Chapter 8.
'Wat? Dat meen je niet? Toch?' Ik kijk hun allemaal even aan. Carlisle knikt. 'Toch wel''Oké' mompel ik haast onverstaanbaar. Ik sta op en ren de deur uit.'Waar ga je heen?' Hoor ik Carlisle nog roepen, maar ik geef er geen aandacht aan.Ik ren net zolang totdat ik er steken in mijn zij van krijg. Ik ga op een steen zitten.Fijn, ik ben nu dus ontvoerd door vampieren.Geweldig. Dat is iets waar ik altijd al van gedroomd heb. Niet dus.Ineens voel ik twee sterke armen om mijn middel. Voordat ik kan gillen fluisterd er iemand iets in mijn oor. 'Rustig maar, ik ben het maar.' Hoor ik Edward fluisteren.'Wat doe jij hier?' 'Jou volgen.''Oh' Ik kijk hem even verbaast aan.
'Maar wat vind je ervan?' 'Ik, uh. Ik vind het denk ik, eh, Wel oké? Denk ik?'Zeg ik terwijl ik in zijn prachtige ogen kijk.Hij lacht zachtjes. 'Oké dan Miss Shawnson' Zegt hij en hij trekt me omhoog.'Laten we terug gaan naar het huis.' Stelt hij voor.'Echt niet. Het is buiten lekker verkoelend' Lach ik en ik geef hem een duw zodat hij terug in de bosjes valt. Ik sprint weg, maar toch is hij sneller. 'Nee' Gil ik nog, maar het is te laat. Hij heeft ons allebei recht in de modder getackeld. 'Nou, fijn, nu zitten we allebei onder de modder'Lach ik.'Daar zijn nu eenmaal wasmachines voor uitgevonden.' Zegt hij terwijl hij me nog steeds tegen de grond aan drukt.Ik probeer me los te worstelen, maar het lukt niet. Hij is te sterk.'Dit is niet eerlijk, jij bent veel sterker.''Dat is waar, maar jij duwde me net ook in de bosjes.' Hij komt met zijn gezicht steeds dichterbij een geeft me een zoen op m'n wang. Terwijl hij dat doet, stopt mijn hart er geloof ik even mee. Wow, Dat was onverwacht. 'Uh, wow'stamel ik. Edward begint te lachen.
Maar voordat hij nog wat kan doen, komt Emmett uit de bosjes gesprint.'Wat zijn jullie aan het doen?' Vraagt hij terwijl hij Edward van me af trekt en hem in de houdgreep neemt. 'Niks, maar wat kom jij doen?' 'Ik kom vertellen dat het etenstijd is voor Skar. Dus.' Hij krijgt een big smile op zijn gezicht. 'Maar volgensmij hadden jullie andere plannen, zie haar eens blozen!' roept hij met een lach van hier tot Tokio. Edward trekt zich los.'Echt niet, en ik bloos niet! Ik euh, heb het gewoon warm.' Roep ik.'Je hebt het warm? Hier? Buiten? Ja vast. Maar je moet eten.' Ik klim overeind, en volg ze.Edward slaat zijn arm om me heen en trekt me mee naar het huis. Mijn hart maakt weer een sprongetje.
Reageer (1)
leuk, snel verder
1 decennium geleden