Ik moet het haar zeggen. De tijd begint te dringen. Ik heb het al zoveel keren uitgesteld. Als ik het niet snel uitleg, zal ze denken dat ik vreemdga. Ik mag niet denken dat ze zoiets van me zou denken. Maar ze zal vast wel iets denken. Ik wil niet dat ze slechte dingen gaat denken. En ik wil al zeker niet dat ze denkt dat ik haar niet meer graag zie. Ik zie haar doodgraag. Na twintig jaar is zij nog altijd de vrouw van mijn dromen. Ik ben bang voor haar reactie. Ik wil haar niet zien lijden en ik weet niet of ik haar lijdensweg bovenop die van mij zal kunnen dragen.
Gisteren ben ik opnieuw naar de dokter gegaan. Hij had meer en duidelijkere resultaten. Het was slecht nieuws, maar dat wist ik al. Ik voel zelf ook wel hoe mijn lichaam vanbinnen een oorlog voert. Ik voel zelf ook wel dat mijn lichaam vanbinnen aftakelt en het zal slechts een kwestie van tijd zijn voordat dat zich zal aftekenen aan de buitenkant.
Kanker. Kwaadaardig. Uitgezaaid. Iedereen weet wel hoe laat het dan is. Ik weet zelfs niets of ik nog wel wil vechten. Ik weet dat dit avontuur voor mij diep in de grond zal eindigen.
Marie komt op me afgelopen. Ze heeft een tweetal zakken aan haar ene arm hangen. Ze glimlacht naarmate ze dichter bij me komt. “Ga je hier echt de hele tijd blijven zitten op dit bankje?” Ze vraagt het speels. Ja, ik blijf zitten. Waarom? Omdat ik uitgeput ben van het ziek zijn en van het niet slapen. Ik ben het moe. Maar dat, dat kan ik haar natuurlijk niet zeggen. “Ah, Dieter. Komaan.” Haar arm trekt aan mijn arm, maar ik verzet me. “Ga jij maar alleen lieverd.” Ze trekt haar wenkbrauwen op en keert me tenslotte de rug toe. Nu denkt ze vast dat ik niet mee wil. Ik moet het eruit gooien. Ik krijg het gewoon niet over mijn hart en nog veel minder over dat van haar. Liefje, ik ga dood. Binnenkort. Nee, dat is geen goede manier. Maar is er wel een juiste manier om je zielsverwant te zeggen dat je er weldra niet meer zal zijn?

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen