewoon je kamer binnen,' sprak ze. Ik draaide me om en ik kon het niet echt een kamer noemen, het was eerder een schuur.
'Sorry mevrouw,' zei ik beteuterd en liep met een hand uitgestoken achter haar aan het enorme gebouw in.

Na behoorlijke tijd kwamen we bij een klein lief kamertje waar een jong gezin voor het bureau zat. De eigenaar van deze inrichting. De twee mensen keken op toen ik de kamer ik kwam lopen en verlegen naar de grond bleef staren.
'Jane en Micheal, is dit het kind dat jullie zochten,' sprak de eigenaar en de twee mensen stonden tegelijk op en liepen naar me toe, zakte neer op mijn hoogte. Ik keek naar de prachtige grijs groene ogen van de vrouw, haar gezicht was perfect rond en haar blonde haren, moest me denken aan mijn moeder. Ze droeg een schitterende cremekleurig jurkje.
De man was wat ruiger, hij had wild zwart haar. Zijn ogen waren donker grijs en hij droeg een nette blouse met spijkerbroek.
'Zeg eens hallo,' siste de eigenaar.
'H..Ha..Hallo,' stotterde ik en trok verlegen weg, ik voelde tranen in mijn ooghoeken komen. De twee mensen glimlachte.
'Wat is je naam, lieverd?' vroeg de vrouw. Ik keek naar haar.
'Noah.'
De man stak een hand uit en ik pakte hem voorzichtig vast.
'Wil je bij ons komen wonen? We hebben een groot huis, met veel speelgoed en een enorm zwembad,' sprak de man en ik glimachte terug.
'We nemen dit kind,' sprak Jane en stond op.
'Tanja, pak zijn koffers. Jane, Micheal, ik wil nog even een paar dingen bespreken en de adoptiepapieren invullen, voordat hij mee mag.' Ik liep achter Tanja de kamer uit en had me nooit zo gelukkig gevoeld.

Reageer (1)

  • Zoldyck

    O, je maakt me nieuwsgierig naar het verdere verloop van het verhaal!

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen