Hoofdstuk 2
Er was geen brug. 'Wat nu?' vroeg Charlotte. 'Ik denk dat we de scooter moeten achterlaten en dan met de spullen naar de overkant zwemmen.' zei ik somber. 'Oké dat is niet het leukste wat ons zou kunnen overkomen' zei Charlotte 'maar we zijn niet dood zoals...' haar stem stokte. We dachten allebei aan KIP. 'Laten we de spullen van de scooter halen. Ik zoek wel naar zwemkleding of zoiets dat heb ik vast wel meegenomen.' zei ik om van onderwerp te veranderen.ik keek in de tas en kwam erachter dat ik geen zwemkleding mee had genomen. Ik dacht aan de bulten op mijn rug, en ik voelde voorzichtig aan de bulten. Er zat een donzig laagje op. Zou Charlotte schrikken? 'ehm, Charlotte ik eh moet je iets vertellen.' zei ik. 'Wat dan?' vroeg Charlotte. 'Nou je had toch gehoord dat mijn moeder het had over dat ik vleugels zou krijgen, nou emm ik denk dat ik die nu al krijg.' zei ik 'O, dat is een beetje raar maar het is vast niet erg in ieder geval ik vind het niet erg. Jij kunt er niets aan doen' zei ze. Ik zuchtte opgelucht. 'Nou laten we dan maar naar de overkant gaan.' zei ik. Charlotte nam de tas met eten en de tent en ik nam de andere tas met kleding. Uitgeput kwamen we aan de overkant. 'Laten we hier maar blijven we kunnen niet nat op weg gaan.' zei ik Charlotte knikte blij. Ik maakte vuur en ging het eten klaarmaken terwijl Charlotte de tent opzette. Uit de tas pakte ze droge Kleren voor ons allebei. Die trok ik snel aan. We zaten een tijdje bij het vuur. Het water waar ik aardappelen in had gedaan begon te pruttelen. Ik boog naar voren om de aardappelen van het vuur af te halen, brood te pakken en boontjes te pakken. Stil aten we ons avondeten op. Uiteindelijk ging Charlotte naar bed. 'trusten' mompelde ze en ik zei 'welterusten'. Toen zat ik alleen. Ik staarde naar de rivier, en bedacht dat het vast al laat was en ging ook naar bed.
Er zijn nog geen reacties.