Foto bij Het meisje met de zwavelstokjes...

Het was een ijskoude avond. De sneeuw, die de daken en straten bedektte, werd verlicht door de maan. Er was niemand die zich toen buiten waagde, en ook niemand had daar behoefte aan, want het was oudejaarsavond. De laatste avond van het jaar. Maar toch was er 1 iemand op de straten te zien.
Een klein meisje. Gwenna was haar naam. Maar dat wist niemand, want niemand kende haar. Ze liep op blote voeten, zonder muts, jas of sjaal. Bij het oversteken van de weg was ze haar veel te grote sloffen verloren, toen er twee voertuigen erg hard voorbijvlogen. De ene pantoffel was verloren geraakt. De andere had een jongen mee gekaapt. Hij zei dat hij hem nog kon gebruiken als wieg, wanneer hij later vader werd. Dus daar liep het meisje, zonder sloffen, met voeten die blauw en paars zagen.
In een oude schort die ze altijd aan had, zaten een heleboel zwavelstokjes. Die verkocht ze op straat. Normaal kochten er wel wat mensen van haar, meestal uit medelijden. Maar die dag had ze geen geluk. Niemand had er gekocht. Niemand had haar 1 stuiver gegeven. Zonder eten en drinken liep ze daar, met een bosje zwavelstokjes in haar hand. Ze zag er zo zielig uit. En nog kocht niemand wat van haar.
De sneeuw die bleef vallen, dwarrelde neer op haar mooie blonde haren. In haar nek dik en krullend. Maar om haar haar bekommerde Gwenna zich niet. Ze keek naar de ramen, waar zoveel vrolijk licht uit naar buiten scheen. De geur van heerlijk gebraden gans ontsnapte uit de huizen en kriebelde in haar neus. De geur deed haar eraan herinneren dat het oudejaarsavond was, maar dat zou ze toch niet kunnen vergeten. Iedereen zat gezellig met familie bijeen en zij liep daar maar op straat. Te vergaan van de honger en kou. En nog keek niemand naar haar. Nog wou niemand haar een beetje geld geven voor wat eten.

Tussen twee huizen, waarvan het ene een beetje naar voor stak, (of was het dat andere dat wat naar achter stond?), ging Gwenna verslagen in elkaar gedoken zitten. Door haar beentjes tegen zich aan te trekken hoopte ze wat warmer te krijgen, maar tevergeefs, ze kreeg het nog kouder. Maar naar huis durfde ze niet. Want ze had geen één zwavelstokje verkocht. Ze kon dus ook geen stuiver aan haar vader geven. Die zou haar dan slaan, en trouwens thuis was het ook koud. Ze sliep net onder het dak en, ook al waren de ergste gaten en kieren met stro en lappen dichtgestopt, de wind blies er recht doorheen.
Ze had bijna geen gevoel meer in haar handjes van de kou. Wat verlangde ze om een zwavelstokje aan te strijken. Ze kon de warmte al bijna voelen. Zou ze het durven om er een aan te doen? Ach waarom ook niet. Gwenna trok er één uit het bosje en streek het tegen de muur. Een zacht geritsel kwam ervan onder en er ontstond een klein vlammetje op de top van het stokje. Maar voor Gwenna leek het zo groot! Het was een helder, warm vlammetje, net een kaarsje. Ze hield haar handjes er omheen. Het was zo een wonderlijk licht. Gwenna dacht dat ze voor een grote ijzeren kachel zat. Het vuur brandde zo heerlijk warm. Maar wat was dat? Gwenna strekte net haar voetjes uit om die ook te verwarmen toen het vlammetje uitging. De kachel met zijn grote vlammen verdween. De kou reikte terug aan Gwenna’s handjes, die enkel nog het afgebrande zwavelstokje vast had.

Nu twijfelde ze geen moment, ze stak er nog een aan. Het brandde, gaf warmte en licht, en waar het licht op de muur viel werd die doorzichtig, net een sluier. Zo kon ze de kamer van het huis binnenkijken. De tafel was gedekt met een spierwit tafelkleed en met mooi wit porselein. Er stond ook een gebraden gans, gevuld met pruimen en appeltjes, heerlijk te dampen. Het leukste vond Gwenna dat de gans van de tafel sprong en met mes en vork in z’n rug naar haar toe waggelde. Het zwavelstokje was weer opgebrand, en enkel de koele stenen muur stond naast Gwenna.

Weer stak ze een stokje aan. Nu zag ze niet weer de feestelijke tafel maar zat ze onder een rijkelijk versierde kerstboom. Deze was nog groter en nog mooier versierd dan die dat ze gezien had door de glazen deur van de rijke koopman vorig jaar. Er brandde wel duizend kaarsjes aan zijn groene uitstekende takken, en gekleurde plaatjes, zoals je er ziet in de etalages keken haar aan. Wanneer het meisje haar beide armen uitstrekte ging weer het zwavelstokje uit. De duizenden kaarsjes rezen naar de lucht en veranderde in sterren. Eentje viel en liet een lange streep van buur achter aan de hemel. “Nu gaat er iemand dood.” Zei Gwenna. Haar grootmoeder, de enige die lief was tegen haar, maar die nu al dood was, zei altijd:”Als er een ster valt, gaat er een zieltje naar God.”

Ze dacht niet meer aan de ster en streek weer een zwavelstokje aan. Weer gaf het licht, en deze keer verscheen in het schijnsel haar oma. Heel duidelijk, heel stralend, heel vriendelijk en heel lief. Het meisje was verschrikkelijk blij en riep:”Oma! O, oma neem me mee! Ik weet at je weg gaat als het zwavelstokje uit gaat. Net als die warme kachel, de gebraden gans en de mooie kerstboom.” Haastig streek Gwenna de rest van het bosje zwavelstokjes aan, want haar oma wilde ze niet zien verdwijnen. Ze wilde haar blijven vasthouden. De zwavelstokjes gaven zoveel licht dat het klaarlichte dag leek. Oma had er nog nooit zo mooi en zo groot uitgezien. Ze nam onverwachts Gwenna op haar arm. Ze begonnen te vliegen, steeds hoger en hoger. Stralend en blij. Er was geen kou, geen honger geen angst. Die hadden ze achter hen gelaten.

Maar in het hoekje tussen de twee huizen, zat op de koude wintermorgen, een klein meisje met een glimlach op haar lippen en rode wangentjes. Dood, ze was doodgevroren op de laatste avond van het oude jaar. Het werd nieuwjaarsmorgen en het kleine dode meisje zat daar met haar zwavelstokjes. Ze zeiden dat ze zich wou warmen, maar niemand had ook maar enig idee van al dat mooi dat het meisje, voor ons bekent als Gwenna, allemaal had gezien. En niemand wist hoe mooi ze samen met haar oma het nieuwe jaar was ingevlogen. En wij zullen de enigen zijn die dat ooit zullen weten. Want het meisje werd weggehaald en vergeten.
Maar haar ziel was allang weg en gelukkig bij haar oma…

Reageer (1)

  • Fall

    Prachtig !

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen