17 - Man op het bankje
Plots staat het meisje links van me recht. Als ze me voorbijkomt, kan ik de rode wangen en waterige ogen vluchtig zien. De jongen staat recht. Het meisje draait zich om zodat ze hem nog een laatste keer kan aankijken. Ik kan niet zien of hun blikken elkaar kruisen, maar ik zie dat ook hij zijn blik nog opwerpt naar haar.
Het meisje wandelt weg, vast naar een of andere winkel. De jongen wandelt de tegenovergestelde richting in. Hij verlaat het gebouw en gaat naar buiten. Ik heb geen tijd om erover te blijven piekeren, want ik zie mijn vrouw in de verte aankomen. Ze heeft schoenen gekocht, dat zie ik aan de vorm van het zakje dat erbij gekomen is. “Zullen we?” Gretig antwoord ik met een ja. Ik vraag naar de schoenen die ze gekocht heeft, omdat ik niet wil dat ze denkt dat het me niet kan schelen. Ik vind haar nog steeds bloedmooi. Pumps, het zijn donkerblauwe pumps geworden. Ik neem haar hand vast en zo wandelen we naar de parking. We voelen ons nog steeds niet te oud om zo rond te lopen. Er is wel degelijk een verschil tussen twee verliefde pubers die hand in hand lopen en een getrouwd koppel dat hand in hand over straat loopt. Maar dat is iets wat de mensen doorheen hun tocht leren. Ze leren wat liefde is en als ze wat geluk hebben beleven ze die liefde ook nog eens.
“Gaan we straks iets eten?” Ik kan niets anders dan blijven stilstaan. “Dieter?” Ik zucht. Ik zucht zo diep dat ik even een scheut pijn voel in mijn hart. “Liefje, ik denk dat het beter is om thuis iets te eten.” Ze haalt haar schouders op. “Dat is ook goed, het was maar een voorstel.” Ik druk mijn lippen op die van haar. “Ik moet je iets vertellen als we thuis zijn.” Op het moment dat mijn woorden uitgesproken zijn, zie ik een lichtje doven in haar ogen. Ik denk dat ze maar al te goed wist dat er iets pijnlijks zat aan te komen. Vrouwen en hun intuïtie.
Er zijn nog geen reacties.